In Nederland komt de Hemelsleutel vrij algemeen voor,
vooral in de zandstreken, maar niet op de waddeneilanden.
Ze is te vinden in bossen, langs bosranden, heggen, wegbermen en stortplaatsen.
De rechtopgaande stengel is rolrond, glad en kaal.
Hierlangs staan zowel verspreid als tegenoverstaand
de enkelvoudige, ongesteelde bladeren.
Deze hebben een gave of getande rand en zijn wat vlezig.
De bloemen verschijnen van juni tot september.
Ze zijn meestal roze/rood van kleur maar soms
ook groengeel of witachtig.
Samen vormen ze schermvormige trossen.
Later ontstaan de zaadhoudende peulen.
De plant vermeerdert zich ook vegatief
doordat afgebroken delen weer wortels vormen en uitgroeien.
Terug naar:
