Met `Keltisch` wordt hier bedoeld de taal, die ten tijde van Caesar ( 50 v.C.) werd gesproken in Frankrijk, België en misschien ook in Zuid-Nederland. `Gallisch` is misschien een betere omschrijving.
Ik heb deze lijst gebaseerd op Romeinse, Griekse en vroeg-middeleeuwse Britse teksten en huidige onderzoeken naar de oorsprong van de Gallische taal.
(zie literatuurlijst onderaan)
Tips:
-Spreek `c` meestal uit als `k`.
-bij `-` moet je er een ander woord aan vastplakken of erbij zetten.
-woorden met (NL) zijn niet Keltisch, maar oer-Nederlands (dus ook niet Germaans!).
-woorden met (GB)en(BB) zijn `Eilandkeltisch` / oer-Brits of Belgisch-Brits (i.v.m. vlucht van Belgen naar GB)
-woorden met (GL) zijn Gallo-Romeins / Gallo-Latijn
-woorden met (#) zijn (onderdeel van) geografische namen.
-woorden met (R?) zijn mogelijk alleen Romeins, Latijn dus.
-woorden met (L) zijn mogelijk pre-Gallisch (=Ligurisch).
-woorden met (+) zijn tevens godennamen/godsdienstige begrippen.
-woorden met (m) zijn namen van tijdsrekening en andere informatie volgens de
'maankalender' uit Coligny,Frankrijk.
(Er is ook een Coligny-achtige kalender gevonden in Knowth, Ierland...)
-mv=meervoud, dwz=dat wil zeggen, fig=figuurlijk
/ , () en , =spelling onzeker, misschien afhankelijk van dialect, plaats in de zin of naamval.
-de letter "U" kan ook bedoeld zijn als de letter "V" en vice versa.
A.
ab=rivier (#)
aballo=appel
acina=oppervlaktemaat
ad-, ate- = aan, erg
alauda=leeuwerik (NL)
alba, alpes=bergtop (#)
albiorix="koning van het heelal" (+) (=bijnaam van teutates)
alce=slag, plotselinge aanval
Alesia = Alise Ste.Reine, F (#)
allobroges="ander-landers" dwz niet-Keltische stam
alos, allos, alios =tweede, andere
alp/es, alba=berg/top (#)
ambactus=dienaar
ambes=rivieren (#)
ambi-=over
ambicatus,ambicatos=hij, die overal slag levert, naam van belangrijk leider
ambiorix=naam van leider der Eburonen 50 v.C.
ambr = waterloop
anagantios = "binnenshuis" (maand) (m)
Ancyra = Ankara, Turkey (#)
and-=grote- (bv: andarto/s =grote beer)
anda=blind
ande-=tegen-
anextlomarus="grote beschermer"
anmatu=slecht, incompleet
anuana=naam
apuldra=appelboom (Apeldoorn!) (NL)
Aquileia (I) (#)
Aquincum = Budapest, H (#)
ar=voor, nabij (#)
arcantodran="muntmeester" (zie
afbeelding Keltische munt)
ardvenna, arduenna=hoog (#?,Ardennen?)
are=stijgen
Arelate = Arlet, F (#)
arganto=zilver
arinca=koren
arjo=heer, edele
armorica=land bij de zee, zeeland (#)
artio=berin
artioni = beer
arto-=steen
arto/s=beer
artogenos=zoon van de beer
ascia=bijl
asiam=fruit of graan
ate-=her-, weer-
aten(o)ux=(zie "hattenux") en foto rechts: Kalender van Coligny
atir=vader(500 v.C)
Augusta Treverorum = Trier, F (#)
ausia=oor
avalon=appelland (GB?)
Avaricum = Bourges, F (#)
avent=bron, oorsprong
B.
bagos=beuk
balme=grot
Balodurum = Balleure, F (#)
bard/os=soort druide, vertolker, zanger (+)
barros=kuif, kwastje
bata=gladiator, vechter
batuere, battuere=raken
beber, bibru=bever (het dier)
beccus=bek, snavel
belenos/us=de heldere, schitterende, zonnegod (+)
belenuntia=bilzekruid (giftig!)
belenuntia = henbane (giftig!)
belesama, belisama=godin (+)
belgae=Belgen (GL)
bellovesus=`hij die kan doden`, naam van belangrijk leider 400 v.C
benna=korf
bennicus=top
Bergamum = Bergamo, I (#)
berula = waterkers
Bibracte = Mont Beuvray, F (#)
bibru=bever (dier)
bille=boomstronk, goud/zilver/brons-baar, kopermunt met weinig edelmetaal
birgit, brigit, brigindo=godin van het huwelijk, beschermster van de smeden en techniek, druide (bard), strijdster(+)
birrus=korte "coule"
bitu=wereld, bestaan
Bituriges = Bourges, F (#), wereld koningen
Bodiocasses = Bayeux, F (#)
Boduus, Boduo(s) = kraai, een oorlogsgodin in de vorm van een kraai (+)
bodvo-=slecht, oorlog, toorn
boiorix="koning van de boii" (=volk)
bona=gebouw
bormo, borvo=warm(e minerale bron)
bormo(s), boruo(s) = beer
boud-=overwinning
boudicca=de zegevierende, naam van een Britse strijdvrouw die de Brits-Romeinse plaats Colchester platbrandde. Haar standbeeld staat op een brug over de Thames, Londen (GB)
brac = moerassig grasland
braca/e=broek(en)
bracca=korte broek, niet tot onder de dijen
brace, brakis=mout, ontkiemde gerst waarvan men bier kan maken
branca=(zij-) tak
bratronos = broer
bratto=mantel
bratu=oordelen ("beraden"! NL?)
brehon=soort druide, rechter
bretus, bratus = gedachte, mening, oordeel
briga=(versterkte) hoogte (#)
briga =stad, heuvel (#)
brigantia = Birgit
Brigantium = La Coruna, Spanje - Galicie (#)
brigindo = Birgit (+)
brigindoni=brigantes (GB-Latijn)
brihent=ridder
brihentin=elite-cavalerie
briua = brug
Brixia = Brescia, I (#)
broga=veld
brogi-=land (#)
brogilo = jachtgronden, omheind land (Loo! NL?)
brucus=heidekruid
bulga=tas
bulgae=leren tassen (>Belgen? Die droegen namelijk wijde, lange broeken, evt. van leer) (BB)
bunda=grond
bunia=opgeblazen voorwerp
burdiga=riet schutting
C.
caerac = schapen
caio=heg, hek
cais=elegant
calliomarcus = hoefblad
cambo=een-ogig
cambo(s) = gebogen
Camboritum = Chambort, F (#)
camisia=shirt, exacte betekenis onbekend
camminus=lopen
camo(i)x=gems
caneco=gouden
cannene=look, ui
cannenefates, canenefatae=ui-heren
canthus=ooghoek
cantlos=lied (maand) (m)
canto=wit
captus=slaaf (R?)
carantus=geliefde
carbantia = wagen, kaakbeen
carn=grafsteen
carnu=koren, graan
Carnutum = Chartres, F (#)
carnyx=Keltische strijdtrompet, lijkt op tuba
carpento-=wagen
carruca=ploeg
carrus=kar, wagen (GL)
carvion=de plaats `Herwen` bij Nijmegen (#)
casamo = ?
cassi=liefde, vreugde
catos=naam van burgemeester,1e eeuw v.C.
cattos=wilde kat
catu-=slag (oorlog)
catu(s) = familie
catuslugi = familie dienaar
Caturiges = Chorges, F (#)
cauaros, -res, -rillus=kampioen, reus, held (GL)
celicno=gebouw
celicnon = toren
cen=hoofd
Cenabum = Orleans, F (#)
centum, kentum=100
cercun(n)o(s)=de gehoornde, de meester der dieren (+), zie afbeelding
cervisia, ceruesia = bier
ceto(s), cetius = hout
Chariovalda=Fries, 16 AD
chrotta=lier, harp
ciallos=totaal
cinges = krijger (GL)
cingeto-=lopend
cingetos=krijgers (zie foto)
cintu=eerste
Cintugnatus = eerstgeborene
cintuxo(s) = first
cisiambos=naam van burgemeester,1e eeuw v.C.
cleta=hek
coeptus = gevangene
Coimbra = stad, Polen (#)
colisata=tweewielige wagen
comeimu=we gaan samen
commios=naam van koning van de atrebaten (BB!)
con, com = met
Condate = Conde, F (#)
congeistlus = borgtocht, gijzelaar
Contiomagus = Pachten an der Saar, D. (#)
corma = tarwe bier (zie 'kourmi'?)
corii=leger
corio-=troepen, clans (GL)
couinnos = wagen
couirus, coueros = past precies
coule=wollen mantel met capuchon
counos=helder
crixsus= gekruld (GL)
crixus = gekruld
Cruptorix=Fries, 28 A.D., een "quondam stipendiarius" oftewel collaborateur volgens Tacitus,98 AD.(De Germania)
-cue=en
culcitra=vloerkleed
culus=billen
cumba=vallei, vat, door
cuno-=hoge-
cutios="gevaarlijke maand", "winderige tijd" (november?) (m)
D.
dagda=naam van god `die alles kan` (smeden, weven, zingen,enz) (+)
dago/s=goed, acceptabel
dagovassa=goede dienaar
dagodurnus=goede vuist / hand
damus=hert
dasia=zijtak van de grove den
dau = twee
dea=vrouw
deca = tien
decametos=tiende
decumates agri=in 10 stukken verdeeld land
dede=hij plaatste, heeft gegeven
dedicare=verband
delgu=(vast-)houden
deprosagilos=wie zorgt voor uitgebreide maaltijden
dervo=eik
dervogenos=zoon van de eik
deuoxtonion = van goden en mensen
deuo(s), devo, devos, dive=god, godheid (+)
devognata=geboren uit een god (+)
di bolg="de twee tassen": blaasbalg (BB), mogelijk ook een naam voor broek
dith=dood, vernietiging
dive=god, godheid (+)
divertomu="we leggen terzijde (de maand) en beginnen een nieuwe (maand)" (m)
donno, donnus=bruin / e
-dorii=deuren
doula=boomblad
drappo=wol
dravoca=meel
dru=veel
druide/s, druvida=geleerde, priester (+)
drunemeton=heilig eikenbos, waar de hoogste rechters (druiden)
vergaderen over de belangrijkste zaken (#)
drungus=mensen, stam, troepen
drunemeton=heilig eikenbos, waar wordt rechtgesproken
dubis=zwart
dubno=wereld, universum
dubnoreix = wereld koning
dubron, dubrum=water (mv: dubra) (#)
dugijontijo=wie / die dient/en
dum=kaap (#)
dum(m)an(nios)="de donkere maand" (m)
Dumnor(e)ix="koning van de wereld" (naam van leider der belgae)
duno=hoogte
dunum, durum=versterkte stad (#)
dur = water
durnacos=vuist
durnomagus=vuist-veld?
Durocasses = Dreux, F (#)
duxtir=dochter
E.
e = voorvoegsel, bijvooorbeeld "e-ssedum" = strijdwagen
eburonen="volk dat beschermd wordt door de taxis" (stam in Zuid-Oost Nederland rond 50 v.C.)
eburos=taxis, ijf (naaldboom met giftige naalden en zaadjes maar met eetbare vruchten en goed hout)
Eburouices = Evreux, F (#)
eclaï=ze zette
edrinios="hete periode" (maand) (m)
elembiuios="veel hekken" (maand)
enigeno=meisje
epona=godin, beschermster van de paarden, ruiters en reizigers (+)
epo/s=paard, "paardemaand" (m)
Eposognatus = goed gewend aan paarden
epostero(s), epotsoro(s) = tijd
eppius, eppo = paard (GL)
equos=paard (ouder woord?), "paardemaand" ((m)
eri-=voor
es, ex=uit, on-
e-ssedum = strijdwagen
esus=god (+)
etos=vijfde
F.
fata=mannelijke boomnimf (mv:fatae)(+)
Felsina = Bologna, I(#)
file=soort druide, dichter, filosoof, geschiedkundige (+)
fo=onder
frame=speer met smalle, korte ijzeren punt (mv: frameae)
frontu = one with a large forehead
furt,foort=doorwaadbare plaats (#)
gabi = nemen
gabro/s=geit
gabro(s) = bokkesprong
gabromagus=geitenveld
gaesum = speer (GL)
gaiso(n)=werplans, pijl, werpspies, angel
gall=kracht
gallus=Gallië (#)
garanus=kraanvogel
garra=achterkant van de hiel(, achillespees?)
garrito=dijbeen
gauta=wang
genaua, genava = wang, mond
Genava = Geneve, CH (#)
genos=zoon
Gergovia =Gergovie, F (#) BC, JM
gessa=verboden voor een koning (mv:geissi) (GB)
gestlos=gegijzelde
gia, giam, giamo, giamon, giamoni, giamillus=winter (maand) (m)
giamoni/os=wintertijd ,"winter-eind", "schiettijd"(maand) (m)
gilvus=geelachtig
gisel=gijzelaar
glas = groen
glastum=doorwaadbare plaats, wede (plantje) (GL)
gnata=geboren
gobann-=smid
grennos=haar, baard
gunna=bontmantel
gutu=stem, roepen (L)
gutuatri=hij/zij die spreekt met de godheid (L,+)
H.
hal, hall=zout (bv:
Hallstatt)
hand=hand (NL)
(h)atir=vader (500 v.C)
(h)at(t)en(o)ux=periode van 14 dagen werk, 1 dag rust (m)
hel=rivierweide ("hel"-namen komen veel voor in Friesland) (#)
hen=de oude -
hoofd=hoofd (NL)
I.
-i=dochter van -
-ialum=veld, vlakte (R?,#)
iantu=jaloezie
iantu(s), ientu(s), adiat, adiet = verlangen naar
iesin=mooi, glanzend
iesta=schuim (GL)
ieuri=ik wijdde aan
ieuru=hij wijdde aan
imbas forosnai=koningswijding, "waarheid zeggen" (GB)
imi=ik ben
in=in
incoctilia="gegoten metaal dragend"=vertind koper, lijkt op zilver
indas=deze
inio=concrete plaats (#)
inter=tussen
-io=zoon van -
iouincillus=jonge ...
iourus=zij wijdden aan
isara=de snelle (riviernaam,#)
isarno, isarnus, isernodero, ysarnodori = ijzer
iugera=oppervlaktemaat, 10 iugera=2,5 hectare
iugo(s)=juk
iurca=(naam) reebok
J.
jovinc-=jong
K.
karnitu=ik/hij stapelde op, plaatste
konan=koning
kourmi=bier (korma?)
L.
labara=de luid-ruisende (#)
labro=spreken
laina=wol
lal = nattigheid, viezigheid
lancia=lans
langa=hagedis
lanum=vlakte (#)
lat=dag (m)
lautro=bad
leeuwerik=leeuwerik (NL)
legasit=hij plaatste
lemos=olm, iep
ler=zee (GB?,#)
letauia = aarde
leuce, louce = licht
leukos=bos
leve-fanum=Wijk bij Duurstede (#)
lexouii, lixouii = helling
ligita=modder
Limoges (F) (#)
linda=?
linna = lichte mantel
litano/s=breed, ruim, verbreding van riviermonding
Litanobriga = brede-stad
litavicos=naam van militair leider 52 v.C. (BB)
liuo(s),liuius =kleur
locos = van een meer
lubi = liefde
luega, leuga=1,5 Romeinse mijl=2,22km=1 Gallische mijl
Lugdunum =Lyon, F (#)
lugoues = beschermgoden van schoenmakers (+)
lugh=zonnegod
Lutetia = Paris (#)
luxtos = portie, lading, mensen
M.
mag, magos, magus=veld, vlakte(#)
maglo, magalo=prins
magu-=jongen, knaap
magu(s) = vrolijk, jeugd
makwos=dochter
mal = slordig
malo=lof (fig.)
malorix=`koning vol lof`, naam van koning der Friezen 1e eeuw v.C.
mandu=handel drijven met
maniax=halsketen, torque
marca, markan=paard
maretak=`dat wat alles geneest` (pas op: maretak is giftig!)
-maros=groot
marra=tros, bosje
marus = groot
mas(t) = moeras
Massalia = Marseille, F (#)
mat = 14e dag van de "riuros", een bepaalde maand (m)
mat, matu=goed, compleet, periode van 30 dagen (m)
mata=stapel
mataris=werpspies, snijmes
matres, matrebo=moeder
matrona=vrouwelijke boomnimf, de moederlijke (mv:matronae)(+)
meacan=wortel
med=mij
medio=middelste
Mediolanum = Milano, I (#)
medugenus=(Gallische naam)
melinus=zwart, donker
melo, mello=berg, heuvel (#)
Melun (F) (#)
menta=pepermunt
midx=maand
mnas=zusters
mor/i=zee (morinen!)(#)
Morini=kustbewoners (stam in Zeeland)
Mosomagus = Mouzon, F (#)
moza, mosa =verharen, rui, symbool van transformatie / reiniging
multo=ram
mutta=berg klei
N.
-na=dochter van -
nage=niet (gereconstrueerd woord)
nametos=negende
nanto = vallei
natina=liefje
nau = negen
naumetos = negende
neddamon delgu linda=ik bevat de drank van de naasten
Nemausus = Nemours, F (#)
Nemetacum = Arras (#)
Nemetobriga (Spain) (#)
nemeton=heilige plaats, - weide, - bos, heiligdom (mv:nemeta) (#)
neptacus = kleindochter
nerto/n=kracht
nertovalus=geboren leider?
-nes = van de - (bv: dervones= van de eik)
neuio(s), nouio(s) = nieuw
Noreia = Hongarije
nox=nacht (m)
Noviodunum = Soissons, F (#)
Novio magus=nieuwe vlakte, Nijmegen (#)
novio/s = nieuw
Numantia (Spanje) (#)
O.
-obnos=angst
ogron(ios)=koud (maand) (m)
oino(s) = een
ol-=groot, grote
ollamh, ollav=hoogste druide (+)
onda=dit
onno=es (boom)
oppidum=versterkte nederzetting
orb = erven, opvolger
orge (to-)=vernietigen, doden
Orgetorix=koning die vernietigt
oxtu = acht
oxtumetos=achtste
P.
paraueredus, paraveredus = spare horse
parriko-=moeras
pempe=vijf
pennelocos (genitive) = eind van een meer
penno-=hoofd
pentyern=hoofd-edelman,titel van koning (GB?)
peplos=mantel
percunia=eik
pet=pet (NL)
peth=(ge-?)ding
petor-, petuar=vier
petor-ritum = 4 -wielige strijdwagen
petrucorii = de 4 gastheren
petrudecametus = 14e
pettia=lapje, stukje grond
pettium=stuk/je
petuar = 4
pink=pink (NL)
pinpetos=vijfde
p/leu=stromen
ponto=kleine boot
prenne=steekpalm (boom)
pusa=god van de landen (+)
R.
raithin=versterkte nederzetting
raon=veld
rap = nat grasland
ratin=fort, residentie
ratis=varen (plant)
raud=rood
reda=4 wielige wagen
regu=ik maak recht
rene=hergeboorte
rextu(s) = wet, overeenkomst
rhena=Rijn (#)
rica=gezaaide rij
rigion=koninkrijk
ritu=passage
ritum=wiel
ritus=renner
riuros= vorst-tijd (een bepaalde maand)(m)
-rix, -rex, -reix, rigo =koning, stamhoofd
ro-=erg -
rocca=roek (vogel)
S.
sagus/m (mv: sagi)=wollen mantel die alleen de rug bedekt
saliva=speeksel
samain=bepaald feest
samon/ios=zomertijd, zomer-eind, zaai-tijd (maand) (m)
sapo=zeep, haarkleurmiddel (kenden de Romeinen niet)
sasiam=rogge
sedlon=zien, plek
sego-=kracht
Segodunum = Wurzburg, D? (#)
segomaros=naam van zoon van villo/nos 2e/1e eeuw v.C. bij
Vaucluse (Nimes,Frankrijk?)
sel=moeras (#)
selua = bezit
seno-/s=oud/e -
senomagus=de oude vlakte (#)
sexta = 7
sextametos=zevende
sigovesus=`hij die kan overwinnen`, naam van belangrijk leider 400 v.C
simiuisonnos="semi-zomertijd", (maand) (m)
Singidunum = Belgrado, Servie (#)
slogi=mensen
slogi, slugi = slaaf, dienaar
smer = vet
so-sendha = dat ginds
sosin=dat, die
sosio=dit
stannum=tin
su-=mooi, goed
sub=met
sucarus=heel geliefd
sucellus
=goede slaander, hamergod (+)
suex = 6
suexos = zesde
suiorebe=aan zusters
sunartiu = met de goede kracht
T.
talo/s=wenkbrauw, voorhoofd, grond
tamisium=zeef
taran-=donder-
taran, taranis
=god van de donder, hemelgod, donderaar (+)
taratrum = avegaar, boor
tarb/h=stier (GB)
tarbh feis=stierenfeest (GB)
taringa, tarinca=nagel, spijker (GL)
tarvos, taruos =stier
tarvostrigaranus=stiergod met 3 kraanvogels (+)
taxi-=zacht
tegia=hut
teuoxtoni(o)n=van goden en mensen
teutha, touta, tota-, touto-, teuto-=stam, nederzetting, mensen
teut(h)ates, toutates=beschermer van de stam (+)
Teutoburgium (Hongarije) (#)
thigernum=-heer (GL)
tinca = zeelt (=vis)
Tincommios=naam van zoon van Commios, zie eerder (BB)
to = aan, in, van
Tolosa = Toulouse, F (#)
torko, torka=torque, halsring
tout-=mensen
toutiorix=heerser van de stam (+) (=bijnaam van teutates)
tragus = voet
treide=voet?
tri=drie
Tricasses = Troyes, F (#)
tricontis=periode van 30 dagen (m)
trinanto=3 valleien (#)
trinox samoni=de 3 nachten van het feest van samain (m)
triquetrum=drie-been; een bepaalde afbeelding op Gallische, ook Eburoonse munten (zie afb rechts)
tritios=derde
triucha cet=3000 strijders
trogos=treurig
tunna=ton
tyerns=edellieden (GB?)
U.
ue, ve =onder
uediju=ik smeek
uediiumi=ik bid
uer, ver = over
Uernodubrum, Vernodubrum = elzen-water
uertragus, vertragus = snelle hond (hazewind?)
uindo(s), vindo(s) = wit
uinom=wijn
uirus, virus = waar
uisu(s), visu(s), uesus, vesus = (het) waard
uxello=nobel/e
Uxellodunum (F) (#)
uxello(s) = hoog
Uxisame (#)
V.
valo, ualo=leider
vasso=dienaar
(-)vec-=(ge-?)vecht
velleda=waarzegster
velo=ik zie
ver-, vero-, viro-=over, super, leider
vercingetorix=naam van opperkoning (die `marcheert tegen de vijand`?),
zie "cingetos"
vercobreto, vergobretus=(naam van?) burgemeester
(para-)veredus=post-paard
vergo=oordeel
Vergobretes="uitvoerders van recht en wet"
verica=naam van zoon van commios, zie eerder (BB)
vernos=els (boom)
vernomagus=elsen veld, oud veld
Verona = Verona, I (#) (misschien uitgesproken als "uerona"?)
verritus=`super-renner`, naam van leider der Friezen 1e eeuw v.C.
verrix=overkoning
vertragos, -us=snelle jachthond, hazewindhond
vesus=goed
vid=zien
vids=ziende
vidu=boom, bos, hout (#)
vindo-=wit
Vindobona = Vienna, Vindonissa (CH) (#)
viria=armband
viriola/e=riem, gordel
visurix=(naam), mogelijk Germaans
vlatos=leider, prins
vo-=onder
Vulcanos=god (van het vuur?)(+)
was = modder
LITERATUUR:
LITERATURE SOURCES:
Ik wil hierbij graag Andrea De Vecchi, dhr J. Mascitelli en dhr Xavier Delamarre bedanken voor de uitgebreide hulp bij het aanvullen van deze lijst.