|
Verslag van onze vakantie naar diverse Griekse eilanden van 21 mei t/m 3 juli 2009 door Truus de Graan
We vliegen dit keer op donderdag 21 mei en het is Hemelvaartsdag. Wederom gaat het vliegtuig erg vroeg, 5.45 uur. We worden weer door een vriend naar Schiphol gebracht. We vliegen naar het eiland Mykonos om hiervandaan de boot naar het eiland Paros te nemen. We maken een wandeling door het stadje aan de haven (Mykonos stad), hier kopen we onze boottickets en schrikken ons rot van de prijs 49,00 euro voor 2 personen enkele reis. Op mijn vraag hoelang we dan wel niet gaan varen is het antwoord 17 minuten, hetgeen wij wel heel erg kort vinden voor zoveel geld. De boot komt pas laat in de middag, dus hebben we nog tijd om wat te eten en te drinken. Het stadje is erg leuk, met een hoop kleine straatjes en heel veel winkels, als je hier in de drukke tijd bent is het letterlijk wringen om te kunnen lopen, nu wij er zijn in Mei is het nog erg rustig en is het geen probleem om door de kleine straatjes te lopen.
De boot komt keurig op tijd, maar het duurt erg lang voordat we aan boord kunnen, daar er eerst mensen en auto’s af moeten voordat wij aan boord kunnen gaan. We varen met een super grote snelle boot die de reclame Vodafone op de zijkant heeft staan, wij noemen dit dus maar de Vodafone boot. De tocht duurt 70 minuten i.p.v. 17 minuten, dus we zitten er weer midden in en dan bedoel ik het slechte Engels wat de Griek spreekt. Maar het is een hele mooie boot en we hebben gereserveerde stoelen!
We komen rond 7 uur in de avond aan op het eiland Paros en vinden vrij snel een kamer, daar we best wel moe zijn kruipen we lekker in bed en gaan morgen wel op verkenning.
Na het ontbijt en de afspraak dat onze bagage kan blijven staan, gaan we lekker door het dorpje Parikia lopen, hetgeen een hele leuke plaats is met best wel veel te zien, we vermaken ons prima en komen rond 9 uur ’s avonds weer terug bij ons hotel en worden met onze bagage naar de haven gereden. Hier wachten wij op onze boot naar het eiland Donoussa , weer zo een grote boot, dit keer de Nell Lines.
De boot zou om 23.00 uur gaan maar is later en voordat we varen is het al half een in de nacht.
Het eiland Donoussa
We komen rond 2 uur in de nacht aan op Donoussa, we hebben geluk, daar we nooit reserveren en wel zien waar we kunnen slapen, staat daar een aardige Griek, Spiros aan de kade op mensen te wachten, die wel een reservering hadden gemaakt. Spiros spreekt mij aan en vraagt of we een kamer zoeken, op mijn beste Grieks zeg ik ja, hij begint meteen te lachen en zegt kom maar met mij mee. Dus gaan we met de andere mensen mee die hij kwam halen bij de boot. Nu moet je weten dat het knap donker kan zijn, dus je ziet niet echt waar je bent terecht gekomen. Spiros draagt op een gegeven moment mijn koffer daar we door het zand heen moesten om bij ons huisje te komen. We krijgen een prima kamer met douche en een kleine keuken, wat wil een mens nog meer?
De prijs was ook zeer aantrekkelijk, 20,00 euro per nacht samen. We pakken een klein beetje uit en kruipen het bed in.
De volgende morgen zien we pas goed in wat voor een sprookje we zijn terecht gekomen, we hebben een klein terras voor de deur en kijken op een prachtige tuin uit, waar allemaal leuke zitjes staan en waar ’s avonds lampjes branden, niet ’s nachts. We maken kennis met de vrouw van Spiros, ze heet Lonie en komt uit Duitsland. Ze verteld ons waar we de winkel en het strand kunnen vinden. We gaan eerst naar de winkel, die goed gesorteerd is, hier halen we de nodige dingen om een paar dagen te kunnen blijven. Na het ontbijt gaan we op zoek naar het strand en zien dan ook waar we verblijven. Nu kan ik je vertellen dat er een strand is wat het dorpje in 2en verdeeld, heel apart wij kenden dit nog niet.
We nemen, ja hoe is het mogelijk de verkeerde weg en komen op de rotsen uit, geen probleem we vinden het heerlijk om hier een paar uur te zitten en te genieten van het uitzicht.
Voor ons ligt het eiland Amorgos en aan de andere kant zien we Naxos liggen. Het eiland is niet zo groot en heeft maar een paar plaatsjes, je kunt hier prachtige wandelingen maken en het leven in de avond is rustig te noemen, er zijn ongeveer 5 restaurants en geen bars of terrassen. Maar dat is totaal geen gemis daar je uren kunt blijven zitten, daar waar je wat hebt gegeten. Er is een restaurant wat ook de plaatselijke bar is en hier komen heel veel Grieken die hier een spel gaan zitten doen, o.a. back gammon. Spiros komen we hier regelmatig tegen.
De volgende dag vinden wij het strand, wat een pracht strand is dit. Je kunt zelf kiezen wat je wil, topless, naakt of met badkleding aan. Het merendeel was naakt. Het water zalig en prachtig van kleur, ook kun je zo het water inlopen, daar er geen rotsen liggen. En dan de taverne die er bij is, wat een plaatje, het lijkt net of je terug bent in de jaren 70. De keuken is een absolute aanrader.
Er zijn heerlijke stoelen om in te zitten of te liggen. Gelukkig geen parasols en stoelen of ligbedden op het strand, gewoon op je handdoek liggen gaat perfect.
Dit strand is wat mij betreft een absolute aanrader in de maanden Mei en Juni, daarna is het toegestaan om op het strand te slapen en komen er allerlei tenten te staan. Wij waren gelukkig toen al weg.
De bakker gaat op 1 Juni open, voor die tijd komt er ongeveer 3 x per week brood van het eiland Naxos, is wat ons betreft geen probleem, maar als de bakker er is en je kunt weer vers brood kopen is dat toch ook wel weer erg lekker.
De bewoners zijn allemaal erg vriendelijk en maken graag een praatje met je. De geuren zijn op dit eiland niet zo heel sterk te ruiken. Wel zien we weer de prachtige bougainville en enorme geraniums.
We blijven 13 nachten op dit eiland wat voor ons alles heeft wat we willen, rust, zon, zee en wandelmogelijkheden.
We hebben echter maar één wandeling gemaakt van het hoofdstadje ( Stavros) waar wij dus verblijven, naar het plaatsje Mersini, dit is ongeveer 1 ½ uur lopen via de weg. Wij kunnen het oude pad, een geitenpad niet vinden, jammer genoeg.
In het dorpje Mersini aangekomen naar de taverne Tzi-Tzi gegaan, deze taverne is van de dochter van een Griek waar wij diverse keren wat te drinken van kregen aangeboden. Het uitzicht is prachtig en de vrouw is heel aardig en spreekt perfect Engels.
Op al mijn vragen geeft ze me uitgebreid antwoord, waardoor ik je nu een verhaal kan vertellen.
Lang geleden zijn 2 broers met hun gezin die beide bestonden uit 13 kinderen naar Mersini gegaan met ezels en geiten en hier dus het dorp Mersini gesticht. De kleine huisjes staan er nog en één ervan doet dienst als “melkstal”. We konden het niet geloven hoeveel geiten er uit dat huisje kwamen die net gemolken waren. Ze leefden toen van de visvangst en er waren toen heel veel olijfbomen. Ook verbouwden ze heel veel op de terrassen die ze eerst hebben aangelegd o.a. de olijfbomen. De kleine hutjes die onder aan de bergen staan bij de kust, dienden als slaapplaats, als men een hele dag op het land had gewerkt en teruglopen te veel werd, bleef men daar slapen. Toen de kinderen ouder werden, hebben de broers steentjes gegooid en steeds een naam van een kind genoemd en waar het steentje terecht kwam, werd het eigendom van dat kind.
Nu zijn de terrassen leeg, daar de regering het eiland belasting wilde gaan laten betalen voor de “bossen” (de olijfbomen) die er stonden, toen hebben ze de olijfbomen gekapt en zie je er niet zo veel meer staan, jammer.
De vrouw die mij dit allemaal vertelde, is een achterachterachterkleinkind van een van de vrouwen die daar dus jaren geleden heentrok met haar man. Het is of was de gewoonte in Griekenland dat de dochters van hun moeder erven en de zoons van de vader. De vrouw heeft zelf eerst jaren ergens anders gewoond en is pas een paar jaar geleden naar Mersini gekomen en heeft de taverne opgeknapt en woont er nu. Ze wil er niet meer weg. Hetgeen ik me goed kan voorstellen. Het ligt vlak bij Kedros beach. Ook is er vlak bij de taverne een natuurlijke waterbron, die wij bekeken hebben.
Onze vakantieburen komen al jaren op dit eiland en kennen veel mensen en hebben op een mooie avond een voetbalwedstrijd georganiseerd tussen de eilandbewoners en de toeristen. Ze hadden zelfs posters gemaakt met gezichten van een paar spelers erop. Henk wordt gevraagd mee te doen en zij regelen een paar sportschoenen voor hem. Het was een hele leuke wedstrijd en de toeristen winnen met 11 tegen 9. Gelukkig is de Griek is erg sportief en vanaf die tijd kregen we overal wat te drinken aangeboden. Henk was de keeper en hij kreeg regelmatig te horen dat ze in lange tijd niet zo een goede keeper hadden gezien. Hetgeen uiteraard leuk is om te horen.
Daar we nog meer eilanden willen gaan bezoeken, besluiten we na 13 nachten om door te trekken en nemen afscheid van al onze nieuwe “vrienden”. We beloven zeker terug te komen hetgeen we ook zeker willen, wat een heerlijk eiland. Er zijn genoeg kamers en of huisjes te huur, de winkel is goed gesorteerd, het landschap heeft een bepaalde kaalheid, is niet zo groen maar bezit een eigen schoonheid. Ook is er een pinautomaat die werkt!
Tevens is er zeker 3 maal in de week een boot die je terug kan brengen naar het grotere eiland Naxos.
Het eiland Koufonissi
Wij vertrekken dit keer vroeg in de ochtend om 8.00 uur met de boot naar het eiland Koufonissi, de tocht duurt ongeveer 2 uur. Dit keer een kleine boot en daardoor kun je meer van de linker naar de rechterkant lopen als er iets te zien is. En dat was er. Je ziet heel goed de kustlijn van het eiland Koufonissi wat erg op Noorwegen lijkt, met enorme inhammen en grote ruwe rotspartijen.
We zien een klein busje op de weg rijden en stoppen bij de haven, dit busje mag graag een “wedstrijd” houden met de boot, hetgeen we later zelf zullen ervaren. Bij aankomst zien we ook hier weer een strand midden in het dorp. Aan het eind van de kade, vroeger was dit anders, staan de mensen die je graag een kamer willen verhuren, vroeger stonden de mensen al direct aan de kade om je een kamer aan te bieden. Ik probeer uiteraard een goede prijs en dito kamer te vinden, echter ik schrik wel van de prijzen die beginnen hier bij de 30 euro per nacht, en dat is weer meer dan wat we op Donoussa hebben betaald. We worden door verwezen naar het “busje”, want die mensen zouden wel goedkopere kamers hebben. We stappen in en blijken de enige toeristen te zijn. Na een korte tocht waardoor we toch een aardige indruk van het eiland krijgen komen we bij een soort resort aan.
Nu is dit niet echt wat wij willen, maar goed we bekijken diverse kamers die beginnen bij 25,00 euro, na wat onderhandelen vinden we een kamer naar onze zin en kunnen we de prijs van 45,00 euro naar 25,00 euro krijgen. We pakken snel een strandtas in en gaan op zoek naar wat wij hoorden een bijzonder mooi strand zou zijn.
De wandeling is lang (dik een uur) maar wel leuk om een keer te doen, je loopt vlak langs de rotsen en inhammen van de kust het fototoestel maakt overuren. We passeren diverse andere stranden, die wij wel mooi vinden.
Uiteindelijk komen we bij het laatste strand, wat dus zo mooi zou zijn, het ligt in een lagune en ziet er van een afstand zeker mooi uit, echter hoe dichter je het nadert hoe meer vuil je ziet liggen en ook veel grote stenen, waar het niet lekker is om op te gaan liggen. Opeens springt er een vrouw op, die Henk begint te kussen, Henk is wat verward daar hij haar niet herkent, ik wel. Het is Laura een Italiaanse die we al heel wat jaren kennen van onze vakanties op het eiland Fourni. Het is enig om elkaar hier te treffen en weer te spreken. We gaan met elkaar lunchen en hebben een hele gezellige middag samen. Het strand vinden wij wel aardig, maar gaan er niet meer heen. Je moet nl. eerst een heel stuk lopen in de zee voordat het dieper wordt en je kunt zwemmen. Ook is het erg druk en lig je heel dicht op elkaar, hetgeen wij ook minder vinden.
We spreken af om Laura ’s avonds weer te zien en met elkaar te eten, zij kent dit eiland beter en weet een heel goed en lekker restaurant.
Onze wandeling terug gaat wat sneller daar ik nu geen foto’s meer hoef en wil nemen.
Na ons opgeknapt te hebben lopen we naar het stadje waar de haven is om boottickets te kopen en om Laura te ontmoeten. De wandeling is ongeveer een half uur, de weg is hier en daar niet af en zodoende moet je goed kijken waar je loopt.
Het is een heel leuk klein plaatsje, met leuke winkels en diverse taveernes.
Op onze weg naar het centrum toe, komen we Laura weer tegen en zij stelt ons aan wat vrienden van haar voor en we spreken af om met z’n allen te gaan eten. Wij gaan eerst naar het ticketkantoor toe om onze boottickets voor het eiland Iraklia te kopen en nemen daarna een lekkere ouzo op een terras.
We merken wel dat de prijzen hier echt wel hoger liggen dan op andere eilanden. Na ons eten, wat echt heel lekker was, en gezellig gaan Laura en haar vrienden nog wat drinken, wij nemen afscheid van elkaar en lopen terug naar onze kamer.
Zoals ik al schreef was de weg niet helemaal af en moet je heel goed kijken waar je loopt want sommige stukken waren echt aardedonker. Thuis aangekomen nemen we nog wat te drinken en genieten nog even van het mooie uitzicht. De volgende dag gaan we naar een ander strand en daar komen we de cameraploeg weer tegen die we ook al op Donoussa waren tegengekomen. Ze maken weer opnames van het eiland en de stranden, daar ze de kleine eilanden om Naxos heen wat meer op de kaart willen zetten, d.m.v. een reisprogramma. Wij worden op zaterdag 6 juni naar de boot gebracht door het busje die dan weer een “wedstrijd” met de boot gaat houden die er aankomt, hetgeen voor veel lachen zorgt daar het lijkt alsof de boot gaat winnen en wij de boot dus gaan missen, niets is minder waar. We komen gelijk aan en kunnen direct aan boord stappen en varen naar het eiland Iraklia, we zijn dan 2 nachten op het eiland Koufonissi geweest. We denken niet dat we hier snel weer terug zullen komen, we hebben het gezien en er niet ons hart verloren, wat wel op Donoussa gebeurde.
Het eiland Iraklia
De tocht is erg mooi en we zien zelfs heel veel dolfijnen vlak naast de boot met ons mee zwemmen, hetgeen geluk brengt zegt men.
We hebben een stop op het eiland Schinoussa en daarna komen we bij het eiland Iraklia, hier stappen we van boord en vinden weer een plek om te slapen. De kamer is erg klein en de douche zit vlak naast de wc.
We hebben een gezamenlijke keuken en een heel groot terras. We betalen hier ook weer 25,00 euro per nacht, hetgeen we behoorlijk aan de prijs vinden voor deze kamer.
We maken een wandeling door het kleine dorpje en vinden de sfeer aangenaam. Het leuke van dit kleine dorpje is, dat je
steeds weer dezelfde mensen tegenkomt en al gauw met elkaar in gesprek raakt. De volgende dag gaan we naar het strand lopen, over de berg en dan zie je het al liggen, op een afstand ziet het erg mooi uit, maar hoe dichter bij je komt, hoe minder aantrekkelijk het is.
Het is een vies strand, met stenen en rommel, maar er zijn wel bomen, echter onder de bomen zitten erg veel wespen, dus dat is minder. Daar het nu best erg warm is, is een lange wandeling maken ook geen optie. De avonden zijn erg mooi met werkelijk prachtige zonsondergangen. We blijven 3 nachten op dit eiland daar de boot pas dinsdag gaat. Ook dit eiland hebben we nu gezien en ook hier zullen wij zeker niet snel terugkomen.
Het eiland Ikaria
Dinsdag 9 juni vertrekt de boot om 9.15 uur naar Naxos toe, we komen hier om 11.00 uur aan en hebben 2 uur om wat te eten en rond te lopen. Van het rondlopen komt niet veel daar we met een paar hele leuke en gezellige mannen hebben zitten ontbijten en de tijd vloog voorbij. Zij brengen ons naar de boot en zwaaien ons uit. De boot vertrekt exact om 13.10 uur. Dit keer zitten we weer op een hele grote boot, die extra was ingezet om de bewoners van de diverse eilanden de kans te geven om op tijd thuis te zijn om te stemmen, voor het Europese Parlement. Wij hebben dus veel geluk, daar er anders geen boot was. We komen om 16.00 uur aan op het eiland Ikaria. Daar staan 2 goede vrienden van ons, die al langer op dit eiland zijn, zij hebben een auto gehuurd en brengen ons naar de zuidkant van Ikaria, we zijn nl. aangekomen aan de noordkant (Epidos) en onze volgende boot gaat vanuit de zuidkant, Agios Kirikos. De geuren van het eiland Ikaria ruik je direct, zo veel kruiden als er hier zijn, zalig. Het is een prachtig eiland en de tocht is fantastisch. Wij kennen dit eiland van een paar jaar geleden, toen zijn we hier ruim een week geweest. Wat ons betreft een aanrader. Onze vrienden wisten dat wij kwamen, daar we via sms contact met elkaar hadden, zij trokken nl. 3 maanden over de
Griekse eilanden.
Het eiland Fourni
In het dorpje Agios Kirikos wachten we met elkaar op onze boot die naar het eiland Fourni toegaat, die moet om 18.00 uur aankomen. Dit is een kleine boot die heel erg langzaam vaart en de verbinding is tussen diverse kleine eilanden en Samos. De boot is redelijk op tijd en we nemen weer afscheid van elkaar. Dit is maar voor kort, daar onze vrienden na een paar dagen ook op Fourni zullen aankomen.
Aan boord zien we direct bekende gezichten van eilandbewoners van het eiland Fourni, die we kennen, daar we al zoveel jaren (9) op Fourni komen. De tocht is leuk en ook hier hebben we weer dolfijnen die een stukje mee zwemmen.
Onze aankomst op Fourni is weer hartverwarmend. Op weg naar onze kamer zien we zoveel bekende en maken hier en daar een praatje. Dan kunnen we nu eindelijk echt de koffers geheel uitpakken, daar we hier 3 weken zullen blijven. Over ons verblijf hier kan ik kort zijn. We kennen de stranden, de mensen de wegen en hebben weer een prima tijd. Henk doet weer mee met de Fourni spelen die 3 dagen duren, ze noemen het hier al de Fourniade, een parodie op de Olympiade. 3 dagen lang worden er diverse sporten gedaan, o.a. beachvolleybal, beachvoetbal, tafeltennis, hockey en nog veel meer.
Henk wint een heuse gouden beker met tafeltennis en diverse medailles.
Op de laatste dag van deze spelen is er een bbq en gaan de Grieken spontaan dansen, geweldig!
Dan komt onze dag van vertrek we nemen weer afscheid en stappen op de boot die ons naar Samos zal brengen.
Het einde van onze vakantie die dit keer 6 weken was komt in zicht.
Het eiland Samos
Op Samos nemen we van de haven een taxi naar ons hotel en ook hier worden we weer zeer hartelijk ontvangen, we logeren ook al jaren in dit hotel en kennen al de mensen die er werken.
We blijven 2 nachten en dan gaan we weer met het vliegtuig naar Holland toe.
De manier zoals wij reizen, dus zonder reserveringen van kamers of hotels bevalt ons prima, maar je moet dan wel flexibel zijn en houden van het avontuur, daar er niets zeker is, want als je denkt dat er een boot gaat, kan die opeens niet gaan.
Het voordeel is als je ergens aankomt en je er niet wil blijven, ben je vrij om te gaan, daar je niet aan een reservering vast zit.
Ook reizen wij in de rustige periode, dus in de maanden Mei/Juni en soms later in het jaar in September. In de andere maanden is deze manier van reizen moeilijker en is de temperatuur te warm voor ons.
Ik heb dit verslag voor onszelf geschreven maar hoop dat je het leuk vond om te lezen.
Driemond, 5 september 2009, Truus de Graan.
|