Deze overblijvende, tot 60 cm hoge, rechtopstaande plant
heeft naar boven toe een donzig behaarde stengel.
De eironde tot breed-lancetvormige, tegenoverstaande bladeren
hebben een afgeronde voet.
Ze zijn tot 10 cm lang, hebben een getande rand
en zijn op de nerven behaard.
Vanaf juni tot augustus verschijnen de witte tot rozerode bloemen
die samen een trosvormige aar vormen.
De klierachtig behaarde bloempjes hebben 2 kelk- en 2 kroonbladen
waarvan de laatste diep gespleten zijn.
De vruchten, in de vorm van een nootje, zijn in het bezit
van hakende haartjes zodat ze zich zeer makkelijk aan een passerend wezen
kunnen hechten en zich op die manier kunnen verspreiden.
Groot heksenkruid groeit in schaduwrijke,
bij voorkeur vochtige loofbossen
maar is ook wel te vinden in gemende naaldbossen en langs rivieren.
In Nederland groeit ze alleen in Zuid_limburg,
de Achterhoek en Twente.
Terug naar: