Kleine kaardebol wordt tot 1,5 meter hoog
en is een borstelig gestekelde plant.
De zich vertakkende stengels hebben een gegrofd oppervlak.
Hierlangs staan de bladeren tegenover elkaar.
Deze zijn eirond tot langwerpig en hebben een getande rand.
De bladeren bovenin hebben een kort steeltje,
de grondstandige bladeren zijn langer gesteeld.
Aan het eind van de stengel vormen zich
in juli en augustus de bolvormige hoofdjes.
Deze worden gevormd door talrijke witte tot groenachtige bloemen
die 4 meeldraden en een stamper hebben.
In Nederland is de Kleine kaardebol vrij zeldzaam
en komt ze vrijwel uitsluitend voor in Zuid-Limburg.
Ze groeit op humusrijke grond waarbij ze het liefst
op een licht beschaduwde plaats staat.
Terug naar: