Gevlekte dovenetel is een tot 50 cm hoge plant met een scherp
vierkantige stengel die een behaard oppervlak heeft.
De gesteelde bladeren staan kruisgewijs tegenover elkaar.
Ze zijn eivormig met een spitse top en een gezaagde rand.
Vanuit de oksels van de stengelbladeren verschijnen vanaf april
tot aan de eerste vorst de bloemkransen die gevormd
worden door paars/roze lipbloemen.
Vanuit de smal klokvormige kelk groeit de omhooggebogen kroon
die een helmvormige bovenlip heeft.
De onderlip is verdeeld in drie slippen en heeft een gevlekt uiterlijk.
De bloem is in het bezit van 2 langere en 2 kortere meeldraden.
Alleen grotere insekten, zoals bijen, met een lange zuigtong
kunnen bij de honing komen die zich bevindt
aan de voet van de lange kroonbuis.
Daarbij beroeren ze met hun rug eerst de stempel
en daarna de stuifmeelzakjes zodat ze nieuwe stuifmeelkorrels
meenemen naar de volgende plant.
Behalve door zaad breidt de plant zich ook uit door middel van wortelstokken.
In Nederland wordt de noordwestgrens van het leefgebied bereikt.
De plant komt vrij algemeen voor in Zuid-Limburg
en in de omgeving van Nijmegen.
Plaatselijk is ze ook te vinden langs de rivieren.
Gevlekte dovenetel is een plant van licht beschaduwde plaatsen waar ze
graag vertoeft op voedselrijke, humeuze en matig vochthoudende grond.
Terug naar: