Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

ARGUSOGEN

of het geweten van Halle

Een anarchistische, apolitieke, argeloze, authentieke, compromisloze, functionele, gevoelsgeladen, gevreesde, idealistische, impulsieve, kritische, lofwaardige, masochistische, misnoegde, non-conforme, onverzettelijke, oprechte, poëtische, profane, sacrale, vergramde, verguisde, verketterde, wantrouwige en wereldvreemde elektronische nieuwsbrief over Halle in de breedste zin van het woord voor aankaarten, aanklagen, aftasten, behoefte, bestaansmogelijkheid, bestaansnoodzakelijkheid, bestaansrecht, consequentie, doorgronden, doorlopend klaarkomen, essentie, kotsen wegens onbegrip, masochisme, overleven, pogingen, problemen, relativiteit, striptease en uitersten en tegen academisme, beperking, compromis, conservativiteit, inconsequentie, normen, overbodigheden, oude en jonge krokodillen, politici uit meerderheid en minderheid, pose, ‘representativiteit’, traditie en zogenaamde ‘nieuwe politieke cultuur’.

Mijn grondhouding is: wantrouwen. En het wordt steeds erger. (Günther Wallraff in Humo van 24 april 2001).

Rik Wouters, steen des aanstoots of rebel uit roeping? en Rik Wouters. Dwarsligger met onconventioneel levenspatroon. (Ivo Blijkers in De Streekkrant (Halle) van 10 oktober 2002).

Voor Rik [,] de (soms) vergramde poëet, ’t was een mooie tijd!" (opdracht uit 1998, geschreven door Jan Van Rompaey, moderator van "Jan Publiek", in zijn boek "De koningin was in twee stukken", verschenen in 1985).

Wouters schrijft […] vanuit een misnoegen soms, vanuit een ontgoocheling of ergernis, maar hoe dan ook met die basis van idealisme, of kan ik beter het woord oprechtheid en authenticiteit gebruiken, vermengd met een soort argeloosheid waarmee hij enkel maar zijn goede bedoelingen onderstreept. Hij is zodanig bezeten van het boek als een bijna sacraal en tegelijk profaan instrument […]. (Guy van Hoof, literair criticus, tijdens de voorstelling van de dichtbundel "elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd" van Rik Wouters in 1999).

"Colofon"

-Een initiatief van de Casita de la soledad-stichting uit Halle in samenwerking met de elektronische kranten "De Gazet van Halle" en "halle.nu".

-De Casita de la soledad-stichting bestaat sinds 1989 en is uitgever van literaire en andere cahiers en organisator van literaire en algemeen-culturele activiteiten.

-De Casita de la soledad-stichting is Vlaams-nationaal, erkend door het ISBN en de Dienst Wettelijk Depot van de Koninklijke Bibliotheek van België, en lid van de cultuurraad van Halle.

-Argusogen is te lezen op:

-"halle.nu": http://halle.nu en http://halle.nu/argusogen;

-"De Gazet van Halle": http://w3.to/halle.

-Verschijnt onregelmatig.

-Nummer 11, 25 oktober 2002.

-Contactadressen: Rik Wouters, Merellaan 7 te 1500 Halle en casita.soledad@pandora.be.

-Bijdragen worden naar casita.soledad@pandora.be gemaild en kunnen, steeds onder de naam van de inzender, opgenomen worden. Niet-gemailde bijdragen komen niet voor opname in aanmerking. Argusogen heeft het recht om bijdragen zonder opgave van reden(en) niet op te nemen. Argusogen heeft het recht om bijdragen die ze wel opneemt, in samenspraak met de inzender in te korten. Argusogen heeft het recht om reacties op bijdragen zonder samenspraak met de inzender in te korten of niet op te nemen. Bijdragen worden opgenomen in de spelling van de inzender. Het opnemen van bijdragen betekent niet noodzakelijk dat Argusogen met de inhoud ervan akkoord gaat.

-Onder de bijdragen van Rik Wouters verschijnt geen naam.

-De uitgaven van Argusogen (telefoon, mailing, geschreven briefwisseling, verplaatsingen, drank, …) zijn niet te onderschatten. Daarom kunnen giften gestort worden op 068-2166279-05 van de Casita de la soledad-stichting .

-De elektronische briefwisseling wordt tot het uiterste minimum beperkt.

© Bij de auteurs. Alles mag op welke wijze dan ook verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden, op voorwaarde van voorafgaande, schriftelijke toestemming van de auteur, met inbegrip van de Verenigde Staten van Amerika.

-Abonnenten worden van elke verschijning per mail op de hoogte gebracht.

-Abonneren kan door het mailen van "toezenden Argusogen" naar casita.soledad@pandora.be.

-Opzeggen van het abonnement kan door het mailen van "opzeggen Argusogen naar casita.soledad@pandora.be.

"Doelstelling"

Om net als Argus (…) (klass. myth.) honderdogige wachter; zinnebeeld van waakzaamheid" (van Dale, 1970) het dagelijkse leven in Halle te observeren en te becommentariëren en als zeer helderziend persoon (Van Dale, 1995) te voorvoelen of als zeer lastige bewaker (Van Dale, 1995) bloot te leggen en aan te klagen.

"Verantwoording"

Nog voor het verschijnen van nummer 1 op 4 maart 2001 was het reeds de bedoeling om met Argusogen te stoppen op het moment dat in Halle niets meer verkeerd of slecht gaat. Argusogen is dus duidelijk niet bedoeld om op te hemelen, maar wel om aan te klagen. Bedoeling is dat de aangeklaagden hun conclusies trekken en zich aanpassen, wel te verstaan in positieve zin, of oprotten.

Wanneer ik echter zie wat ik allemaal aangeklaagd heb zonder dat dat verholpen wordt, en wat verkeerd gaat zonder door mij aangeklaagd te zijn en/of worden, ben ik bang dat het einde van Argusogen nog niet in zicht is. Ik ben inderdaad ‘bang’ -Ik beklemtoon bewust dit woord.- dat het einde nog niet in zicht is: u denkt toch niet dat ik Argusogen voor míjn plezier volschrijf?! Er zijn leukere dingen in het leven: ik ben immers niet de masochist die Argusogen dacht dat ik ben, toen het me tot "Argusogen-masochist van de twintigste eeuw" uitriep. Ze zijn zot, die mannen van Argusogen.

"Argusachtigen"

of de onverbloemde Halse actualiteit door bondgenoten in de strijd

Volg de Halse actualiteit via de elektronische journalistiek op de voet bij:

-http://halle.nu: verslagen van de gemeenteraden die de Stad niet langer ter beschikking van de burger stelt;

-http://users.pandora.be/severs.tom: de OCMW-problematiek die de sites van de Stad en het OCMW onbesproken laten, blootgelegd door dé specialist bij uitstek;

-http://w3.to/halle: over het reilen en zeilen in de stad en bij de Stad. De hemel ingeschreven door vrienden en gelijkgezinden; gevreesd en veracht door de Halse politieke meerderheid. De burger kan er zijn mening kwijt.

"Het oog argust"

of slenteren door Halle

12 oktober 2002. Sinds weken staat op de Sint-Rochusstraat een container op het voetpad ter hoogte van de vroegere Harmonie. Het voetpad zelf ligt er in slechte toestand bij: de kans om een been te breken is niet denkbeeldig. Dit is eerder regel dan uitzondering! Dit bewijst eens te meer dan de Stad de zwakste van alle weggebruikers geen warm hart toedraagt. Geen agent te zien. Dit is eerder regel dan uitzondering!

12 oktober 2002. In de Melkerijstraat wordt er nog steeds wild geparkeerd: waar het door een verbodsplaat verboden is, en op de verkeersdrempel. Geen agent te zien. Dit is eerder regel dan uitzondering!

13 oktober 2002. Gelezen in nieuwsbrief 11 (raadpleeg ook http://users.pandora.be/severs.tom) van Tom Severs onder de hoofding Talibanleiders Roobaert en Pieters verbannen Tinels kunstwerk. Het vorige OCMW-bestuur heeft Koenraad Tinel, één van onze vooraanstaande plastische kunstenaars met internationale uitstraling, de opdracht gegeven om een kunstwerk te ontwerpen onder volgende voorwaarden: De kunstenaar kreeg van de OCMW-raad een onbeperkte artistieke vrijheid -Mooier kon het niet.-. Enkel het thema, "De leeftijden van de mens", en het materiaal, brons, werden hem opgelegd. Deze opdracht kaderde in het beleid van de Vlaamse regering die lokale besturen verplicht(…) om bij de bouw van gesubsidieerde gebouwen een deel van de Vlaamse subsidies te besteden aan de aankoop van een kunstwerk dat in het bouwproject moet geïntegreerd worden. (…) Concreet diende het Halse OCMW meer dan 2.000.000 BEF Vlaamse subsidies te besteden aan de aankoop van een kunstwerk. Bedoeling was om het kunstwerk permanent tentoon te stellen op een voor iedereen zichtbare plaats. Een lofwaardig initiatief dat de burger in contact zou gebracht hebben met hedendaagse Vlaamse kunst. "zou", want wat blijkt? Omdat de tandem Pieters-Roobaert het kunstwerk niet mooi vindt, wordt het jammer genoeg verbannen naar de tuin van het rusthuis. Ik ga niet zover als Severs die beweert dat dit het cultureel en sociaal gehalte van Pieters bewijst. Over het cultureel en sociaal gehalte van Roobaert kan ik kort zijn. Hij heeft er geen zoals in het verleden steeds weer gebleken is uit zijn ‘tussenkomsten’ op de gemeenteraad die in een soort ‘beschaafd’ Hals verliepen: het is zielig om te moeten vaststellen dat er nog steeds beleidsmensen zijn die het Nederlands niet beheersen en er niets aan doen om dat te verhelpen. Toch heeft dat cultureel en sociaal gehalte niets met het verbannen van Tinels kunstwerk te maken. De oorlog tussen Severs enerzijds en Pieters én Roobaert anderzijds ligt aan de basis. De burger is het kind van de rekening en kan van zijn dure centen het resultaat niet zien. Tenzij hij oud is en in een OCMW-bed slaapt. Laat me toe om mijn mening over Pieters culturele peil te herzien: het is schrikwekkend laag. De verbanning van Tinel -Zijn kunstwerk en kunstenaar niet één?!- is niets minder dan een ingreep in de kunstbeleving door cultuurbarbaren. Met angst denk ik terug aan o.a. de boekverbrandingen onder Karel V en Filips II, Hitler en "Ontaarde kunst", de index waarop de kerk boeken zette die niet mochten gelezen worden, de vernielde bibliotheek van Sarajevo, ... Ja, zelfs het feit dat ik tijdens de laatste jaren van de humaniora aan het O.-L.-Vrouwecollege te Halle het magistrale "Ik ben maar een neger" van Jef Geeraerts niet mocht lezen, gewoon maar omwille van zijn Gangreen-boeken, nochtans ook hoogstaande literatuur. Het is erg dat politici die geen snars van kunst begrijpen en ze zelfs als overbodig beschouwen, beslissen welke kunst kan en welke niet. Dit ruikt naar hoogheidswaan en dictatoriale neigingen. Dit is dictatuur van de ergste soort! Kunstenaars aller kunstdisciplines, verenig u en protesteer.

14 oktober 2002. Het openbaar sluikstort aan de glascontainer aan Pastoor Bernaertstraat en Merellaan is weer eens niet opgeruimd. Papieren en plastiek zakken vliegen in het rond en vervuilen de goed onderhouden tuinen. Dit is eerder regel dan uitzondering! Is het misschien de politiek van de Stad om de omwonenden het afval te laten ruimen zodat zij op personeel kan besparen?! De ruimte rond de glascontainer aan de Zuster Bernardastraat (vroegere slachthuis) ligt er ongerept bij. Dit is eerder regel dan uitzondering! Waarom wordt het centrum beter verzorgd door de stadsdiensten dan de Sint-Rochuswijk? Dit is eerder regel dan uitzondering!

14 oktober 2002, tussen 19.00 en 21.00. 11 wagens rijden vanuit de verkeersvrije Basiliekstraat de Beestenmarkt op. Geen agent te zien. Dit is eerder regel dan uitzondering!! Opnieuw bewijst de Stad dat ze de zwakste van alle weggebruikers als tweederangsburgers beschouwt. Dit is vragen om ongevallen. Beste lezer, richt uw woede en schadevergoeding niet alleen op autochauffeurs en fietsers wanneer u in een verkeersvrije straat wordt aangereden. Klaag de Stad aan wegens medeplichtigheid aan het opzettelijk toebrengen van slagen en verwondingen: het is immers de Stad die zonder schroom in gebreke blijft.

16 oktober 2002, 19.13. Gelezen in een mail van edg, Spirit-gemeenteraadslid Eric De Greef, aan JP, JP van Haesendonck: vergeet niet dat de meerderheid van Halle dit kunstwerk afgrijselijk vindt (zeker als we de aankoopprijs zouden bekend maken) en dat elke actie serieus moet overwogen worden. De Greef neemt zijn wensen voor werkelijkheid door te verklaren dat de meerderheid van Halle dit kunstwerk afgrijselijk vindt: bij mijn weten is er immers geen referendum of enquête gehouden die dat aantoont. De Greef bewijst ook niets van kunst af te weten: kunst heeft immers niet (noodzakelijk) iets met schoonheid te maken. Ik stel me overigens de vraag waarom De Greef zich in verband met het beeld van Tinel laat horen. Kunst lijkt me immers niet aan Spirit of politici van andere partijen besteedt. Er de Beginselverklaring van Spirit eens op nagelezen: veel blabla over cultuur. Kunst en kunstenaar echter blijven (bijna) volledig in de kou staan. Het woord "kunst" komt slechts éénmaal, in §26, voor: Voor ons is het de taak van de overheid om de creativiteit en cultuurparticipatie te stimuleren, om cultuur te democratiseren, om mensen samen kunst en cultuur te doen beleven. Dat -mensen samen kunst en cultuur (…) doen beleven.- is toch onzin. Kunst is het gevolg van een individuele daad van een kunstenaar. Kunstbeleving is de individuele daad van een kunstliefhebber en -bewonderaar. Nooit zullen politici begrijpen wat kunst is. Ik heb ooit geschreven dat kunst en politiek zich tot elkaar verhouden als "de Schone en het Beest". Ik stel me de vraag waarom elke actie serieus moet overwogen worden. Ik stel me nogmaals de vraag waarom De Greef zich in verband met het beeld van Tinel laat horen. Volgt Spirit-Halle het (slechte) voorbeeld van CD&V-Halle door nu reeds de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 voor te bereiden?!


17 oktober 2002. In Passe-partout van 16 oktober 2002 Jonge vandalen trekken Cardijn omver van Sant gelezen. In zijn artikel vermeldt Sant dat Buurtonderzoek (…) tot op heden weinig resultaat opleverde. Daardoor is het vreemd dat hij in zijn titel meedeelt dat Jonge vandalen de schuldigen zijn. Weet Sant meer? Of neemt hij de woorden van ‘getuige’ Verbist die verklaarde dat ze Omstreeks 2 uur (…) een harde klap hoorde die meteen (…) door gejuich van jongeren gevolgd werd, voor waar? Vreemde getuige die niets gezien heeft, maar nachtelijke stemmen zomaar aan jongeren toeschrijft. Een knap staaltje van discriminatie door mevrouw Verbist. Vreemd echter is dat Sant haar zonder enige kritische bedenking te formuleren gelooft zoals uit zijn titel blijkt. Een knap staaltje van subjectieve journalistiek.

17 oktober 2002. In Passe-partout van 16 oktober 2002 Jonge vandalen trekken Cardijn omver van Sant gelezen en een foto gezien van het hoofd van Cardijns standbeeld op een staak. Hebben de ‘vandalen’ hiermee willen zinspelen op het verleden van de kerk dat in haar katholieke en repressieve politiek haar ‘politieke’ tegenstanders liquideerde en hun hoofden op staken liet steken?!

Van 14 tot en met 18 oktober 2002. Controle laten doen van de glascontainer aan de Pastoor Bernaertstraat en de Merellaan en die aan de Zuster Bernardastraat (vroegere slachthuis). Controle gebeurde 3 keer per dag: rond 8.00, ‘s middags en iets na 16.00. Wat bleek? De ruimte rond de glascontainer op Sint-Rochus ligt er constant vuil bij: flessen en afval dat er helemaal niet thuishoort zoals onder meer kartonnen dozen en papieren en plastieken zakken. De ruimte rond de glascontainer in het centrum ligt er elke keer proper bij. Beweren dat mensen van Sint-Rochus minder proper en milieubewust zijn, kan de reden niet zijn. Het kan niet anders dan dat het ‘vreemde’ vuil er dagelijks meer dan eens opgekuist wordt. Hoe is dit te verklaren? Simpel. Het centrum wordt door de stadsdiensten beter verzorgd dan de Sint-Rochuswijk. Waarom? Omdat het stadhuis er zo dichtbij ligt? Omdat de Stad de burgers van Sint-Rochus slechts als tweederangsburgers beschouwt?

18 oktober 2002. Gelezen op http://users.pandora.be/severs.tom, de website van Tom Severs: Argusogen in Halle. Onder de link 'links' onder de startpagina vind je de link Argusogen van 'het geweten van Halle'. Klikken maar!

19 oktober 2002. Iemand deelde mee dat Argusogen in Argusogen 10 vergeten is om in de rubriek "Argusachtigen" of de onverbloemde Halse actualiteit de link naar o.a. www.meerspirit.be/halle, de site van Spirit-Halle, waarin gebrek aan respect voor het Nederlands, dé taal van het Vlaamse Gewest, werd aangekaart, te vermelden. Ik heb die iemand laten weten dat Argusogen niets vergeten is. De link naar de site hoort immers niet langer thuis in "Argusachtigen": wie kritiek geeft op anderen, moet in de eerste plaats immers aan zelfkritiek doen. Sta me toe om u aan te raden om in Argusogen 10 en de rubriek "Het oog argust" de 2 bedenkingen bij de site van Spirit-Halle van 5 oktober 2002 ((Spirit kent geen Nederlands (namen van talen worden in het Nederlands immers nog steeds met hoofdletter geschreven.) en een Spiritlid bezondigt zich aan anderstalige reclame zonder door zijn bestuur terechtgewezen te worden.)). Hieruit blijkt overduidelijk dat Spirit-Halle niet consequent is. Ik aarzel zelfs niet om het woord hypocriet aan dit openbarende papier toe te vertrouwen. De site van Spirit-Halle had dan ook niet langer een plaats tussen de gelijkgezinden van "Argusachtigen".

20 oktober 2002, 9.38. Ontvangen van Hans Claus, dichter, prozaschrijver en plastisch kunstenaar, die vorig jaar Halle verlaten heeft. Kunstenaars zijn inderdaad helaas of misschien ook gelukkig individualisten. Ik poog soms wat van die hang naar warme verbondenheid door mijn schelp laten sijpelen, maar ik stel even zoveel keren vast dat de drang om terug in mijn schelp te kruipen even levendig is. Voor alle duidelijkheid : mijn schelp is mijn atelier of mijn schrijfmachine. Wanneer ik dan al op het podium gestaan heb, of in een blaadje of op een tentoonstelling, bekruipt me binnen de kortste keren weer de afkeer van het publiek, vooral als dat Jan heet. Medekunstenaars ontmoeten kan deugddoend zijn, maar we stellen telkens vast dat we mekaar vooral in onze individualiteit moeten blijven respecteren. En dat uit de mond van een politiek collectivist ! Het illustreert denk ik die onmogelijke tweestrijd van deze diersoort die we mens noemen : onze abstracte rationaliteit duwt ons naar gelijkheid en rechtvaardigheid, onze chemische drang snakt naar vrijheid en liefde. Het is me wat om in deze gedaante op de aardkloot geworpen te zijn. Concreet : ik denk dat ik het bewuste beeld al gezien heb en dat ik me toen de bedenking gemaakt heb dat het te goed was voor Halle. Het verbaast me dus geenszins dat het naar achter in de tuin wordt verbannen. Het doet me
besluiten dat ik er goed aan gedaan heb dat nest te verlaten. Ik bewonder je strijdlust, maar ik denk niet dat ik ertoe bewogen kan worden om van die kostbare uren dat ik mogelijks een ingeving te verwerken krijg te
spenderen in een verloren strijd te weten de strijd tegen dwaziteit en barbarij. Ik vrees dat de massa die tegenwoordig conform het vrije markt principe van vraag en aanbod altijd gelijk krijgt, gewoon in zijn handen
klapt wanneer in de plaats van een kunstwerk een kleurrijke schommel wordt geplaatst. Maar ik geef je wel mijn toestemming om wat ik hier schrijf te gebruiken in je strijd om behoud van het beeld.

20 oktober 2002. Naar een deel van Ontbijtshow met Luc Pauwels op Radio Victoria geluisterd. Onderwijzertje Pauwels is en blijft hardleers. Hij blijft het maar hebben over ‘sjauw’ in plaats van ‘sjoow’. Dit is eerder regel dan uitzondering! Hij kent nog steeds het verschil tussen ‘doorgaan’ -‘Doorgaan’ impliceert dat iets ooit uitgesteld is.- en ‘plaatsvinden’ niet. Ook dit is eerder regel dan uitzondering! Zeggen dat zo iemand kinderen iets moet bijbrengen. Zielig! Hoe heeft hij ooit zijn diploma gehaald?!

20 oktober 2002. Al opgemerkt dat de link naar Argusogen sinds maanden van de site van Spirit-Halle verdwenen is?!

22 oktober 2002. Halle heeft zijn ontstaan te danken aan het feit dat op de plaats waar Halle zou ontstaan, een doorwaadbare plaats over de Zenne was. De Zenne heeft eeuwen, zelfs millennia het leven in Halle bepaald. Ze zorgde voor eten. Ze zorgde voor bescherming. Ze zorgde voor werkgelegenheid. In de zestiger jaren van vorige eeuw heeft de Stad besloten om de Zenne aan het oog te onttrekken en, erger nog, voor altijd te verbannen. Vele steden die fier zijn op hun verleden, koesteren hun rivier. Ik som op zonder volledig te zijn: Antwerpen, Gent, Köln, London, Paris, Roma, Wien, … En Halle? Halle heeft besloten om haar rivier voorgoed dood te zwijgen. Geen straatnaam verwijst ernaar. Geen bordje herinnert eraan. Slechts een minderheid van de burgers weet nog waar ze liep.

22 oktober 2002. Gelezen op www.dirkpieters.be, de site van burgemeester, in verband met de Hogelverkoop: De hogelverkoop ten voordele van de restauratie van de Basiliek kende reeds een groot succes. Wij willen er echter op wijzen dat, om een logische volgorde van de werken te kunnen waarborgen, de demontage van de gotische -Gotisch? Neogotisch!- bladmotieven pas eind augustus zal plaatsvinden. We zijn reeds eind oktober en er zijn nog steeds geen hogels. Indien ik me niet vergis, heb ik reeds in de loop van april mijn bijdrage betaald. Dit zijn verfoeilijke handelspraktijken: iemand maanden vóór levering de volle pot doen betalen. Wat zou Test-aankoop hiervan vinden?! Aan degenen die reeds hun exemplaar bestelden vragen wij dus nog even geduld uit te oefenen vooraleer zij hun middeleeuws stukje ambacht in ontvangst kunnen nemen... Pieters moet dringend geschiedenis leren, net als Bellemans die het in het begin van dit jaar had over de ‘barakke’ torenlantaarn van de basiliek. De hogels hebben niets met de Middeleeuwen te maken: ze dateren immers van de neogotische restauratie uit de zestiger jaren van de 19de eeuw, een 400-tal jaren na het einde van die Middeleeuwen. Halle heeft het niet getroffen met haar leidende politici: ze kramen zomaar wat uit. Kan men niet overwegen om geschiedenis- en kunstlessen te geven aan leidinggevende politici in plaats van taallessen aan allochtonen?! Kan men niet overwegen om van alle kandidaat-politici een examen algemene kennis af te nemen voor hen toe te laten om een mandaat op te nemen?!

23 oktober 2002. Een 40-tal fietsers en lichte motorfietsers in het historische centrum van de stad gezien. Los van het feit dat ongeveer de helft in een van verkeersvrije straten reed -Respect voor de voetganger, de échte zwakke weggebruiker, lijkt hen vreemd te zijn.-‘, is het me opgevallen dat bij meer dan de helft van hen voor- en/of achterlicht niet werkte. Controle door de politie dringt zich op: de zwakke weggebruikers die ze zijn, moeten niet alleen tegen auto’s, bussen en vrachtwagens, maar ook tegen zichzelf beschermd worden.


"Publicaties over Halle"

WOUTERS Rik. De voorouders van de zwarte madonna (titel). Halle en haar prenatale fase (ondertitel). Casita de la soledad-stichting, Halle. 2002. Verschenen als: LinkScahier 1.

Sinds lang heb ik Halle verlaten. Bijna had ik geschreven: definitief verlaten. Niets echter is minder waar. In 5 van de 6 dichtbundels die ik sinds 1984 toen ik Halle verliet, geschreven en laten uitgeven heb, duikt Halle vaak en meer dan terloops op. Met deze woorden begint letterkundige Wouters, die sinds vorig jaar tot spijt van een aantal mensen weer in zijn geboortenest woont, zijn geschiedkundig werk over het ontstaan van Halle. Dat het over de oorsprong van Halle gaat, blijkt slechts uit de ondertitel. Typisch dichter Wouters: de lezer op het verkeerde been zetten. Dit is echter slechts schijn! Wie kan nu ook een geschiedenis van Halle schrijven en de zwarte madonna ongemoeid laten?! Zelfs de ongelovige Wouters die slechts (met moeite dan nog) in het woord geloven kan, slaagt er niet in.

Wouters bewandelt in dit boekje andere wegen dan de literatuur. (…) Toch begeeft hij zich niet op vreemd en onbekend terrein. Naast literair kunstenaar en criticus is Wouters ook historicus: zijn bibliotheek met geschiedkundige werken die uitgebreide afdelingen over onder andere Halle (…) is er het beste bewijs van.

Uitgangspunt én rode draad is volgende uitspraak van Pol Walschot aan wiens herinnering dit boekje zomaar is opgedragen: Degelijke documentatie en informatie en wetenschappelijk gefundeerde historische kritiek is onontbeerlijk.

Wouters probeert die uitspraak tot de zijne te maken. Hij wikt en weegt. Hij vergelijkt. Hij merkt op dat Halse historici zichzelf en collega’s geregeld tegenspreken. Hij stelt vast dat die historici vaak verzwijgen wat niet in hun katholieke kraam past. Hij besluit dat de historici de geschiedenis van hun stad schrijven vanuit een christelijk uitgangspunt: alles moet in het imaginaire beeld dat Halle gegroeid is rond een vroegmiddeleeuws kerkje, passen. Het lijkt er sterk op dat de waarheid voor die geschiedschrijvers van ondergeschikt belang is.

Wouters nuanceert Walschots stelling enigszins. Belangrijk om weten is dat Wouters uitgaat van hypothesen. Daarover verklaart hij dat van Dale me leert dat het "een als voorlopige waarheid aangenomen maar nog te bewijzen veronderstelling" is. Een quasi-zekerheid, met andere woorden?! Een zekerheid die alleen nog maar met bewijzen moet gestaafd worden!

Wouters heeft de geschiedenis van Halle willen herschrijven. Hij heeft de geschiedenis van Halle herschreven. Hij zag reeds voor het boekje verschenen was, mogelijke gevolgen in: Hij weet dat hij zich met de publicatie van dit boekje zal blootstellen aan de kritiek van Halse geschiedkundigen en katholieken. Dat een aantal van die kritieken vernietigend zal zijn, weet hij nu reeds. Hij zet echter door zoals hij altijd al gedaan heeft, zonder zich aan kritiek en tegenkanting te storen en zonder om te kijken, omdat hij weet dat waarheid slechts kan door de mens ermee te confronteren. Toch heeft Wouters het bij het rechte eind om aan te klagen.

Ivo Blijkers vroeg zich in De Streekkrant van 10 oktober 2002 af of Wouters, Dwarsligger met onconventioneel levenspatroon, steen des aanstoots of rebel uit roeping is. Hij is beide, hoewel ik hem in de eerste plaats als rebel beschouw. Hij heeft immers nog de geest van Mei 68 in zich.

Ook Dit essay getuigt van Wouters' typische beschrijvende prozastijl. De lange, meestal neven- en ondergeschikte zinnen en de vaak uitgebreide inlassingen tussen gedachtestreepjes vragen een bijzondere inspanning van de lezer. Daarbij komen dan nog zijn lange uitweidingen die de lezer vaak en onverwacht schijnbaar elders mee naartoe nemen. Toch komt de lezer steeds weer bij het Halse 'scheppingsverhaal' terecht. Hierover heb ik tot nu toe niets gezegd. Ik houd het ook zo. Toch wil ik nogmaals citeren uit Ivo Blijkers’ artikel: Ik (…) kom bij de Romeinen en de Kelten terecht. Misschien heeft Halle zelfs een prekeltische oorsprong…

Ik kan niet anders dan te besluiten dat (…) Ook dit boek vraagt om gelezen te worden. Zelfs indien je Wouters' waarheid niet aanvaardt, zul je die boek als een roman lezen. Dit boek moet gelezen worden. Al was het maar om de andere, vernieuwende en verfrissende visie op het ontstaan van Halle. Dit boek is een must. Al was het maar omdat het een belangrijke episode aan de Halse geschiedenis toevoegt.

Als slot wil ik het hebben over het feit dat Wouters zijn werk aan een aantal mensen opdraagt; hieruit blijkt overduidelijk zijn diepmenselijke levensdrang en -visie. Walschot werd reeds vermeld. Daarnaast bewijst Wouters eer aan Sarah en Lieve die het weer eens vele avonden en weekenden zonder vader en man hebben moeten stellen en de Hallenaar die, in tegenstelling tot vele historici en politici, Halle wel graag zien zoals ze was, is en zal zijn. Tenslotte wordt het werk, net als een aantal dichtbundels vroeger, ook opgedragen aan Antoine Pocquet, een vergeten Hallenaar die niemand ooit heeft willen doorgronden die, zoals Blijkers reeds gesteld heeft, uit Halle verdreven werd omdat hij kritiek spuide op processies en bedevaarten… Voelt Wouters zich met Pocquet verwant? Dan is hij volgens mij in goed gezelschap!

De citaten zijn, tenzij anders vermeld, ontleend aan mijn flaptekst bij het boekje.

(Te verkrijgen door storting van € 12,50 op rekeningnummer 063-1050344-63 van Rik Wouters, Merellaan 7 te 1500 Halle).

Andreas WANDERS

DE LUUPER VAN HALLE. Kroneek van de karnaval van Halle. Kroniek van het Halse carnaval. 7de jaargang, nummer 14, oktober 2002.

Het gaat de Luuper overduidelijk voor de wind. Geen gebrek aan kopij. Nog belangrijker is het hoog niveau van de artikels. De vorige titel, Publicatie voor iedereen die het Halse carnaval een warm hart toedraagt, heeft spijtig genoeg plaats moeten ruimen voor een andere die kil overkomt.

Uit die ondertitel blijkt dat de Luuper het moeilijk heeft met het Hals. Dit blijkt niet alleen uit de ondertitel Kroneek van de karnaval van Halle -Halle kan immers niet in het Hals. Het moet "Alle" of misschien zelfs "Ale" zijn.-, maar ook uit de spitsvondige titel van de reclamerubrieken. Een voituur een "vwateur" zijn.- en tal van citaten in het Hals in de bijdragen -kortège moet "kortèg", duud "duut", veneir "venèr" en just "zjust" zijn.-.

Mijn voorkeur gaat uit naar Armand Sermons artikel over Ronny Guillaume, Ronny de faktuir. Waarom? Omdat ik enkelingen altijd boven dan grijze groepsmensen verkozen heb, omdat ik Ronny in zijn ‘heidense taak’ die hij zich gesteld heeft, bewonder en omdat hij me niet onbekend is. Die ‘heidense taak’? Lees Sermons artikel maar eens. Ronny is sinds hij zich vanaf 1992 uitdost zoals de afbeelding op de Halattaction-affiche, misschien wel uitgegroeid tot dé individuele carnavalist. Feit is dat Ronny niet uit het carnaval weg te denken is. Halle heeft immers geen carnavalmuseum, maar gelukkig hebben onze verzamelende postbode. Sermon besteedt dus terecht aandacht aan Ronny en heeft vooral aandacht voor Ronny’s kledij en carnavalconstructies die klein en sober zijn, maar in de jaren geëvolueerd tot echte kunstwerken. Geïllustreerd met belangrijk fotomateriaal.

Ronny de faktuir. Geeft de ui wel de juiste Halse klank weer? Ik heb zelf een betere klank gezocht -Even gedacht aan de "eu" van beuk.-, maar spijtig genoeg niet gevonden. Werk aan de winkel dus van taal- en Hallefreaks. Ronny is misschien wel dé individuele carnavalist. Toch is hij niet de enige: er zijn er nog die zich sinds tientallen jaren 3 dagen lang verkleden zonder tot een carnavalgroep te willen toetreden. Veel van die individualisten verdienen aandacht door Halattraction. Bijna had ik geschreven: meer aandacht. Dit laatste kan echter niet. Halattraction ziet het nut van deze individualisten zonder wie carnaval slechts een privé-feestje van een minderheid zou zijn, echter niet in. Slechts prinses Kris (Paridaens) heeft in 2000 de stok in het hoenderhok geworpen -Of in het gat gestoken?!- door één van die individualisten tot "miskende carnavalist" uit te roepen.

Dat mijn voorkeur uitgaat naar Armand Sermons artikel over Ronny, betekent niet dat de andere bijdragen slecht zijn en/of me niet aanspreken. Lees er mijn eerste alinea nog maar eens op na. Sermon legt de link tussen carnaval en Stroppen waar dèttig joere geleije Stroppen-Attractions opgericht werd. Sonny Vanderheyden blikt met prinses Danielle terug op ‘haar’ carnaval van 1981. Vreemd toch dat zo weinig namen van prinsessen bijblijven. Hij besteedt ook aandacht aan de restauratie van de (grote) Vaantjesboer, ons aller vader, zoon of broer. Hilde Decuyper heeft het over de esbattementen van de Luupers die de zeepkistenrace van Halattraction wonnen. Een aantal kleine, leeswaardige bijdragen maken het nummer vol.

Voor oudere nummers van de Luuper, dossiers over carnaval, een forum, …: surf naar www.luuper.be en www.carnidom.be.

De Luuper van Halle heeft zich op korte tijd onmisbaar gemaakt. Toch nog steeds een smet die met het nummer groter wordt: een Hals restaurant is nog steeds fermé le jeudi.

(Sonny Vanderheyden, Vandenpeereboomstraat 192, 1500 Halle of sonny.vanderheyden@planetinternet.be.)

FRANçOIS, Peter. Servais in Halle (titel). Adrien-François Servais (ondertitel). VVV-Halle, Halle, 2002.

Me vermelde en in de lokale pers aangeprezen brochure die door de Halse VVV gratis wordt verspreid, aangeschaft.

Brochure is een groot woord. Wat is de uitgave immers uiterlijk? Een in 3 geplooid A4-blaadje. 6 korte en smalle kolommen waarvan dan nog slechts de helft tekst bevat. De rest bestaat uit een voorplat met titel en tekening waarop Servais, een muziekinstrument en de toren van de basiliek prijkt, een foto van Servais’ standbeeld op de Grote Markt en 2 plans van delen van Halle waar de plaatsen die aan Servais herinneren, op gesitueerd worden.

Wat deelt de brochure inhoudelijk mee? Een korte biografische schets over de muzikant. Een opsomming van de plaatsen in Halle die aan Servais herinneren. Met andere woorden, niets nieuws. Wie er de verscheidene jaargangen van Hallensia, Tijdschrift over de geschiedenis van Halle, Buizingen en Lembeek, op naleest, komt veel meer te weten. Toch hebben de teksten van François een zekere betekenis in de zin dat het een aantal nuttige gegevens over Servais bundelt.

Hiermee wil ik echter niet gezegd hebben dat dit werkje een must is. Zeker niet. Daarvoor is het immers te veel een hagiografie, beschrijving van heiligenlevens (GEERTS, G. en HEESTERMANS, H. [onder leiding van]. van Dale. Groot woordenboek der Nederlandse taal. van Dale lexicografie, Utrecht en Antwerpen. 1995.), die zo vaak, veel te vaak geschiedenisvervalsend was en kaderde in de kerkelijke politiek om zichzelf bestaansrecht te geven. Waarom gaat François voorbij aan het feit de Servais én zijn vrouw, én zijn maîtresses bedroog met weer eens andere maîtresse? Waarom gaat François niet in op het feit dat Servais syfilis had en zijn ‘liefdes’partners -Zou sexpartners niet beter verwoorden?- er zonder enig gevoel voor schroom mee besmette? Past het wel dan zo’n persoon een stadbeeld, huldebeeld dus, heeft op het centrale punt van Halle?!

François is dan wel één van de weinigen die Servais juist benoemd. Zijn voornaam was immers Adrien-François -Frans dus!- en niet Adriaan-Frans zoals door zo veel geschiedkundigen vermeld wordt. Waarom toch? Om Servais een Vlaams karakter te bezorgen?!

Tot slot. Dit werkje is helemaal geen must. De redenen: het hagiografische karakter en het feit dat het niets nieuws aan de geschiedenis toevoegt. Zonde van zelfs het weinige geld om deze gegevens via één blaadje A4 te verspreiden.

(VVV-Halle, Grote markt 1 bus 1, 1500 Halle.)

"Literatuur over Halle"

"IN DE FAZANT"

Van het blauwe café is de nauwe façade rijkelijk

en grootmoedig. Gezelligheid verraadt de breedte

van een volgroeide eik. De verstarde markt staart

grotesk. Uiterlijk observeert en oordeelt het ene oog

niet. Voor zich uit kijkt het en lijkt van kleuren sepia

slechts te verkiezen. Voor elke eendere dag sieren

spiegels een andere werkelijkheid. Weemoed werd

voorgoed verjaagd. Weerbaar zijn klanten geworden

en van onmogelijke mondigheid. Spelen ze het spel

van onwetende zuipschuit of spiedende klaarkijker?

Het oog leest af en weet, maar spreekt zich niet uit.

Dienen leugens alleen maar om woorden te wettigen?

Uit: WOUTERS, Rik. Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd (titel). Herinneringen aan ooit en nog (ondertitel). Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1998 (Verschenen als Casitacahier 3).

"Producten van de Casita de la soledad-stichting"

Sinds 1996 geeft de Casita de la soledad-stichting literatuur uit. Het merendeel van de uitgaven zijn dichtbundels. Toch werden ook literaire essays en bloemlezingen uitgegeven. Omdat de uitgaven slechts in een aantal boekhandels en meestal dan nog voor een beperkte tijd te koop worden aangeboden, werd besloten om de kandidaat-lezer met de boeken te laten kennismaken. Van elk boek zal een fragment opgenomen worden. In een lijst van de uitgaven vindt u alle publicaties terug, ook die die uitgeput zijn, met vermelding van de wijze van aankoop.

Onderstaand fragment bevat de laatste 3 bladzijden van het 29 bladzijden A4 tellende essay over de poêzie van Ghislain Laureys. "Karnaval te Halle" is een gedicht van Ghislain Laureys.

-o-o-o-

situering en benoeming Je kan natuurlijk wel bij elke dichter een aantal passages bloemlezen, die hem tot romanticus, resp. realist, surrealist, expressionist, experimenteel maken. [22]. Ook op Laureys is dit 'statement' van toepassing. Misschien zelfs vooral op hem. Zijn literaire carrière heeft immers meer dan 50 jaar geduurd. De dichter wordt bijgevolg met diverse stromingen geconfronteerd: de experimentele poëzie, het nieuw-realisme, de neoromantiek en de poëzie van de nieuwe tachtigers. Van elk van deze stromingen, behalve van de experimentelen, vindt men elementen terug in zijn gedichten.

De vertegenwoordigers van het nieuw-realisme richten hun aandacht op dagelijkse en op alle manieren waarneembare werkelijkheid en werkelijkheden. Hun poëzie wordt een beschrijvende en/of kritische verafbeelding van die realiteit. Het eenvoudige, alledaagse en rechtstreekse taalgebruik sluit daarbij aan. Laureys' taal echter is 'klassiek'. Soms neigt ze zelfs naar het archaïsche. Laureys benadert de werkelijkheid in hoofdzaak als een positief iets.

De aanhangers van de neoromantiek constateren dat de maatschappij verwordt tot een technocratie waaraan de mens ondergeschikt (gemaakt) wordt. Dit heeft onder andere een overheersing van het Engels op het Nederlands tot gevolg. De neoromantici voelen zich bedreigd in hun maatschappelijk en cultureel zinvol zijn. Ze zoeken de oplossing voor problemen in die dichterlijke onderwerpen die universeel zijn: isolement, wanhoop, verlies, ... Dit komt vooral in hun taal, die plechtiger, soms zelfs sacraal wordt, tot uiting. In tegenstelling met de neoromantici echter zoekt Laureys een uitweg uit het zinloze in positieve, optimistisch-klinkende onderwerpen.

De nieuwe tachtigers zijn zich bewust van het belang van communicatie. Ze combineren de interessesfeer van nieuw-realisten en neoromantiek. De band met de om-geving (sic) is vanzelfsprekend, zelfs van primordiaal belang. Ze proberen de scherven te lijmen. Ze willen de logische gang van de dingen herstellen.

Kan Laureys dan bestempeld worden als een dichter die in zijn werk een synthese brengt van nieuw-realisme, neoromantiek en elementen van de poëzie van de nieuwe tachtigers?

Ik denk het niet. Er kan niet voorbij worden gegaan aan het feit dat de dichter zijn debuut gemaakt heeft tijdens de veertiger jaren. De traditionele dichters geven nog de toon aan. De experimentele poëzie sluimert nog onderhuids en probeert aan de oppervlakte te komen.

Daarom probeert Laureys net als de traditionelen met wie hij veel gemeen heeft, een vertrouwde realiteit te scheppen. Die kan hij slechts vinden door terug te vallen op geestelijke waarden die hun betrouwbaarheid bewezen hebben. Deze zekerheden zijn grotendeels op het geloof gebaseerd.

Toch weiger ik om de dichter Laureys in een vakje onder te brengen. Natuurlijk heeft hij zijn plaatsje) in de Vlaamse poëziewereld. Natuurlijk helt hij meer naar de ene stroming dan naar de andere over. Natuurlijk heeft de periode waarin hij gedebuteerd heeft, onuitwisbare sporen nagelaten. Laureys is immers een van die eenzaten of alleenstaanden geweest, die, zonder omkijken, hun eigen weg gaan en daardoor minder in het visier lopen. Nochtans brengen ze vaak werk dat langer nablijft dan tijdelijk in de markt liggende modieuze schrifturen. [1].

Daarom wil ik de dichter benoemen als de niet-corforme conformist.

Hij is inderdaad een conformist omdat hij de neiging heeft om zich naar de heersende opvatting te schikken. Opvattingen zijn echter niet van alle tijden. De literaire opvatting waarnaar Laureys zich richt, is diegene die in de naoorlogse periode gangbaar en richtinggevend was: de poëzie van de traditionelen.

Hij is echter een niet-corforme comformist. Hij heeft zich niet opgesloten in zijn eigen kleine en dichterlijke wereldje. Hij heeft geobserveerd, geïnterpreteerd, afgewogen en geconcludeerd. De karakteristieken die hij niet kan gebruiken, heeft hij verketterd. Elementen van stromingen die hem aanspreken, heeft hij geassimileerd.

Deze combinatie van conformisme en niet-conformisme hebben zijn poëzie een meerwaarde gegeven. Ze hebben ervoor gezorgd dat Laureys' dichtkunst een r eigen, duidelijk te herkennen karakter heeft.

Daarom dus: de niet-corforme conformist.

wat verzwegen is Veel is gezegd. Veel is verzwegen.

Laureys is werkweigeraar 1940-1945. Tijdens deze periode duikt hij onder bij familie in Sint-Martens-Lennik. Mijn bundel "Morgenrood" is zelfs -door onwetendheid- uitgegeven zonder toestemming van de bezetter, wat zware sancties voor gevolg had kunnen hebben. [10].

Het gedicht "Mijn stadje uitverkoren" is door Renaat Veremans getoonzet. De eerste uitvoering ervan vindt plaats op 19 november 1956. Het wordt in aanwezigheid van de componist uitgevoerd door "Het knapenkoor van Halle" onder leiding van Broeder Herman. Leopold Sluys, toenmalig orgelist van de Halse basiliek, begeleidt aan het klavier.

Laureys heeft tientallen gedichten gepubliceerd in literaire tijdschriften en bloemlezingen en in plaatselijke en/of gelegenheidspublicaties. Diverse keren wordt hij met literaire prijzen en waarderingen onderscheiden. Hij wordt "Ridder in de Kroonorde" als beloning van zijn literaire bekommernis.

Laureys speelt in op een uitvloeisel van het nieuw-realisme. Non-book poëzie probeert de dichter uit de 'marginaliteit' te halen door af te stappen van het als burgerlijk gebrandmerkte boek en gebruik te maken van bierviltjes, badges, zakdoekjes, servetjes, posters, wenskaarten, boekeleggers, zelfs T-shirts [16]. Gedichten van Laureys verschijnen op prentkaarten, sierbord en poëzie-L.P.

Laureys leest gedichten voor op poëziemiddagen, -namiddagen en -avonden in Vlaanderen en sporadisch in Nederland.

Hij is een veelgezien en -gevraagd spreker op vernissages van beeldende kunst. Verder met zijn kritieken in "De Gazet van Halle" over de tentoonstellingen wist hij ',è'~1 duizenden mensen de weg naar de kunstgalerijen te wijzen. [27].

Hij is bibliothecaris van de parochiale bibliotheek en werkt actief mee aan de opname ervan in de Halse Plaatselijke Openbare Bibliotheek.

Veel is gezegd. Veel is verzwegen. Veel meer misschien zal nooit vermeld worden.

opties In 1994 kondigt toenmalig schepen van cultuur Tom Severs de bewaring van ons cultureel patrimonium (museum, (...)) met aandacht voor het biografisch patrimonium (Thevenet, Servais, Colruyt, ...) [39] aan. Laureys wordt niet vermeld. De opsomming werkt gelukkig niet beperkend. Ik hoop dat er een plaats voorbehouden wordt voor de dichter.

Er kan een straat naar hem genoemd worden en een literaire prijs ingesteld worden. Zijn blibliografie kan opgesteld worden wat een monnikenwerk zou zijn.

Er kan een Ghislain Laureys' genootschap, bestaande uit letterkundigen en lezers, Hallenaars en anderen, worden opgericht om zijn nagedachtenis in ere te houden door jaarlijks een uitgave in boekvorm aan de persoon Laureys en zijn werk te wijden.

begrafenis Op 20 januari 1995 nemen familie, vrienden en kennissen in de Halse basiliek afscheid van de dichter. Woordkunstenaar Lode Dehaen leest het door Laureys' zelf geschreven afscheidsgedicht voor. Laureys weet dat de dood niet het eindpunt van zijn leven is. Voor een laatste maal verkondigt hij zijn geloof en bewijst God eer:

Mijn God, laat dit het einde mijner tocht niet zijn:

toon mij wat zon aan 't nieuw verschiet en 'k zing voortaan een blijder lied. [40]

mijn afscheid Vaarwel, vriend Ghislain. Inderdaad, beste lezer, ik spreek hem opnieuw met zijn voornaam aan. Mijn taak zit erop. Ik mag hem opnieuw Ghislain noemen.

Vaarwel, vriend Ghislain. Vaarwel en tot nooit meer.

Ik weet wel dat je met "tot nooit meer" nooit akkoord zou gegaan zijn. Het valt niet te rijmen met jouw levensvisie waarin christelijk geloof en Jezus' moeder in de figuur van de zwarte Madonna van Halle, onze geboorteplaats, centraal staan.

Vaarwel, vriend Ghislain. Ik zal je nooit vergeten. Vaarwel.

PS: de respectievelijke voetnoten zijn niet opgenomen.

-o-o-o-

KARNAVAL TE HALLE

Weer wekt een stoet van bonte kleuren,

op 't romm'len van de ronde trom,

het jaarlijks opgewekt-gebeuren,

voor d'Halse stede, rommentom ...

Het "duivelsbier" mag schuimend geuren,

de "krotten" likt men recht of krom,

Reus "Vaantjesboer" staat -heus- te fleuren:

hij mag op zwier gaan, nondedom!

Nu wimp'len wimpels, schichten lichten,

nu joelt de jeugd op foormuziek

en wemelende blij-gezichten

stemmen het hart tot romantiek.

Eenieder mag 't gemoed verlichten:

Prins Karnaval kent geen kritiek!

Uit: WOUTERS, Rik. De niet-conforme conformist (titel). Een monografie over de Halse dichter Ghislain Laureys (ondertitel). [over de poëzie van Ghislain Laureys] en LAUREYS, Ghislain. De lokstem van het leven (titel). Een bloemlezing (ondertitel). [bloemlezing; samensteller: Rik Wouters]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek, en Upsilon, Halle. 1995 (Verschenen als Casitacahier 0 en Casita de la soledad-stichting 0). 1995. € 12,50.

(Verkrijgbaar door overschrijving van € 12,50 op rekeningnummer 063-1050344-63 van Rik Wouters, Merellaan 7 te 1500 Halle.)

-o-o-o-

UITGAVEN

*in samenwerking met Upsilon uit Halle.

Casitacahiers [poëzie]

0*. LAUREYS, Ghislain. De lokstem van het leven (titel). Een bloemlezing (ondertitel). [bloemlezing; samensteller: Rik Wouters]. 1995. € 12,50.

1. WOUTERS, Rik. Het woord hertalen en Wat stilte genoemd wordt (dubbeldichtbundel; titels). Tien jaargetijdengedichten en Cataloniëgedichten (respectievelijke ondertitels). 1996. Uitgeput.

2. VAN OVERSTRAETEN, Nicole. Jagen. 1997.

3. WOUTERS, Rik. Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd (titel). Herinneringen aan ooit en nog (ondertitel). 1998. € 12,50.

4. WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik. Het verboden evangelie van de dichter. 1999. Beperkte oplage. Niet verkrijgbaar. Bevat: WOUTERS, Rik. Een tweekoppig wezen ben ik (titel). Een anarchistisch gedicht over overleven, woordenmacht en permanente schenking (ondertitel). [Poëzie]. WANDERS, Andreas. Kwetsbaar en verstoten tussen brokstukken (titel). Het ontnomen woord en de doorgelichte dichter (ondertitel). [essay over de poëzie van Rik Wouters].

5*. LÉVÊQUE, Marcelle. Een geur van heimwee. 1999.

6*. VAN OVERSTRAETEN, Nicole. Sapkracht. 1999.

7*. WOUTERS, Rik. Xarnego (titel). Klaagliederen van een Catalaanse Brabander (ondertitel). 1999. € 12,50.

8. WOUTERS, Rik. Gebruik maken van woorden en ongedateerde brieven (titel). Is dit de stad van komen en blijven? (ondertitel). 2000. € 12,50.

Casita de la soledad-cahiers [essay]

0*. WOUTERS, Rik. De niet-conforme conformist (titel). Een monografie over de Halse dichter Ghislain Laureys (ondertitel). [over de poëzie van Ghislain Laureys]. 1995. € 12,50.

1. WOUTERS, Rik. Schaamteloos en puur als ik ben [over de dichtbundel Jagen van Nicole van Overstraeten]. 1997. Uitgeput.

2. WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen leven (titel). Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1992-1997) (ondertitel). [over hedendaagse poëzie van Pieter Delen, Jan Vanhaelen en Nicole Van Overstraeten]. 1997. ???

Aankoopwijze

Werk van Rik Wouters. Door storting van het verschuldigde bedrag op rekeningnummer 063-1050344-63 van Rik Wouters, Merellaan 7 te 1500 Halle met vermelding van het begin van de titel.

"Links"

algemene informatie:

http://halle.nu

www.halle.be
atletiek:

www.oeh.be

boogschieten:

http://users.pandora.be/asb

boottochten op kanaal:

www.scaldisnet.be

carnaval:

http://deivanbachic.homestead.com
http://users.skynet.be/carnavaljerre

http://users.regio.be/pagadders
http://westwood.fortunecity.com/naked/563/dvsr.htm

www.halattraction.be

www.luuper.be

www.carnidom.be

cultuur:

www.demuzen.be

duatlon:

www.duatlonhalle.be

geschiedenis:

www.business-sites.be/zuidwest-brabant/Toerisme/Beziensw/Halle/habstadh.htm

www.halle.be/toerisme.htm

gezin:

www.geocities.com/bgjg_groothalle

handelaarsvereniging:

www.bergenpoort.be

www.centrum82.be

www.expohalle.be

jeugd:

http://kajwigwam.org

www.vvksmhalle.com

krachtbal:

http://krachtb.freeyellow.com

literatuur:

http://go.to/BettyLogo

http://halle.nu/argusogen

muziek:

http://come.to/harmoniehalle

www.brassbandbuizingen.be

OCMW:

www.ocmwhalle.be
over Halle:

http://halle.nu

http://halle.2start.be

http://w3.to/halle

www.halle.be
www.radiovictoria.be

parochie:

http://users.pandora.be/parochiesbuizingenlot

pers (internet):

http://halle.nu
http://w3.to/halle

www.radiovictoria.be
pingpong:

www.ppkessenbeek.be

politicus:

http://kjellbosmans.tripod.com

http://users.pandora.be/severs.tom

www.angelfire.com/pokemon/DannyLeemans

www.dirkpieters.be

politieke partij:

home.tiscalinet.be/agalevhalle

www.meerspirit.be/halle

www.sp.be/halle

www.vldhalle.com
radio:

www.radiovictoria.be
www.zenvalley.be/funcorner/TOPRadio/default.asp

sport:

www.halle.be/sport.htm

Stad:

www.halle.be
toneel:

http://surf.to/volharding

turnen:

www.start65.be

voetbal:

http://users.pandora.be/marc.tielemans

http://users.pandora.be/patricia.vanhaelen

volleybal:

http://home.tiscalinet.be/sollenbeemd

zen:

http://home-1.worldonline.be/~jvanomme/zen-halle.htm

zomaar:

www.dekamer.be

www.senate.be

www.vdab.be

www.vlaamsparlement.be

www.vlafo.be

www.vl-brabant.be