In goede en kwade dagen: joods-christelijke perspectieven op het huwelijk

Door Philippa Taylor

"Een nieuwe tak van het onderzoek toont aan dat het huwelijk krachtige en gunstige gevolgen heeft voor de mensen. deze bevindingen verdienen het om door iedereen in de Westerse samenleving gelezen te worden." (1)

Hoewel het concept van het huwelijk en zijn bijhorende ceremonie in de verschillende culturen en rechtssystemen varieert, komt een bepaalde vorm of concept ervan in alle menselijke samenlevingen voor, zowel vroeger als nu (2). Bij voorbeeld: joden, boeddhisten, moslims, hindoes, evenals christenen hebben in hun individuele culturen altijd verbintenissen erkend die gelegaliseerd of geformaliseerd waren.

De Westerse praktijken kregen in het bijzonder hun gestalte door de joods-christelijke visie op het huwelijk, gebaseerd op de beschrijving van de schepping in de Bijbel (3). Deze paar woorden uit het boek Genesis vormen de essentiële ingrediënten van het huwelijk: een levenslange verbintenis tussen een man en een vrouw die openbaar wordt gesloten. De tekst uit het boek Genesis licht de drie pijlers toe waarop het huwelijk rust: "het verlaten", "de trouw" en "één vlees". "Het verlaten" duidt op de totstandkoming van een nieuw gezin en een sociale eenheid, "trouw" wijst op de toegewijde trouw die men aan de ander belooft en "één vlees" op de persoonlijke vereniging, de eenheid van man en vrouw. Het primaire doel van de menselijke seksuele relatie is de bindende verhouding tussen de partners, maar een verder doel is het procreatieve, het stichten van een gezin. Deze twee horen bijeen in de Bijbelse visie op het huwelijk (4). Het huwelijk wordt in de Bijbel ook beschreven als een verbond, waarvan God getuige is (5). Omdat bij de huwelijksovereenkomst, bevestigd door bindende beloften, ook anderen aanwezig zijn, staat de publieke dimensie centraal bij het huwelijk.

In tegenstelling tot de publieke verbintenis van het huwelijk is 'ongehuwd samenwonen' wezenlijk een private overeenkomst tussen twee individuen. Een nevel van ambiguïteit omgeeft de meeste samenlevingscontracten. Ze vangen vaak op een private en losse manier aan en, hoewel het meestal geen geheim is dat een koppel samenwoont, voor de omringenden is de exacte betekenis en status van de relatie onduidelijk. Bovendien is er doorgaans geen verplichting van duurzaamheid bij het samenwonen. Zodoende beantwoordt het niet aan de Bijbelse normen: "Wat God heeft samengebracht, zal de mens niet scheiden".

Het joods-christelijke geloof is dat God ons, ons vermogen en onze neiging tot gemeenschap geschapen heeft. Daarom is het huwelijk een aangeboren deel van onze menselijke natuur.

De universaliteit van het huwelijk in de verschillende culturen en samenlevingen toont aan dat het huwelijk niet zomaar een uitvinding is of een bepaalde fase in de sociale evolutie. Het huwelijk blijft ons eigen, in een of andere vorm, als een "natuurlijk goed" tot het koninkrijk van God zal aanbreken (6). Om het belang van de joods-christelijke visies op het huwelijk en zijn grondslag in de menselijke natuur te verstaan, moeten we ook wijzen op de vele gelijkaardige elementen in de seculiere, natuurlijke opvattingen over het huwelijk. Daarom kan Browning zeggen: "De theorie van het huwelijk heeft in het Westen een religieuze dimensie gehad, maar onder en in de symboliek van de religie kan een verscheidenheid van bijkomende kenmerken gevonden worden. Griekse, Romeinse en Germaanse rechtsopvattingen over het huwelijk en de filosofische visies van Plato, Aristoteles, Kant, Locke en Rousseau onderstrepen dit." (7)

We mogen niet veronderstellen dat mensen huwen omdat het "de goede weg" is; we moeten ons beroepen op de natuurwet, principes die waar zijn omwille van onze menselijke natuur en niet omwille van een morele plicht. De enge vereenzelviging met de geïnstitutionaliseerde religie kan inderdaad nadelig zijn (mensen nemen het de kerk kwalijk dat ze controle over hun leven uitoefent wanneer ze geen van haar afgebakende principes aanhangen).

De hedendaagse samenleving bergt vele bedreigingen voor het huwelijk. Het grote probleem is echter niet dat het idee van het huwelijk als zodanig zou kunnen verloren gaan, maar de persoonlijke beschadiging die individuen oplopen door de permissieve opvatting over de relatie tussen mannen en vrouwen: "Als christenen proberen we dus de maatschappij te overtuigen van deze morele orde. Wij gaan niet te werk alsof de door God gegeven instelling van het huwelijk ontologisch in gevaar is.  Het ligt niet in de macht van de mens om definitief de geschapen orde te vernietigen. Geen enkele christelijke beweging hoeft het huwelijk te verdedigen: we moeten eerder ernaar streven om mensen te beschermen tegen de schade die ze zichzelf aandoen door "de graankorrel van het huwelijk af te breken". (8)

Het "natuurlijke goede" van het huwelijk kan duidelijk vastgesteld worden in de uiteenlopende voordelen (zoals elders goed aangetoond werd) die het biedt aan de maatschappij, aan volwassenen en kinderen. Ik begon dit artikel met een citaat over de voordelen van het huwelijk, en ik eindig met een ander citaat: "De emotionele steun en het begaan zijn van een echtgeno(o)t(e) bevordert een gezond gedrag dat op zijn beurt zowel emotioneel als fysiek welzijn meebrengt: regelmatige slaap, gezond voedsel, gematigd drinken. Maar de sleutel lijkt het huwelijksverbond zelf te zijn: een partner die met jou verbonden is in goede en slechte dagen, in ziekte en gezondheid, maakt mensen gelukkiger en gezonder" (9).

Philippa Taylor is Senior Onderzoekster voor CARE (Christian Action Research and Education) en een consultant voor huwelijk, gezin en bioethiek. Ze heft meerdere boeken en artikels geschreven, waaronder 'For Better or for Worse' en 'Counting the Cost: the Effects of Family Breakdown.'

Lectuur:

* For Better or For Worse: Marriage and Cohabitation Compared, Taylor, P., CARE, 2005.
http://www.care.org.uk/Publisher/Article.aspx?id=42654

* Marriage: Sex in the Service of God, Ash, C., IVP, 2003.

 (1)  Oswald, A, The Extraordinary Effects of Marriage, Warwick University, January 2002.

(2) Niet noodzakelijk een monogaam huwelijk.

(3) "dat Hij die in het begin de mens heeft geschapen, hen man en vrouw heeft gemaakt. 'Daarom zal de man vader en moeder verlaten, en zich hechten aan zijn vrouw; en die twee zullen één vlees zijn' voor die reden zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich binden aan zijn vrouw, en die twee zullen één vlees worden. Zij zijn dus geen twee meer, maar één vlees. Wat dus God heeft verenigd, dat scheide geen mens." Matt. 19:4-6 citerend uit Genesis 1:27, 2:24.

(4) Genesis 1-11, Atkinson D, De boodschap van Genesis 1-11. Reeks 'De Bijbel spreekt vandaag', Novapres ISBN 9789063183134.

(5) Bv. Malakias 2:14 " Omdat Jahweh als aanklager staat tussen u en de vrouw uwer jeugd, aan wie gij ontrouw zijt geworden: de vrouw, die uw gezellin is geweest, en met wie ge u verbonden had."

(6) O'Donovan, 1994, quoted in Ash, C., Marriage: Sex in the Service of God, IVP, 2003.

(7) Browning, D. & Marquardt, E., Liberal Cautions on Same-Sex Marriage, 2004, paper presented to Witherspoon Institute.

(8) Ash, C., Marriage: Sex in the Service of God, IVP, 2003.

(9) Waite, L, & Gallagher, M, The Case For Marriage: Why Married People are Happier, Healthier and Better Off Financially, Doubleday, 2000.