Wie is hij? Wat wil hij? En vooral, waar blijft hij?
Een interview
Bij de voorbereiding op het nieuwe seizoen werden wij allen blij gemaakt met de komst van een nieuwe veelbelovende speler. Hij heette Karel Watteyne, oogde misschien wat sullig maar kon toch wel makkelijk met de bal uit de voeten (grapje).
Na enkele oefenwedstrijden gespeeld te hebben kwam Karel plots niet meer af naar de zondagse wedstrijden. Wij van Silovo Worldonline waren, net als u waarschijnlijk, meer dan benieuwd naar enige uitleg van de kerel zelve en zochten hem op voor een vraaggesprek.
Karel ontving ons op een vriendelijke, doch afstandelijke manier en bood ons een glaasje Perrier aan.
Silovo Worldonline : Dag Karel, we hebben je nu al enkele weken niet meer gezien bij onze vereniging.
Karel Watteyne : Ja, dat zal wel. Ik was er namelijk niet.
S : Inderdaad, een rake opmerking, Karel. Wij zijn natuurlijk erg benieuwd naar een verklaring van uwentwege.
K : Wel ja, ’t is te zeggen… (denkt na) (doet dit waarschijnlijk wel vaker, want studeert geneeskunde, nvdr) Toen ik bij Silovo aankwam wist ik onmiddellijk dat deze ploeg niet aan mijn eisen kon voldoen.
S : Ah zo. In welke opzichten schiet Silovo volgens jou dan wel tekort?.
K : Ja… (denkt opnieuw na) (is al de tweede keer op erg korte tijd, nvdr) Zeg, moet dit eigenlijk, dit interview? Ik bedoel…
S : Ik denk dat je ploeggenoten toch wel willen weten wat er scheelt.
K : Ja, da’s dan jammer voor hen. Ik ben sowieso niet van plan hier veel commentaar te geven. Je mag in feite al blij zijn dat je hier binnen mag.
S : Is er iets binnen de ploeg waarover je niet zo tevreden bent?
K : Iets? Je vraagt of er ‘iets’ is dat mij niet aanstaat? Een hele boel kan ik je vertellen, ja. De spelers bijvoorbeeld. Miljaar, wat een bende kloten hebben jullie daar lopen.
S : Over wie heb je het dan precies?
K : Ja, over bijna iedereen eigenlijk. Zo’n oude venten die nog altijd spelen. Allé, die keeper, hou oud is die vent eigenlijk? En die gast met zijn grote bek die vooraan speelt… Is er daar ooit al een verstandig woord uitgekomen?
S : Maar ’t zijn toch niet allemaal ouderen?
K : Ja, dat wel, maar als je ziet wie dan overblijft sta je in feite nog nergens, hé. Die leraars, zeg. Ik ben ooit eens wat aan de late kant op school toegekomen en Bart Nollet was toen subregent. Hij zei dat ik te laat was en net op dat moment ging de bel. Natuurlijk was ik nu te laat, omdat die kerel mij daar stond op te houden natuurlijk. Was die Nollet daar niet geweest, dan was ik in 6 jaar college geen enkele keer te laat gekomen. In 6 volledige jaren, hé!! En ik ben nooit ziek geweest, want mijn papa is dokter. En die Carron, nog zo één. Dat die eens leert hoe je deftig een examen moet verbeteren. Hij heeft mij zelfs nog een 7 gegeven. (zwijgt even) Een 7, hé! En die Bart Kerkhof, ’t is te zien dat zijn pa ook leraar is.
S : En de anderen?
K : Ja, Packo is nog altijd maar 13 jaar als je hem bezig hoort. En die Bart Ingelbrecht. Mag die niet buiten komen zonder zijn moeder misschien? Allé, da’s toch niet meer van deze tijd, hé. Ook die gast die vanachter speelt en altijd zo geobsedeerd is door de vrouwen. Ik schaam me gewoon om die vent te kennen, hé. Dan is er ook nog die fascist daar; hoe noemt die gast weer… Stein Von Haverbechen of zo. Ik bedoel eigenlijk dat er niemand in de ploeg zit die ik graag heb. Ook die 2 broers die niet anders kunnen dan lopen. Miljaar, ’t is nog altijd voetbal, hé!
S : Thomas Meire is er nu ook. Hij is zondag voor de eerste…
K : (onderbreekt prompt) Thomas Meire? Is dat die kerel met zijn vogelverschrikkerskapsel? Allé, heb je dat nu al eens goed bekeken? Zo kun je toch niet over straat lopen. Wat moeten zijn ouders wel allemaal meemaken?
S : We zien je dus waarschijnlijk niet meer terug de zondagmorgen?
K : Toch wel. Ik heb nu eenmaal mijn lidgeld betaald. Of denkt die Rossey dat hij zomaar een heel jaar van mijn geld kan profiteren misschien?
S : Je zult opnieuw komen spelen terwijl er niemand is die je aanstaat?
K : Welja. Zeg, waarom wilden jullie mij eigenlijk interviewen? Jullie gaan dit toch niet verder vertellen aan de anderen?
S : Nee hoor, we kwamen louter uit eigen nieuwsgierigheid eens langs; we waren hier in de buurt en…
K : Ah, ’t is maar best ook. Ik ben van plan me daar een beetje als de populaire jos voor te doen, dus zij hoeven niet te weten hoe ik over Silovo denk.
S : Nee, ik denk niet dat ze iets door zullen hebben…
Nadat Karel ons op eigen wijze de deur toegewezen had, hebben wij hem toch nog gecontacteerd om toestemming te vragen het interview wel te publiceren. Dit was zijn antwoord:
Date: Tue, 26 Sep 2000 14:33:55 GMT
Geen bezwaar tegen het interview, mijn woorden zijn niet verdraaid. Vergeet echter vooral niet mijn motto "Alle Silovo-spelers (mij uitgezonderd) zijn mietjes en hun moeder is een hoer".
groeten
Karel
Karel woont in Loppem, is ’s avonds vaak alleen thuis en heeft een hond die niet bijt.