De geslachtsnaam Coronopus (kraaienpoot) en de naam Varkenskers
geven al aan dat het plantje er niet zo fraai uitziet.
Deze één- of tweejarige plant heeft opstijgende
of bovengronds liggende stengels die rond van vorm zijn.
De enkelvoudige bladeren zijn veervormig ingesneden
en staan verspreid langs de stengels.
De bloeitijd is van mei tot september.
Er worden dan trossen gevormd die zijdelings langs de stengel lijken te staan.
De kleine bloempjes hebben 4 witte kroonbladen maar deze kunnen ook
geheel ontbreken zodat alleen de kelkbladen overblijven.
De 2 meeldraden en de stamper zorgen
voor het voortbestaan van de plant.
De hauwtjes die zich na de bloei ontwikkelen
breken bij rijpheid in twee eenzadige stukken.
Naar deze eigenschap verwijst de soortnaam 'didymus'
dat 'tweeling' betekent.
Dit oorspronkelijk uit Zuid-Amerika afkomstige plantje
werd voor het eerst aan het eind van de 18e eeuw in Nederland gevonden.
In de loop van de tijd heeft het zich uitgebreid
over de rest van het land en inmiddels is ze
in grote delen vrij algemeen.
Kleine Varkenskers groeit op min of meer vochtige
en verdichte, maar niet te zware grond.
Je vindt haar vooral langs wegen en paden op plekken
die worden open gehouden door betreding of onkruidbestrijding.
Vergelijkbaar met:
Steenkruidkers
Home
Groene planten
Kruidachtige bloemplanten