<< Terug naar overzichtspagina

 

Jacobus Billiet                       X Zeveren 07/02/1747           Maria Jacoba Declercq

(fs Carolus  X  Joanna Vandevyvere)                                             (fa Jacobus  X  Livina Gyselinck)

° Vinkt 05/03/1720                                                                ° Zeveren 06/10/1724

+ Petegem-Deinze 22/03/1793: 73 jr                                    + Zeveren 09/09/1783: 59 jr

 

Huwelijksgetuigen: Carolus Biliet & Theresia Declercq

 

Kinderen Billiet:

1. Carolus

° Zeveren 23/01/1748
+ Zeveren 04/07/1784: 36 jr

2. Michael

° Zeveren 29/09/1749
X Waregem 03/08/1790  Maria Catharina Devos

3. Anna Maria

° Zeveren 28/03/1751
+ Zeveren 02/04/1751: 5 dgn

4. Petrus Joannes

° Zeveren 27/06/1752
+ Zeveren 01/06/1758: 6 jr

5. Maria Joanna

° Zeveren 15/02/1754
+ Gent
28/04/1838: 84 jr

6. Maria Catharina

° Zeveren 15/08/1755
+ Zeveren 08/01/1756: 5 mnd

7. Maria Francisca

° Zeveren 06/10/1756

8. Judoca Theresia

° Zeveren 02/06/1758
X Zeveren 29/08/1784  Franciscus Vander Cruyssen

9. Anna Jacoba

° Zeveren 24/01/1761

10. Maria Jacoba

° Zeveren 25/07/1762
X Zeveren 13/11/1784  Franciscus Van Hee

11. Petrus Joannes

° Zeveren 07/10/1765
+ Zeveren 04/05/1766: 7 mnd

12. Carolina

° Zeveren 23/01/1767
+ Zeveren 31/01/1778: 11 jr

13. Regina

° Zeveren 29/12/1768
+ Zeveren 16/07/1769: 7 mnd

14. Judocus Ferdinandus

° Zeveren 27/01/1771
+ Gent 25/01/1822: 51 jr
X  Marie Antoinette Dumont

 

 

Jacobus Billiet    XX Bachte-Maria-Leerne 09/12/1783      Theresia Catharina Snoeck

                                                                                              (fa Hieronimus  X  Catharina de Wever)

° Eken 06/04/1736

+ Deinze 01/10/1786: 50 jaar

 

Huwelijksgetuigen: Augustino Devreese ex Dronghen & Maria Brock gaudruse.

 

Er zijn geen kinderen uit dit tweede huwelijk.

 

Theresia Catharina Snoeck was weduwe van Joannes Dhamere.

 

 

Doopgetuigen kinderen 1ste huwelijk:

Kind

Dooppeter & doopmeter

1. Carolus

Carolus Biliet & Maria Catharina Declercq

2. Michael

Jacobus Declercq & Joanna Vandervennet

3. Anna Maria

Joannes Declercq & Anna Maria Leersneyer

4. Petrus Joannes

Petrus Billiet & Regtina Declercq

5. Maria Joanna

Petrus Frans Declercq & Maria Joanna Billet

6. Maria Catharina

Josephus Frans Loencke & Livina De Sommere

7. Maria Francisca

Franciscus Declercq & Maria Devogelaere

8. Judoca Theresia

Livinus Declercq & Judoca Minnens

9. Anna Jacoba

Joannes Baptista Van Ooteghem & Anna Maria De Leersneyder

10. Maria Jacoba

Tobias Billet & Carolinna Declercq

11. Petrus Joannes

Christianus Rogiers & Petronella Theresia Van Hae

12. Carolina

Joannes Billet & Joanna Philipina Fach

13. Regina

Joannes Baptista Declercq & Carola Petronilla de Schuymer

14. Judocus Ferdinandus

Ego infrascriptus baptizans (= ik ondergetekende doper) & Domicella Maria Joanna Camberlin

 

 

Op 7 februari 1747 trouwden Jacobus Billiet en Jacoba Declercq in de parochiekerk van Zeveren. Jacobus Billiet was afkomstig uit de buurgemeente Vinkt waar hij een zoon was uit een groot gezin waarin 15 kinderen geboren werden. Zijn vrouw Jacoba Declercq was van Zeveren en vanaf hun huwelijk bleven ze ook in Zeveren wonen. Er werden 14 kinderen geboren uit dit huwelijk.

De parochie Zeveren was in de 18e eeuw een klein dorpje dat nauwelijks een dorpskern had en hoofdzakelijk bestond uit verspreide hofsteden. Er was zelfs geen gemeentehuis en de vergaderingen van de gemeenteraad gingen door in een herberg, zoals blijkt uit een tekst die hierna volgt.

De bevolking van Zeveren leefde in die tijd vooral van landbouw en de verwerking van landbouwproducten. Dat was ook de inkomensbron van Jacobus Billiet, want hij was een vrij succesvolle landbouwer die stilaan ook uitbreidde naar aanverwante activiteiten. Op 24 december 1770 vroeg Jacques (= Jacobus) Billiet een octrooi aan voor het oprichten van een rosmolen in Zeveren. Het betrof hier een olierosmolen, waar olie geperst werd uit lijnzaad en koolzaad om zeep te bereiden. Een olierosmolen was een klein onopvallend molengebouwtje waarbij de molen door paarden werd aangedreven.

Jacobus Billiet blijkt een vermogende en ondernemende persoon te zijn geweest die zich voluit inzette om hogerop te komen. Hij had ook aanzien in het dorp, want in 1777 werd hij burgemeester van Zeveren. Toen zes jaar later, in 1783, zijn vrouw Jacoba Declercq overleed, had hij die functie nog steeds, want de Latijnse begrafenisakte van zijn vrouw vermeldt dat haar man Jacobus Billiet beheerder van een boerderij en burgemeester was (“Villici et Burgimagistri”).

 

Na de dood van zijn vrouw in september 1783 hertrouwde Jacobus al in december van datzelfde jaar met een weduwe Theresia Catharina Snoeck die in Bachte-Maria-Leerne woonde. Hij was blijkbaar iemand die niet bij de pakken bleef zitten, maar snelle beslissingen nam. Of die impulsieve herstart in goede aarde viel bij zijn kinderen, valt te betwijfelen, want er zijn aanwijzingen dat er spanningen ontstonden in de familie.

Toen in de loop van 1784 twee dochters van Jacobus Billiet trouwden, kwam de kwestie van de erfenis van hun echte moeder naar boven. De zaak werd op de spits gedreven, zodat het in mei 1785 tot een verkoop kwam van de eigendommen van Jacobus Billiet. De Gazette van Gend publiceerde op 12 en 19 mei 1785 een advertentie over deze verkoop en meldde daarbij dat de openbare verkoop er kwam “ten verzoeke van de Hoirs ende Erfgenaemen van wylent Jacoba de Clerck, gewezene Huysvrouwe van Jacobus Billiet”. De zaak was een erfeniskwestie en de verkoop ging door “in Vierschaere van Borgemeester ende Schepenen der Prochie ende Graefschap van Zeveren in hun ordinair Wet-huys in de Herberge den Raepenburg, bewoond by Lieven Verbeke op de Plaetse der voorzeyde Prochie ende Graefschap van Zeveren”. Vermoedelijk was Jacobus Billiet op dat moment niet langer burgemeester.

De volgende eigendommen werden per opbod te koop gesteld:

 

Alvooren binnen de Stad Deynze een remarquabel Huys ende Erve, zynde eene commodieuse en wel-gesituëerde Graen-Brandewyn-Stookerye, staenden ten voorhoofde op de Merkt, groot in grond 130 kleyne roeden.

Item binnen de gemelde Prochie ende Graefschap van Zeveren, eene schoone behuysde Hofstede met eene groote Schuere en eenen wel-geconditionneerden Oli-Peirden-Stamp-Molen, met de voordere gerievelykheden, alle onlangs uyt den grond nieuw gebouwd, paelende onder andere oost de Straete nae Kruyswege, en zuyd den Heer van Hansbeke.

Item twee partyen Land en eene partye Eyk-Bosch, te samen groot met de Erve der boven staende Hofstede tot 3 Bunderen 804 roeden Gendsche Maete, paelende aen den Dorp-Weg van Meygem, d’Heer van Damme en de Meirsschen.

Item binnen de Prochie van Deynze-Buyten eene partye Land, genaemd den Pluym-Bulk, groot 1 bunder 179 groote roeden, oost ende nord d’Heer Jan van Wynghene, en zuyd de Straete.

Item een Huys ende Erve, wezende eene Motte, met den Ovenbuer, daer op staende, groot 63 roeden, te vooren deel gemaekt hebbende van het Goed ten Broeke.

Item binnen de zelve Prochie van Deynze-Buyten, ontrent 7 bunderen onder Landen, Meirsschen ende Bosschen, paelende ten meerderen deele oost de Ley-Straete, zuyd het Goed ten Broeke en nord de Beke;

 

De straat die leidt naar de wijk Kruyswege waar de oliepaardenmolen gelegen was, noemt tegenwoordig: Schave.

De eigendommen werden in 17 aparte onderdelen te koop gesteld. De totale oppervlakte van de landerijen bedroeg meer dan 12 bunderen (ongeveer 16 ha) wat vrij veel was voor een landbouwer van die tijd. Met daarbij ook nog de graanjeneverstokerij, de oliepaardenmolen en twee hofsteden, kan dit dus zondermeer een rijk landbouwersgezin genoemd worden.

 

De olierosmolen werd nogmaals vermeld in maart 1786 in een bundel minuten van akten en contracten, afgesloten voor de magistraat van Deinze. Daarin is sprake van de “prijsije van al het draeyende werk eender oliepeerdemolen”. Deze prijsschatting werd opgemaakt “bij gevolgde van den coop der hofstede, oliemolen ende landen gestaen en gelegen op de prochie van Zeveren”.

 

De ligging van land van Jacobus Billiet werd ook vermeld in 1790 toen een naastgelegen houten korenwindmolen van een andere eigenaar openbaar verkocht werd. In een advertentie in de Gazette van Gend werden de aanpalende buren van deze naastgelegen windmolen omschreven als volgt: “abouteerende N. (= noord) den prochieweg van Severen nae Meygem, O. en Z. (= oost en zuid) den heer Graeve van Severen en W. (= west) Jacobus Billiet”. Hier werd vermoedelijk niet de hoeve met paardenmolen, maar wel land van Jacobus Billiet bedoeld. Blijkbaar had Jacobus na de openbare verkoop toch nog grond weten te behouden op die plaats.

De windmolen was gelegen in de Kouterstraat vlakbij het kruispunt met Schave.

 

Ferraris-kaart van Zeveren (1771-1778)

 

Popp-kaart van Zeveren (1842-1879) met in rood omkringd de voormalige hoeve van Jacobus Billiet. De kaart toont een opvallend grote schuur die er nog niet was op de Ferraris-kaart van 1771.

 

Na drie jaar huwelijk, overleed de tweede vrouw van Jacobus Billiet in Deinze in 1786. Vermoedelijk is het tussen Jacobus en zijn kinderen niet meer goed gekomen. De kinderen van Jacobus Billiet vroegen hem en zijn tweede vrouw geen enkele keer als dooppeter of -meter voor de doopsels van de kleinkinderen van Jacobus. Wel vroegen ze als doopgetuigen hun broers en zussen en ook meermaals verwanten van hun echte moeder in de familie Declercq. Dit kan erop wijzen dat de kinderen gezamenlijk tegenover hun vader en stiefmoeder stonden.

Bij het overlijden van Jacobus Billiet in Petegem in 1793, werd tegen de pastoor van Petegem met geen woord gerept over zijn tweede huwelijk en de begrafenisakte vermeldt enkel zijn eerste huwelijk met Jacoba Declercq. Aangezien Jacobus in Petegem begraven werd, is hij vermoedelijk niet bij één van zijn vrouwen begraven en ook niet in een gemeente van zijn kinderen.

 

De olierosmolen bleef nog heel lang bestaan en brandde uiteindelijk af tijdens de tweede wereldoorlog.

 

Van volgende kinderen van Jacobus Billiet zijn nog enkele opvallende dingen gekend:

-     De Latijnse begrafenisakte van zoon Carolus Billiet vermeldt dat hij op 36-jarige leeftijd ongehuwd overleed en schepen was van de parochie Zeveren: “caeleps et scabinus hujus parochiae” (= celibatair en schepen van deze parochie).

-     Dochter Maria Joanna Billiet werd begijntje in het oud Groot Begijnhof Sint-Elisabeth in Gent. Haar plechtige “steding tot begijn(= opname in het begijnhofstadje “de stad van Jezus”, als “bruid van Christus”) vond plaats op 19 januari 1777.
Het Groot Begijnhof in Gent had 104 aparte huizen en 18 gemeenschapswoningen (conventen) die elk een eigen naam droegen. Maria Joanna Billiet woonde in het convent genaamd “Ter Velden” dat rechtover de kerkingang gelegen was. Haar taak was: infirmeriebegijn. Ze overleed in het begijnhof op 84-jarige leeftijd.
In Gent waren er sinds de 13de eeuw twee begijnhoven: het “Klein Begijnhof
Onze-Lieve-Vrouw ter Hoyen” gelegen aan de Lange Violettestraat, en het “Groot Begijnhof Sint-Elisabeth” gelegen tussen de Begijnhoflaan en de Rabotstraat.

“Convent Ter Velden” (anno 1664) Groot Begijnhof Sint-Elisabeth, Begijnhofdries 25 Gent.

-     Zoon Judocus Ferdinandus Billiet werd herbergier in Gent.

 

 

-------------------------------------------------------------------------------------

Bovenstaande tekst werd ingestuurd als artikel voor het heemkundig tijdschrift “Contactblad van de kring voor geschiedenis en kunst van Deinze en de Leiestreek” en gepubliceerd in het nummer april-mei-juni 2014.

 

 

Bronnen:

-         Parochieregisters via website http://search.arch.be/nl/themas/tips/98-parochieregisters van Zeveren, Vinkt, Petegem-Leie, Deinze, Waregem, Eke, Bachte-Maria-Leerne

-         Gazette van Gend van 12 en 19 mei 1785: advertentie over de openbare verkoop door de erfgenamen van Jacoba de Clerck huysvrouwe van Jacobus Billiet. Opvraagbaar via Google met zoekwoorden: Billiet + Zeveren + "gazette van Gend".

-         Heemkundig tijdschrift “Het Land van Nevele”, jaargang XXV maart 1984 aflevering 1, pg 44: olierosmolen in Zeveren.

-         Website over verdwenen Belgische molens: http://www.molenechos.org/verdwenen/molen.php?AdvSearch=4017. Vermelding van de verkoop van een windmolen in Zeveren die grenst aan bezittingen van Jacobus Billiet.

-         Boek “HET GENTSE SINT- ELISABETH BEGIJNHOF” via http://lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/000/671/624/RUG01-000671624_2012_0001_AC.pdf

-         Website  https://inventaris.onroerenderfgoed.be/dibe/relict/20101 over “Convent Ter Velde” Groot Begijnhof Sint Elisabeth Gent.

-         Ferraris-kaart Belgica 1777, opvraagbaar via website http://belgica.kbr.be/nl/coll/cp/cpFerrarisCarte_nl.html

-         Popp-kaart, opvraagbaar via website http://www.geopunt.be/kaart

 

 

<< Terug naar overzichtspagina