A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Afwassen: Eén van de smerigste en vervelendste karweitjes die zo nu en dan gedaan dienen te worden, bijvoorbeeld als mama op de koffie komt. Ad Fundum: Je bent zo blij dat je Ad weer gevonden hebt, dat je pardoes je glas in één teug leeg drinkt. ‘Adje trekken’ is weer een heel ander verhaal.

BED: 1. Meubelstuk waarin je veilig kunt crashen nadat je uit de kroeg komt. 2. Dispuut waarin enkele zeer actieve en bovendien erg populaire Animosi hebben plaatsgenomen en waarbij ‘het nuttigen van zoveel mogelijk pony’s het doel zal blijken te zijn.

Bellenbord: Leuk stuk speelgoed dat aan de gevels van studentenhuizen is bevestigd. Vooral leuk als er een intercom aan de deur zit: Druk een willekeurig aantal bellen in, en meerdere mensen blijven door hun intercom roepen naar huisgenoten.

Bibo-Ergo-Sum: Alsof het nergens anders om gaat, leven de zogenaamd stoere mannen volgens dit devies: ‘Ik drink dus ik ben’.

Brainstormen: Laat af en toe eens een frisse wind door je hoofd waaien.

Brak: Het gevoel hebben gebroken te zijn. Het gestel van de gemiddelde student is makkelijk te breken, vooral met alcoholische vloeistoffen.

Blokken: De student die aan het einde van het blok zit te blokken voor een tentamen heeft het niet begrepen. Om niet geblokkeerd te raken dient men zich te ontspannen. Een feestje de avond voor het tentamen geeft betere resultaten dan die tijd te verdoen met blokken en het tentamen alsnog niet halen. Die ervaring zal nog lang een blok aan je been blijven.

Bureau: Wie op een studentenkamer een opgeruimd bureau tegenkomt, moet zich ervan bewust zijn dat dit een zeldzaamheid is. Behalve de computer ligt het bureau altijd vol met studieboeken, volle asbakken, achterstallige rekeningen en het halfvolle kopje koffie van eergisteren.

Club: Een echte vriendenclub kies je niet, daar wordt je in gekozen. Studenten koketteren graag met hun club, die natuurlijk de geilste van de vereniging is en hun vereniging natuurlijk de meest correcte van het land.

Cijfer: Eigenlijk is een cijfer (van 6 of hoger) het wezenlijke waar de studie om draait. Wie niet helemaal bezeten is van cijfers zal ze ook zelden halen. Er zijn freaks die slechts tevreden zijn met cijfers boven de 8 en daar dan ook alles voor over hebben, de zogenaamde ‘summa-cum-fraude’ studenten.

Dispuut: Een ander woord voor twistgesprek is dispuut. Nu zijn er studenten die elkaar vrienden noemen, veel bier drinken en hun gelal promoveren tot een dispuut.(zie ook jaarclub)

Doorzakken: Wie zo zat als een deur is, zakt voor zijn tentamen. Als men echter nuchter ook voor zijn tentamen zakt, dan komt dat door een zak.

Espresso: Snel, sterk, heet, krachtig vergif. Studenten drinken het nooit per ongeluk, ze doen het ExpresZo.

Flappentap: Nadat de bierautomaat was omgedoopt tot biertap, was het slechts een koud kunstje om van geldautomaat tot flappentap te komen. De overeenkomst is ook niet toevallig. Wie een avond aan de biertap wil staan zal toch eerst even moeten minnen bij de flappentap.

Gevoos: Dat ook studenten wel eens haaks op de bek gaan zal geen wereldnieuws zijn. Alleen geldt de regel; geen gevoos op de sociëteit. De sancties zijn onverbiddelijk en iedere getuige mag direct rechter en beul tegelijk spelen door de brandslang op het stelletje leeg te spuiten of ze allebei een bierglas koffiemelk aan te bieden, iets wat uiteraard niet geweigerd kan worden.

Groningen: Zo hoog in het noorden des lands zit de levensader van elke beurs-student. Elke maand weer wordt er reikhalzend uitgekeken naar de post uit Groningen, hoewel de teksten zich vaak herhalen: ‘U heeft deze maand recht op fl. 425,00’. Er gaat niets boven de beurs…… uit Groningen.

Hoogslaper: Wie een bed heeft op hoge palen, heeft leren palen op een hoog bed. Op een hoogslaper bereikt men slapend of samen de grootste hoogstandjes.

Hospiteren: Een beetje studentenhuis heeft een heuse sollicitatieprocedure om een nieuwe huisgenoot aan te nemen. Extreme schoonmaakwoedes, het meebrengen van een magnetron of tafelvoetbalspel, sociaal zeer gevoelige instelling en het lid zijn van de juiste vereniging, sterkt tot aanbeveling.

Huisgenoot(e): Veelal erger dan de broer of zus die je achter hebt gelaten. Soms kan er van een huis best wel genoten worden.

Inkijk-operatie: wanneer ouders nu eens de cijfers van hun studerend kroost zwart op wit willen zien, heet dat een inkijkoperatie. Meestal probeert de student dit soort pijnlijke operaties te vermijden of in ieder geval zo lang mogelijk uit te stellen, daar ouders nogal eens flink het mes in hun begroting zetten; desnoods met een botte bijl.

Jaarclub: Dit is een vereniging binnen de vereniging. Studenten proberen zich altijd te onderscheiden. Op macro-niveau is dat de hogeschool en de studierichting, op meso-nveau is dat de vereniging waar men lid van wordt, en op micro-niveau is daar dan de jaarclub. Op elk niveau beconcurreert men elkaar.

Kamer: Mooi woord voor het toch meestal in abominabele staat verkerende hokje waar de studenten heden ten dage in leven. Uitzonderingen bevestigen de regel, maar dat soort kamers is slechts te krijg voor een prijs waar men in de provincie een heel huis voor huurt.

Kater: Na de micro-organismen is de poes waarschijnlijk het populairste huisdier van de student. De kater daarentegen staat eenzaam onderaan de lijst van populaire huisdieren. Vooral ‘s ochtends kan dit beestje nog wel eens de kop opsteken. De student zal er alles aan doen hem zo snel mogelijk kwijt te raken; doen alsof hij nog slaapt, verdrinken in grote hoeveelheden water, aangevuld met paracetamol en de meest beproefde methode is zeer chagrijnig doen. De kater zal zich snel ongewenst voelen en zijn heil bij een andere student zoeken.

Kopieermachine: Zonder kopieermachine zouden honderden studenten de eindstreep niet halen. Na college zie je ze staan: met de kopieerkaart in de aanslag staan ze al te wachten op de studenten die zo ijverig zijn geweest om college-aantekeningen leesbaar op multo-blaadjes te maken.

Lustrum: Ook eens in de 5 jaar wordt er een feestje gegeven van de vereniging, club of sociëteit. Elke aanleiding voor een feest is mooi, maar deze aanleiding is toch wat vaag. Niet iedereen lust rum.

Milieu-bewustzijn: Na een paar avonden hem flink te hebben geraakt zal de student beseffen hoe hij aan het milieu heeft gedacht. De overal verspreide lege flessen hebben hem bijna in coma gekregen, maar na de kater en weer bij het volle bewustzijn beseft hij terdege dat hij een goede daad heeft gedaan. Met een brok in zijn keel brengt hij een paar dozen glaswerk naar de glasbak.

Multiple-Choise: Om het de docenten makkelijker te maken zijn de multiple-choise tentamens uitgevonden. Voor degenen die niet alle stof tot in de puntjes beheersen is het ook een uitkomst. Er kan in ieder geval gegokt worden op een antwoord. Deze tentamens worden dan ook vaker multiple-gok genoemd.

Naaimachine: Het kan nooit de vraag zijn of een student een naaimachine heeft, maar wel of hij/zij het is.

Nabespreking: Ja dan heb je zo goed je best gedaan en dan toch nog slechts een 5.4 voor je tentamen halen. Dan is het tijd om naar je docent te gaan met je meest voordelige glimlach en dat extra puntje nog binnen slepen voor een voldoende. Alleen voor de moeite zal hij het al snel geven. Moeilijker wordt het om van die 2.3 een 8 te maken.

Nachtbraker: Er zijn mensen die écht ziek worden van de nacht. De duisternis valt zwaar op de maag bij dit soort mensen.

One-night-stand: Het is werkelijk ontroerend om te zien dat de zwaar in de olie zijnde student het nog voor elkaar krijgt om hulp in te roepen: ‘Kan ik je helpen mij naar huis te brengen?’ Niet zelden bloeit hier iets moois uit dat minstens één nacht stand houdt.

Ontbijtspijt: Ook een student(e) wordt wel eens wakker naast een vrijwel onbekende. Tijdens het beschuitje kijken ze elkaar eens aan met de gedachte: ‘Was ik echt zó dronken gisteravond?’

Ouders: Steun en toeverlaat van de hardwerkende student. Nu moet gezegd worden dat de steun meestal giraal wordt overgemaakt en aan andere dingen opgaat dan waar ouders het voor bedoeld hadden.

Pen: Instrument dat tijdens colleges de sigaret vervangt. Sinds de uitvinding van de PC is er geen andere dan de orale functie denkbaar voor de pen. De docent die denkt dat het te koud is tijdens het college heeft het mis; studenten zitten vaker te blauwbekken door de inkt van hun pen dan door de temperatuur.

Praeses: Om zich toch enigszins te onderscheiden van het gepeupel koketteren studenten met het Latijn. Voorzitter is te eenvoudig. Praeses staat mooier, geeft meer cachet aan de functie.

Prestatiebeurs: Na de basis-, uitwonende-, thuiswonende- en tempobeurs is het nieuwste kindje in de familie de prestatiebeurs. Gevoelens van medeleven gaan uit naar de ouders (het Ministerie) dat dit kindje de embryonale fase niet overleeft heeft. Intussen bereikt ons het bericht dat de ouders weer in blijde verwachting zijn.

Prioriteiten: Bij studenten liggen de prioriteiten toch nog even anders dan in de rest van de maatschappij. Het eten en de kleding heeft een van de laagste prioriteiten; er wordt het minste geld aan uitgegeven. Hoger op de ladder staan de studieboeken, de huur en -het wordt saai- de broodnodige ontspanning op sociëteit en terras.

Propaedeuse (propje, P.): Het eerste jaar is een algemeen vormend jaar. Vroeger zij vader tegen zoon: ‘Ga jij maar in dienst, dan maken ze daar een man van je’. Moeder zei tegen dochter: ‘Wat dacht je van een jaartje au-pair in Parijs?’. Tegenwoordig wordt het aankomend kader van Nederland gevormd in de propaedeuse. Men gaat op kamers, wordt lid van een vereniging, leert een vriend(innetje) kennen, kortom hij/zij leert eindelijk op eigen benen te staan. Het duurt officieel maar een jaar, maar je mag er twee jaar over doen, mét behoud van beurs, om je draai te vinden in de wereld die hogeschool heet.

Questor: Dit is de corporale term voor centenpik.

Ritzen: Hij is de godfather der studenten. Wat hij wil is of wordt wet. Zijn foto hangt in menig studentenhuis, vaak op het dartbord geprikt.

Roodstaan: Na het opdoeken van een groot deel van het Nederlandsche zwart-geld-circuit is er een nieuw circuit bijgekomen sinds de banken het hebben behaagd om studenten tot tweeduizend gulden rood te laten staan. Het rode-geld-circuit is berucht geworden. Gelooft u het daarom nooit als een student u vertelt dat hij geen rooie cent meer heeft; hij heeft niet anders.

Schimmel: Samen met de huismijt is de schimmel één van de populairste huisdieren van de student. Het onderhoud van deze dieren is dan ook vrij eenvoudig: weinig schoonmaken en vooral wat etensresten laten staan. In gevangenschap schijnen deze beestjes zich zeer goed voort te planten.

Slaapmutsje: Na het uitgaan wordt er vaak thuis nog een slaapmutsje genuttigd. Is er tevens een dame geregeld dan slaapt men met dat mutsje verder.

Statiegeld: Aan het eind van de maand komt het spaarplan van de student goed van pas. Tegen die tijd heeft zich in de keuken of op het balkon een flinke stapel kratten ontwikkeld. Zoveel maal acht-zestig is toch altijd een goede maaltijd en eventueel nog een extra kratje.

Stralen: Een donker bedompt kamertje, dag en nacht in diep gepeins verzonken in de boeken; het leven van de student gaat niet alleen over rozen. Een andere manier van studeren is tot het ochtendgloren op de sociëteit biertjes weghakken, uitslapen op het strand en eens per jaar de studieboeken afstoffen. Dat soort studenten zie je echt stralen.

Studie: Excuus om vijf jaar niet te werken.

Studie-schuld: Na jaren van noeste arbeid achter de boeken komt er een moment dat er òf wordt afgestudeerd, òf de boeken aan de wilgen worden gehangen. Op dat moment komt er een briefje uit Groningen met een overzicht van de kosten die nog moeten worden afbetaald. Voel je er verder niet schuldig onder, het is immers niet jou schuld, maar de schuld van de studie.

Sociëteit: Converseren op niveau, contacten leggen voor de nacht maar ook voor later, alcoholische versnaperingen nuttigen, zingen; het kan allemaal op de sociëteit.

Tempobeurs: Vroeger was het redelijk ‘bon ton’ om een jaartje of tien te studeren, tegenwoordig worden studenten met hoge schulden opgezadeld tenzij ze hard studeren. Het studentenleven is er in ieder geval een stuk jachtiger door geworden. Een wild west uitspraak ‘geld of je leven’ is door het Ministerie weer in zwang geraakt: ‘Tempo of je beurs’.

Thuisfront: Eindelijk weer eens een goed stuk vlees op tafel, een koekje bij de koffie en die warme huiselijke sfeer weer eens proeven. Oh wat is het toch fijn om weer thuis te zijn.

Terrasje pakken: Studenten overdrijven graag in hun spraakgebruik. Behalve een heel terras zijn ze ook goed in het (mee) pakken van een biertje, een tentamentje, een harinkje en een matrasje. Het woord nemen wordt ter afwisseling wel eens gebruikt in plaats van pakken.

Uitrusting: Als je studeert, heb je voor later een goede uitrusting predikt menig vader tot zijn zoon of dochter. Zoon- c.q. dochterlief rust liever uit.

Verplichte colleges: Het feit alleen al dat dit woord bestaat wil veel zeggen. Het betekent onder andere dat alles waar het woord verplicht niet voor staat als hobby gezien kan worden. Het paradoxale feit doet zich voor dat de verplichte colleges toch minder goed bezocht worden dan de rest. Waarschijnlijk vindt men het uitoefenen van een hobby toch leuker dan de verplichte kost.

Vitamine: Dit is een ingrediënt dat meestal niet in het standaard voedselpakket van de student aanwezig is. Het wordt meestal in tabletvorm gegeten. De angst van elke ouder: ‘Je eet toch wel goed…’ is dan ook ongegrond.

Vereniging: Studenten verenigt U! Met deze symbolische woorden kan nooit bedoeld zijn van wat de studentenvereniging heden ten dage nog voorstelt; een privé-kroeg voor een zeer select publiek waardoor onder andere geen belasting betaald hoeft te worden en het bier dus goedkoper geschonken kan worden.

Wastafel: Voor de student die drie-hoog-achter op een zolderkamertje woont, wil de nood wel eens hoog zijn. Om te vermijden dat hij steeds meerdere trappen moet lopen, biedt de wastafel uitkomst.

Witte sokken: Witte- of sportsokken zijn dus absoluut taboe buiten het sportveld. Het kan slechts gedragen worden in combinatie met een compleet alternatieve kledinglijn, bijvoorbeeld bij een verder totaal zwarte outfit.

Xeroxen: Favoriete bezigheid van de luie student.

Yes!: Uitroep van puur genot. Deze Engelse versie is zeer populair geworden nadat het eveneens Engelse O.K. in onbruik raakte. Nieuwe woorden worden dagelijks geboren.

Zon: Er zijn veel redenen om niet te studeren. De zon is wel een van de beste, hoewel er hypocrieten zijn die het voor elkaar krijgen om zelfs in de zon te studeren. Het is zonde van de zon.

Zure melk: Het is de gewoonte om in gedeelde koelkasten een pak melk van je eigen naam te voorzien. Meestal leidt dit ook direct naar de onverlaat die het heeft gepresteerd om dat pak maar liefst drie weken te laten staan. Een gevaarlijke bolling is dan al zichtbaar in het pak.

terug naar boven

Voor aanvullingen kan je een mailtje sturen naar de webmaster.