Ruw parelzaad is een éénjarige plant
met een rechtopgaande stengel die een behaard oppervlak heeft.
De ongesteelde, lancetvormige bladeren zitten verspreid.
Ze hebben een spitse top en een gave rand.
Het bladoppervlak is evenals de stengel zacht behaard.
Vanuit de oksels van de bovenste bladeren
ontwikkelen zich de bloemen.
Deze zijn klein van stuk, trechtervormig
en hebben 5 witte kroonbladen die vergroeid zijn.
In het midden staan er 5 meeldraden en een stamper.
De bloeitijd duurt van april tot juni.
Ruw parelzaad heeft zich verspreid als akkerplant
die tussen het graan staat.
Omdat haar zaden net zo groot zijn als graankorrels
was ze vroeger moeilijk hiervan de scheiden
en werd ze gewoon mee uitgezaaid.
De technieken zijn echter verbeterd en Ruw parelzaad
komt in graanakkers dus bijna niet meer voor.
Terug naar: