De Wilde reseda is vaak bij stations en havens,
weg- en spoorbermen en braakliggende terreinen te vinden.
Hij komt vrij algemeen voor,
vooral langs de rivieren en in de kuststreek.
Deze plant wortelt tot 80 cm diep.
Ook bovengronds bereikt hij een lengte van 80 cm.
Hij is één- tot tweejarig en soms zelfs overblijvend.
De vertakkende stengel is glad en kaal
en heeft een geribd uiterlijk.
Van binnen is hij massief.
De bladeren staan verspreid aan de stengel.
Ze zijn veervormig ingesneden en hebben een gave
of gegolfde rand.
De bloei vindt plaats van mei tot september
waarbij er aarvormige trossen gevormd worden.
De kleine gele bloempjes hebben 6 of 7 kroonbladen
en even zoveel kelkbladen.
Het aantal meeldraden varieert van 7 tot meer dan 20,
maar de bloem heeft maar 1 stamper.
Na de bloei ontstaan de doosvruchten van 10 – 12 mm lang
die langwerpig en driepuntig van vorm zijn.
Hierbinnen bevinden zich de zaadjes.
Terug naar: