Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Jean-Marc van Tol kan zijn ei kwijt

  Tekst: Ruben Libgott / Illustraties: Jean-Marc van Tol & Ruben Libgott

  In de serie “Ruben Libgott ontmoet andere (strip)tekenaars”, heb ik (Ruben) dit keer een ontmoeting met Jean-Marc van Tol, tekenaar van de zeer succesvolle cartoonformule Fokke & Sukke die dagelijks in het NRC Handelsblad staat, en waarvan de boeken bestsellers zijn. Maar let op: dit is het (voormalig) laatste interview dat Jean-Marc van Tol zal geven. Exclusief voor STRAATNIEUWS!

 De ontmoeting vond plaats in de studio van Jean-Marc van Tol, tussen de weilanden van Soest. Hier in alle rust stopt Jean-Marc zijn energie in het dagelijks creëren van de ultieme eenvoud in zijn cartoons, want zijn streefpunt is totale eenvoud in zijn tekeningen met geen lijn teveel. “Dick Bruna is natuurlijk de meester in het creëren van eenvoud, maar ik probeer continu met zo min mogelijk lijnen echt de juiste gemoedstoestanden te tekenen. Met één lijn kan ik toch vaker meer emotie in mijn tekeningen krijgen dan Bruna, in dat opzicht vind ik mijn eenvoud beter”, aldus Jean-Marc.

De weg richting een plek in de AKO Boeken Top 10

 Jean-Marc van Tol is op 6 juli 1967 geboren in Rotterdam. Zijn vader is interim-manager & musicus en hij heeft 2 jongere broers. Voordat Jean-Marc kon schrijven, was hij al bezig met het maken van strips. Vanaf het moment dat hij een potlood kon vasthouden was hij dol op tekenen, maar op zijn 5e kwam hij echt in aanraking met het medium strip. “Mijn eerste stripboek was ‘Suske & Wiske en de Witte Uil’. Ik was toen 5 en keek toen vooral naar de plaatjes want ik kon nog niet goed lezen. Ik vond het erg magisch, dat ik het verhaal al helemaal kon begrijpen door alleen maar de plaatjes te bekijken”.

 Maar ook op een ander manier kwam Jean-Marc in aanraking met strips. Hij woonde toen nog in Rotterdam en zijn buurmeisje was het nichtje van Fred Julsing, één van de beste striptekenaars in die tijd, die o.a. voor Marten Toonder tekende en de strip UKKIE maakte. Samen met zijn buurjongetjes raakte hij hierdoor nog meer in de ban van de strip. “Ik ging samen met een vriendje strips maken, met dieren in de hoofdrol, want ik tekende, mede geïnspireerd door Donald Duck, graag diertjes. We kwamen dan elke middag samen om strips te maken. De strips waren ook wel autobiografisch. Zo was ik een beer en hij een ooievaar”.

 Jean-Marc van Tol raakte ook geïnspireerd door de strips in stripbladen als Donald Duck en EPPO. Vooral de avonturen strips van Dick Matena, Martin Lodewijk (Agent 327) en Henk Kuijpers (Franka) spraken hem aan. “…Maar toen werden mijn ogen geopend door de strips van Peter de Wit! Dat was gewoon simpel en super grappig! Dat wilde ik ook! Later raakte ik ook in de Franse en Belgische tekenaars geïnteresseerd. De tekeningen van Kamagurka vond ik erg maf. Je tekeningen hoefden blijkbaar niet uitgewerkt te zijn. Je kon met strips alle kanten op”.

 Ondertussen ging Jean-Marc van Tol steeds beter tekenen en verhuisde hij naar Soest. Hij tekende voor de schoolkrant en toen hij 13 jaar was, ging hij ook strips tekenen voor de Nieuwe Noord-Hollandse Courant, want volgens Jean-Marc is een strip niet gemaakt, als hij niet gelezen is.

 Van Tol bleef niet bij striptekenen alleen. Hij ging vanaf zijn 13e ook experimenteren met andere tekenstijlen en materialen. “In Soest werden er door kunstenaars cursussen gegeven in het modeltekenen. Ik heb daar echt hard realistische tekeningen gemaakt. De kunstenaar Rien Poortvliet ging er ook vaak heen, en om veel van hem te leren ging ik dan naast hem zitten. We gingen dan samen naar zo’n model kijken, en ik vond het dan prachtig om te zien hoe hij met een penseel, Oost-Indische inkt en water in één keer prachtig het model op papier zette! Ik probeerde ook elke keer in een andere stijl de modellen na te tekenen en af te wisselen met houtskool, krijt en verf.

 Na het behalen van zijn Atheneum diploma op het Baarnsch Lyceum, waar hij o.a. samen met schrijver Ronald Giphart en prins Willem-Alexander in de klas zat, ging Jean-Marc van Tol  Nederlands studeren in Amsterdam, met daarna als specialisatie Middelnederlands. “Waarom Middelnederlands? Ik was altijd dol op geschiedenis en wetenschap. Bij Middeleeuwse teksten vond ik het ook altijd zo mooi, dat je er veel bij kon fantaseren”. Bij zijn studie heeft Van Tol zich vooral beziggehouden met de handschriften, de tekeningetjes bij de miniaturen en de grafische vormgeving, hij blijft immers een tekenaar.

 Tijdens zijn studie kreeg hij ook diverse opdrachten als stripmaker. Hij schreef teksten voor Carol Voges (Pa Pinkelman & Tante Pollewop) en maakte strips voor het ESSO Personeelsblad.

Maar… tijdens zijn studietijd ontmoette hij ook bij een dispuut Bastiaan Geleijnse en John Reid. Ze konden goed met elkaar opschieten en vooral met elkaar lachen. Ze besloten samen een strip te maken voor het studentenblad Propria Cures. Het werd een cartoon met een eend en een kanarie, respectievelijk Fokke & Sukke. Tijdens de kerstdagen van 1993 kwamen Fokke & Sukke uit hun ei gekropen. De cartoon sloeg aan en is nog steeds een hype in Nederland. Er is zelfs een heuse Fokke & Sukke merchandisinglijn, zoals bijv. Fokke & Sukke bekers, muismatten, T-shirts, asbakken, kaarten, 7 speciaal vormgegeven boekjes (mét AKO Boeken Top 10 notering) en er is bovendien een Fokke & Sukke multimediashow!

Fokke & Sukke, the making of

 Iedere Maandag komen  John Reid, Bastiaan Geleijnse & Jean-Marc van Tol bij elkaar om de grappen voor de cartoons van de komende week te bedenken. Van te voren hebben ze dan al ieder voor zich wat ideeën opgeschreven, en nu hoeven ze ze alleen nog uit te werken, aan te passen of in de prullenbak te gooien. “We bedenken de grappen echt samen. We kunnen elkaar goed aanvullen. John is de charmantste, Bastiaan de droogste en ik de grappigste”, zegt Jean-Marc lachend. De grappen die “af”zijn, mag Jean-Marc tekenen en letteren. Hoe doet hij dat?

Eerst schetst de rechtshandige Jean-Marc van Tol op IBM Color Image 100 grams A4-papier, met een 2H potlood van Koh-I-Noor of Hardmuth 1500. Hij schetst altijd alleen de houdingen of vorm van Fokke & Sukke, de rest kan hij makkelijk uit de losse hand tekenen. Vervolgens trekt hij de schets over op de lichtbak en inkt hem weer op IBM Color Image 100 grams A4-papier met een Conté omsteekpen, een Staedtler Pigment Liner of een kroontjespen (allen afgewisseld in de diktes 0.35 , 0.5 of 0.7) en Talens Oost-Indische inkt. Met een kneedgum gumt hij de potloodlijnen uit. Letteren doet hij door een ander A4-tje haaks op het A4-tje met de cartoon te leggen en zo langs de bovenkant recht de letters te schrijven. Als de cartoon af is scant hij hem in met een Hewlett Packard scanner. Dan bewerkt hij hem in Adobe Photoshop en e-mailt hem naar de opdrachtgever.

 

 Jean-Marc begint meestal bij het hoofd van Fokke en werkt zo de tekening van linksboven naar rechtsonder af. “Ik ben alles behalve materiaal vast. Het maakt mij niks uit. Je kan ook met een luciferstokje tekenen”, aldus Jean-Marc. Voor één cartoon maakt hij soms 30 schetsen, maar als hij dan gewoon direct met inkt de cartoon maakt, is het soms al gelijk goed. Ook als hij nog een kwartier voor een deadline zit, en hij heeft nog geen tekening gemaakt, dan is hij nog binnen een kwartier af. “Voor de lezers is het dan al goed, voor mij niet, maar dat maakt totaal niet uit. Ik ben nooit 100% tevreden over het eindresultaat van een tekening. Ik vind meestal al snel dat een tekening goed is”. Van het drietal kan niet alleen Jean-Marc tekenen. Ook John kan wel goed tekenen, maar Bastiaan niet. Hij kijkt liever naar de televisie.

STRAATNIEUWS, ERRO en andere daklozen

 Jean-Marc van Tol denkt erg aan zijn medemens. Hij helpt een ander graag. “Ik ben nooit dakloos geweest. Wel zat ik soms krap bij kas in mijn studententijd. Ik liep toen vaak langs een dakloze zonder schoenen. Ook al had ik toen heel weinig geld, toch ben ik naar hem toe gestapt en zei hem dat wij samen voor fl.100,- schoenen gingen kopen. Hij wilde er natuurlijk liever zelf bier van kopen, maar toch zijn we uiteindelijk schoenen gaan kopen. Als mensen geld nodig hebben geef ik dat. Ook als ze er drugs van kopen. Dat hebben zij dan ook gewoon nodig”, zegt de vrijgevige Jean-Marc.

 Hij is ook een vaste STRAATNIEUWS lezer. Hij vindt het een briljant idee, maar denkt dat de oplossing van het daklozenprobleem niet geheel bij STRAATNIEUWS ligt. “De verkoop van STRAATNIEUWS is een tijdelijke oplossing voor de daklozen, maar werkt niet zozeer op langere termijn. Die mensen moeten meer geholpen worden. Vooral juist diegene die geen STRAATNIEUWS verkopen, want die hebben echt problemen. Zij moeten structurele hulp krijgen, zodat ze de vaardigheden leren om zich in onze samenleving staande te houden.

Het probleem ligt bij hen vaker dieper. Soms hebben ze een slechte jeugd gehad, hebben ze psychische problemen of zijn ze analfabeet en belanden ze verwaarloosd op straat. Vaak weten ze dan bijvoorbeeld niet hoe ze een formulier moeten invullen, om een uitkering aan te vragen of in aanmerking te komen voor een woonproject. Met dat soort kleine dingen moeten ze echt geholpen worden, want het is niet normaal dat er in deze tijd nog dakloze mensen zijn.  Desnoods betalen wij meer belasting, dat maakt mij niks uit. STRAATNIEUWS kan hierbij nog meer aandacht besteden aan het daklozenprobleem en moet meer schrijven over hoe een dakloze op straat belandt. Wat zijn verhaal is. Nu is STRAATNIEUWS nog te positief, te blij. Daklozen moeten gewoon meer hulp en onderwijs krijgen”.

Over ERRO zegt hij, dat de lijnen steeds strakker worden en dat het leuk zou zijn als ERRO meer gezichtsuitdrukkingen krijgt. Hij vindt de humor goed, maar de grappen mogen wat rauwer, minder netjes.

Achter de schermen bij Jean-Marc van Tol

 Jean-Marc van Tol woont samen met zijn vriendin Elle en zijn zoontje Boban in Soest. Ook heeft hij een hond, 2 poezen en 2 vissen. “Nee, wij hebben geen eend of een kanarie. Fokke & Sukke bestaan niet in het echt”, verzekert Jean-Marc.

 Hij spendeert het liefst elk weekend met zijn gezin. Vroeger ging hij vaak op Zondag hockeyen, maar nu niet meer. Hij heeft zijn hockeycarrière moeten stoppen, omdat hij tijdens een wedstrijd zijn vinger brak. “Het was mijn tekenvinger. Ik heb 2 maanden niet kunnen tekenen. Hockeyen werd voor mij een te groot risico”.Ondanks dat heeft Jean-Marc zijn rechterhand nog niet verzekerd. Hij heeft er wel een ongevallenverzekering bij genomen.

 Naast striptekenen aquarelleert Jean-Marc graag en modeltekenen doet hij ook nog. Alleen heeft hij er niet meer genoeg tijd voor. Maar aan de dynamische & energieke Jean-Marc van Tol te zien, is hij nog lang niet uitgeblust qua beeld en taal. 

Speciaal ter gelegenheid van het interview heeft Jean-Marc van Tol samen met Ruben Libgott, deze cartoon van Fokke & Sukke & ERRO gemaakt.    

ERRO volgens Jean-Marc...

...Fokke & Sukke volgens Ruben.

Op 21 Mei 2003 verscheen in NRC Handelsblad een door Ruben Libgott bedachte Fokke & Sukke grap. Een hele eer dat Reid, Geleijnse & Van Tol de grap hebben willen gebruiken!

Wanneer je meer wilt weten over Jean-Marc van Tol en Fokke & Sukke, klik dan op onderstaande link:

Wil je meer weten over Jean-Marc's project om de nieuwe Nederlandse strip te promoten, klik dan op onderstaande link:

Klik hier om terug te keren naar de interview sectie!


Klik hier om terug te gaan naar de index pagina


© Ruben Libgott 2001-2002