Het Gewoon barbarakruid komt in Nederland vrij algmeen voor.
Hij groeit op rivieroevers, slootkanten, in wegbermen en heggen.
Het is een tweejarige plant die tot 80 cm hoog wordt.
De stengel heeft een geribbeld oppervlak
en is onbehaard.
De aan de stengel zittende bladeren zijn veervormig ingesneden
en hebben een zeer grote eindlob.
De bovenste bladeren zijn minder diep ingesneden.
De jonge bladrozetten aan de grond kunnen ’s winters
(feest van Barbara, 4 december) als sla
gegeten worden.
Van april tot juni worden de gesteelde trosjes
met gele bloemen gevormd.
De bloem bestaat uit vier kroonbladeren in een kleine kelk
en heeft 6 meeldraden en 1 stamper.
De later gevormde zaden zijn stomp, vierkantig en tot 25 mm lang,
waarbij elke klep een duidelijke middennerf heeft.
Ze staan schuin rechtop.
Vergelijkbaar met:
Bitter barbarakruid
Stijf barbarakruid
Home
Groene planten
Kruidachtige bloemplanten