De tot 40 cm hoge Harlekijn is een onbehaarde plant
waarvan de onderste bladeren langwerpig-elliptisch zijn met een spitse top.
De stengelbladeren zijn schedeachtig.
Vanaf april tot juni staat de plant in bloei
waarbij de paarse bloemen een losse aar vormen.
Het gebeurt zelden dat ze meer witachtig van kleur zijn.
Alle bloemdekslippen, behalve de lip, zijn samengebogen tot een soort helm.
De buitenste zijn duidelijk groen gestreept.
De lip is breder dan lang en heeft drie bijna evenlange lobben.
Het horizontaal afstaand spoor is korter dan het vruchtbeginsel.
Harlekijn groeit voornamelijk in groepjes op vochtig grasland
en randen van duinvalleien maar is in Nederland zeer zeldzaam.
Op de waddeneilanden en in het zuiden van Limburg komt hij wat meer voor.
Vaak staat ze op plaatsen waar twee grondsoorten aanwezig zijn,
zoals zand en klei of kleihoudend veen.
Terug naar: