Soms denkt ze dat hij een monster is.Wanneer zijn reutelend ademen
schimmen werpt waar de maan
op scheve muren danstWanneer hij slaapt met open ogen
en galopperende nachtmerries
zijn pupillen verbrijzelenAls stemmen in hem grommen
en praten door zijn mond
met krijsend hese woorden;Demonen grijpen vaak klauwend
naar zijn keel en doen hem stuiptrekken
in een eeuwig wakker worden.Wanneer ze dan voor het raam gaat
staan valt haar kleed in droeve plooien.