De rechtopstaande- of opstijgende stengels van Echt lepelblad
zijn meerkantig en hebben een glad oppervlak.
De verspreidstaande, ongesteelde bladeren
zijn rond tot eivormig.
Door de bloemen worden eindstandige trossen gevormd.
Ze hebben 4 stervormig uiteenstaande kroonbladen
die wit van kleur zijn maar aan de voet wat groenig aanlopen.
In het hart staan de 6 meeldraden met in hun midden de stamper.
De bloeiperiode is in mei en juni.
De hauwtjes waarin de zaden zich ontwikkelen
lijken wel op de tinnen lepeltjes van vroeger.
Het is hieraan dat de plant haar naam te denken heeft.
Plaatselijk is de plant vrij algemeen
in Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland.
In de rest van het land is ze zeer zeldzaam.
Het is een oeverplant die een zoom vormt
langs rietkragen van brede sloten en andere wateren.
Vooral op plaatsen waar zoet en zout water samenkomen
voelt ze zich lekker.
Met haar bloedverwant Engels lepelblad
kunnen er kruizingen gevormd worden die de eigenschappen
hebben van beide soorten.
Vergelijkbaar met:
Engels lepelblad
Home
Groene planten
Kruidachtige bloemplanten