Gehoord dat Van Quickenborne, of hoe heet die ex-VU-er en Spirit-er nog ook weer, beweert dat een zekere François Goossens uit Halle de moordenaar van Julien Lahaut zou zijn. Wat hij verklaart, is niet nieuw. Wat hij verklaart, is zelfs juist. Spijtig genoeg komt het vele jaren te laat. De oudere generatie van Halle zal er wel van op de hoogte zijn. Rudy Van Doorslaer en Etienne Verhoeyen schreven er in 1985 een boek waarin ze Goossens onder een schuilnaam ten tonele voerden, over.
Ik, geboren in 1956, heb Goossens, 'notoir' monarchist, katholiek en anti-flamingant, in de zestiger jaren van vorige eeuw, minder dan 15 jaar na de feiten, horen verklaren dat hij met de moord op Lahaut te maken had. In Halle geef ik sinds 2001 "Argusogen" (titel) of "het geweten van Halle" (ondertitel), "elektronische nieuwsbrief over Halle in de breedste zin van het woord" die ook via verscheidene websites verspreid wordt, uit. In nummer 6 van 9 december 2001, 'bekroonde' ik hem tot "Argusogen-misdadiger van de twintigste eeuw: X." Zoals u opmerkt, noemde ik hem X. In het artikeltje had ik het over G, Goossens dus. In tegenstelling tot wat volgens zijn rechtstreekse familieleden beweerd werd en/of wordt, is het uitgesloten dat hij er zich op beroemde, des te meer omdat hij met hen zelf slechts op het einde van zijn leven en dan nog met grote terughoudendheid over het gebeuren in Seraing heeft gesproken. (VAN DOORSLAER, Rudy en VERHOEYEN, Etienne. De moord op Lahaut. Het communisme als binnenlandse vijand. Kritak, Leuven. 1985). In "Argusogen" kwam betrokkene overigens meer dan eens aan bod. Hieronder vindt u het volledige item:
"Argusogen-misdadiger van de twintigste eeuw: X, moordenaar van Julien Lahaut. X -Laat me toe om hem naar de eerste letter van zijn familienaam G te noemen.- was een impulsief man, een royalist, al tijdens de oorlog een overtuigd anticommunist, en alleszins geen flamingant die zich in een café in Halle erop beroemd heeft dat hij bij de moord op Lahaut, voorzitter van de unitaire Communistische Partij van België, volksvertegenwoordiger en democraat die tijdens de eedaflegging van kroonprins Baudouin op 11 augustus 1950 "Vive la République" riep en die op 18 augustus 1950 vermoord werd, was betrokken geweest. Dit zich beroemen op betrokkenheid is volgens zijn rechtstreekse familieleden uitgesloten, des te meer omdat hij met hen zelf slechts op het einde van zijn leven en dan nog met grote terughoudendheid over het gebeuren in Seraing heeft gesproken. (VAN DOORSLAER, Rudy en VERHOEYEN, Etienne. De moord op Lahaut. Het communisme als binnenlandse vijand. Kritak, Leuven. 1985). Het zich beroemen op betrokkenheid is zeker en vast gebeurd. Ikzelf was er immers getuige van toen G in de apotheek van mijn vader in dronken toestand op die moord en zijn betrokkenheid erbij alludeerde. Toen begreep ik niet waarover G het had. Laat pas is het besef en de afschuw gekomen. Heeft G het bloedgeld in zijn zaak die door de erfgenamen nu nog wordt voortgezet, gestopt?! Ligt hier geen taak voor Hallensia weggelegd: het verhaal van die moord met namen en toenamen uitschrijven!!!"
Voor meer informatie kunt u me steeds contacteren.
Vriendelijk,
Rik Wouters
Merellaan 7
1500 Halle
0496/21.17.81