De Romeinse verovering van Gallië
Rome veroverde Gallië onder de leiding van Julius Caesar. Hij moest de schulden die hij had gemaakt tijdens zijn verkiezingscampagne goed maken, dus dat deed hij maar door nieuwe gebieden te veroveren.
Hij wachtte geduldig af tot uit de onder elkaar ruziënde Gallische stammen een stam zou komen die hem om hulp zou vragen.
En dat gebeurde. Langzaamaan veroverde Caesar met een indrukwekkend leger Gallië
Dat liep niet altijd van een leien dakje In Alesia verschanste de opstandige Vercingentorix met 80 000 manschappen. Omdat de Galliërs hulptroepen verzamelden (250 000 man) liet Caesar een gordel van belegeringswerken aanleggen rond de Gallische versterking. De eerste gordel 17 km , de tweede 22 km.
Daartussen zaten 50 000 romeinen beschermd door ingegraven ijzeren punten, kuilen met scherpe staken, een haag gepunte stokken, twee loopgraven waarvan 1 gevuld met water en een steile wal met houten torens. De Galliërs liepen zich dagenlang te pletter op deze werken en gaven zich tenslotte over.
De galliers hadden ook geen tactiek: in een wilde furie stormden ze op het duidelijk geordende Romeinse leger af: