<< Terug naar overzichtspagina

Wapenschild Billiet

 

Omstreeks 1700 werd door een zekere Ignace-Michel de Hooghe (+ 1715) een verzameling in 6 boekdelen aangelegd van teksten en tekeningen van grafschriften en gedenkstenen uit Brugse kerken en kloosters onder de titel:

“Versaemelinghe van alle de sepulturen, epitaphien, besetten, wapens ende blasoenen, die gevonden worden in alle de kercken, kloosters, abdyen, capellen ende godshuysen, binnen de stad van Brugge”.

 

In boekdeel III, pagina 90, onder de vermeldingen uit de Brugse Sint-Walburga kerk staat het wapenschild Billiet.

Het stelt een vogel voor met een briefje in de bek, wat ongetwijfeld als een postduif moet aanzien worden.

 

 

(Bron: “Handschrift De Hooghe”.  Via http://www.historischebronnenbrugge.be : “Handschrift De Hooghe”; consulteren; geïndext onder “Biliiet”)

 

Het boek vermeldt dat dit op een witte grafsteen staat van Mattheus Billiet die kerkmeester was, en zijn vrouw Joa Kateline Boudins.

Behalve het wapenschild van de familie Billiet staat daaronder ook het wapenschild van de familie Caliaus (de moeder van Mattheus Billiet noemde Dionise Caljaus).

Aan de rechter kant het wapenschild van Mattheus’ vrouw, de familie Boudins, en dat van de familie Derycke (vermoedelijk de moeder van Kateline Boudins).

Daartussen is een samenstelling gemaakt van die verschillende wapenschilden.

 

 

Uitvergroting:

 

Tekst boven de wapenschilden:

Op een witte steen met koper wapenen voor de Choordeure ten oostbeuke”

 

Onder de wapenschilden de tekst van het grafschrift zelf:

Sepulture van Mattheus Billiet fs Jans in zijnen

tijde Kerkmr. van dese Kerke die overleet …

ende van Joa Kateline fa Joos Boudins, gheselnede van den voorseyde

Mattheus die overleet den 2 in meye XVc LXXVI.

 

De Romeinse cijfers van het jaartal staan voor:15 honderd 76, dus 1576.

 

Uit de parochieregisters van Brugge blijkt dat de dag van overlijden van Kateline Boudins samenviel met de geboortedag van hun 4de kind Petrus Billiet. Ze is dus in het kraambed gestorven.

 

Het valt op dat de overlijdensdatum van Mattheus Billiet niet ingevuld staat op dit grafschrift. Was dat onleesbaar, of was het gewoon niet ingevuld?

In de parochieregisters van Brugge is te vinden dat Mattheus hertrouwde met Maria Wyts op 04-06-1577 (een jaar na de dood van zijn eerste vrouw Kateline).

Er zijn in Brugge geen geboortes te vinden uit dit 2de huwelijk van Mattheus. Ook de overlijdensaktes van Mattheus Billiet en zijn 2de vrouw zijn niet te vinden in de parochieregisters van Brugge.

Hij is misschien niet in Brugge gestorven en begraven en de grafsteen die hij liet plaatsten en met de wapenschilden van zijn eerste huwelijk liet versieren, is mogelijks enkel voor zijn eerste vrouw gebruikt.

 

 

Enkele bladzijden verder in dit boek staan ook nog de grafschriften van de ouders van Mattheus Billiet: Jan Billiet (zoon van Robert) en zijn vrouw Dionise Caljaus, en nog een broer van Mattheus die Jooris Billiet noemde.

Enkel de grafsteentekst wordt daarvan vermeld:

 

“Sepulture van Jan Billiet fs Robert t’sijnen overlijden Deken van de Merseniers.”

Jan stierf in 1572. Ook hij had dus een vooraanstaande functie als deken.

Zijn vrouw “Dionise Caljaus fa Jan” stierf in 1581.

“Voorts van Jooris Billiet fs Jan voorseyt overleden den 2 en 7ber 1601.

 

Er staan hier geen wapenschilden meer getekend, maar er wordt verwezen naar voorgaande tekeningen:

“De waepens zijn Billiet en Caljaus ziet hier vooren.”

 

(Bron: “Handschrift De Hooghe”.  Via http://www.historischebronnenbrugge.be : “Handschrift De Hooghe”; consulteren; geïndext onder “Billiet”)

 

 

 

Enkele toelichtingen:
sepulture” betekent graf of grafsteen.

 

Een “kerkmeester” was verantwoordelijk voor het beheer van de financiën van de plaatselijke parochiekerk. Dat was dus iemand dit geschoold was en dus kon lezen en schrijven en rekenen, en wat van boekhouding kende. Hij was lid van de kerkraad en besliste mee over materiële kerkzaken.

 

Het woord “mersenier” is waarschijnlijk afkomstig van het Franse “mercerie” (garen- en bandwinkel), of “mercier” (kramer, verkoper), en “commerce” (handel). Dus handelaar, verkoper. Ook in Antwerpen bestond in 1544 een “gilde van de merceniers”.

 

De maand “7ber” staat voor september.

 

De huidige Sint-Walburgakerk in Brugge is niet meer dezelfde als de originele parochiekerk die in dit “Handschrift De Hooghe” in 1700 beschreven werd.

Rond 1776 was die originele parochiekerk bouwvallig geworden. De parochiedienst werd toen verhuisd naar de voormalige Jezuïetenkerk (gebouwd tussen 1619 en 1642 in barokstijl). Die kerk werd vanaf dan herdoopt tot nieuwe Sint-Walburgakerk en is dat tot vandaag gebleven.

De oude parochiekerk van Sint-Walburga werd in 1781 afgebroken.

Tekening van de voormalige Sint-Walburgakerk in Brugge ca 1781:

 

 

 

<< Terug naar overzichtspagina