BESLUIT van den 6den Januari 1937, Stb. 1, waarbij aan Zijne Doorluchtige Hoogheid Prins BERNHARD VAN LIPPE-BIESTERFELD wordt verleend de titel van PRINS DER NEDERLANDEN, met het praedicaat van KONINKLIJKE HOOGHEID
WIJ WILHELMINA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ., ENZ., ENZ.
Gelet op artikel 65 der Grondwet;
Hebben goedgevonden en verstaan:
na de voltrekking van het huwelijk van Onze beminde Dochter Prinses JULIANA DER NEDERLANDEN met Zijne Doorluchtige Hoogheid Prins BERNHARD LEOPOLD FREDERIK EVERHARD JULIUS COERT KAREL GODFRIED PIETER VAN LIPPE-BIESTERFELD aan Zijne Doorluchtige Hoogheid te verleenen den titel van Prins DER NEDERLANDEN, met het praedicaat van KONINKLIJKE HOOGHEID.
Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad en in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan den Raad van State.
's Gravenhage, den 6den Januari 1937.
WILHELMINA.
De Minister van Justitie,
VAN SCHAIK.
Uitgegeven de zevenden Januari 1937.
De Minister van Justitie,
VAN SCHAIK.