|
Deze heilige zou tijdens zijn leven mensen hebben genezen en wonderen hebben verricht. Door toedoen van de Grieks-orthodoxe kerk en de Turkse overheerser belandt hij in de cel omdat ze vinden dat hij aanzet tot revolutie. Na nog wat wonderbaarlijke genezingen, onder andere van de schoonmoeder van Mustafa Pasja, komt hij weer vrij, maar moet beloven dat hij zijn wonderen vanaf dat moment op een onopvallende plaats gaat verrichten.
Hij belandt in Moni Kapsa, wordt monnik en begint in 1861 met de herbouw van het klooster. Omdat zijn roem hem vooruit was gegaan trekt hij veel bezoekers aan, waarvan sommigen blijven en helpen met het herstellen van de gebouwen. In 1863, slechts twee jaar later, is het klooster weer in glorie hersteld. Het feit dat het zo snel was gegaan en niets had gekost, vond men op zich ook al een wonder. De laatste tijd van zijn leven bracht de heilige door in de grot boven het klooster.
Op deze plek kun je eventueel een kaarsje branden. De kerk van het klooster was namelijk gesloten op het moment dat wij er een bezoek brachten.
|