Deze éénjarige heeft een rechtopgaande,
zich wat vertakkende stengel en wordt tot 60 cm groot.
De stengel is onbehaard en heeft een gegroefd oppervlak.
De handvormig gedeelde bladeren met 3 segmenten staan verspreid.
Ze hebben een stompe top en een gekartelde rand.
De bloei vindt plaats van mei tot november.
De gestraalde en alleenstaande bloemen
zijn geel van kleur en hebben 5 kroonbladen.
In het hart bevinden zich meer dan 20 meeldraden en stampers.
Op slikkige oevers en langs sloten en plassen
komt de blaartrekkende boterbloem nog algemeen voor.
In bijna heel Nederland is ze te vinden.
Deze is de giftigste van onze boterbloemen,
die als groep toch al rijk zijn aan giftige stoffen.
Alleen van het aanraken van de plant of van contact met het sap
kan men al huiduitslag of blaren krijgen.
Terug naar: