click here
Index bronstijd in Nederland
Index eerste boeren in Nederland

Jager wordt mijnbouwer en dan boer

De prehistorie in Limburg 250.000 - 54 v.Chr.

De mens in de prehistorie leeft lange tijd van de jacht, vissen en het verzamelen van voedsel. Zo’n 250.000 jaar geleden bewerken de oermensen huiden en maken jachtwapens. Vuursteen was hun belangrijkste grondstof. 80.000 jaar geleden doet de moderne mens zijn intrede. Wat betreft herseninhoud en vaardigheid is hij gelijk aan ons. 10.000 Jaar geleden wordt het iets warmer en spreken we van bosjagers. 7000 Jaar geleden arriveren hier de eerste boeren en gaat men zich voor langere tijd vestigen op één plek, houdt men vee en bewerkt men akkers. Eerst gebruikt men stenen werktuigen, later krijgt men ook de beschikking over bronzen en ijzeren werktuigen en wapens. Jagerskampen maken geleidelijk plaats voor boerendorpen.

Afbeelding: een paleolithisch jagerskamp tijdens de laatste ijstijd. Let op de rechter hand van de speerwerper. Aan het uiteinde van de speer zit een soort slinger-werktuig dat de kracht van de worp vergroot. Aboriginals kennen deze slinger ook. De huiden zijn van rendieren die in grote getalen door Europa trokken, ook over de Noordzee die nog niet bestond.

In de omgeving van Rijckholt is vanaf ongeveer 3950 v.Chr. op grote schaal vuursteen gewonnen. Dit gebeurt in dagbouw en in mijnbouw. Men vermoedt dat er in Rijckholt zo'n 3000 schachten zijn gegraven. Enkele van deze gangen zijn onderzocht en het blijkt dat deze gegraven zijn met vuurstenen hakken, houwelen en hertshoornen koevoeten. In totaal zijn in de mijnschachten meer dan 15.000 hakken en houwelen gevonden. Maar het gaat natuurlijk om de vuursteenknollen. De beste stukken worden bovengronds bewerkt tot halffabrikaten van bijlen. Na ruil of schenking kunnen deze dan verder worden geslepen en vervolgens geschacht in hout of hertshoorn. Uit berekeningen blijkt dat gedurende de nieuwe steentijd miljoenen bijlen worden vervaardigd uit de Rijckholt-vuursteen. 

Deze bijlen worden over grote afstanden verhandeld, tot in Duitsland en Frankrijk.

Maquette: Hierop is te zien hoe de mijnwerkers te werk gingen.
Eerst werd er een kuil gegraven, dan een houten stellage waaraan een mijnwerker via een touw naar beneden werd gelaten met zijn werktuigen tot hij bij de vuurstenen knollen kwam. Op die hoogte werd de gang horizontaal gegraven. Dit was uiterard heel gevaarlijk werk omdat er zo diep weinig zuurstof is en veel hitte.
Makers: P. van Nunen / W. Alberts
Schaal: 1:100

Er is een zeer interessante permanente tentoonstelling in het Limburgs Museum


Meer informatie over de schrijver

Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!