Ander beleid, meer kinderen
Vlaanderen heeft nood aan een gezinspolitiek naar Scandinavisch model om het gehoortecijfer aan te zwengelen. Dat maakt een nieuwe immigratiegolf overbodig, zegt de Gentse hoogleraar geschiedenis Chris Vandenbroecke.
Het aantrekken van hooggeschoolden uit de derde wereld om in West-Europa het dalende geboortecijfer op te vangen, maakt verdeelde reacties los. Een Brits conservatief parlementslid stelde onomwonden: 'kinderen, géén Indiërs'. Ook professor Vandenbroeke (RU Gent) deelt deze mening. "Vooreerst op morele grond: de ontwikkelingslanden hebben die 'brains' zelf broodnodig, wij mogen die niet afromen. Overigens kan dat geen optie zijn voor een land dat uitsterft," stelt hij ongezouten.
Vandenbroeke herinnert aan het wedervaren uit het begin van de jaren zestig. De Belgische regering liet de Franse demograaf Alfred Sauvy de toestand analyseren. Vlaanderen beleefde een babyboom, terwijl de nataliteit in Wallonië sterk terugliep. Zijn besluit luidde: "La Wallonie se suicide" (Wallonië pleegt zelfmoord).
"Maar in plaats van een aangepast gezinsbeleid te voeren, haalde de regering migranten binnen,' merkt Vandenbroeke op. En politici houden "al te weinig rekening met wat in het verleden is gebeurd". De woorden van Sauvy parafraserend, besluit hij: "Europa pleegt vandaag zelfmoord."
Ondanks de toenemende druk verzet de Gentse hoogleraar zich tegen het opnieuw opengooien van de grenzen. Het aantrekken van buitenlandse ingenieurs lost niets op, omdat vanaf de tweede generatie het geboortecijfer terugvalt tot op het Vlaamse niveau. "Overigens gebiedt de ervaring om zorgzaam met migraties om te gaan."
Maar hoe kan de trend in de nataliteit worden omgebogen? "We beschikken over een schitterend praktijkvoorbeeld," getuigt Vandenbroeke. Voor het in stand houden van het bevolkingsaantal zijn 2,1 kinderen per vrouw nodig. Tien jaar geleden was dat cijfer in Scandinavië teruggelopen naar 1,2. Maar het tij keerde, door een 'batterij, van voorzieningen voor de ouders. Discreet en met respect voor de privacy werd de kinderwens werkelijkheid. Het geboortecijfer steeg met de helft, naar een gemiddelde van 1,9.
"Ook Vlaanderen heeft nood aan een dergelijke aanpak," stelt de Gentse historicus. "Dat vereist het samenbrengen van de versnipperde bevoegdheden bij een minister van Gezinsbeleid." Naar Scandinavisch model moeten faciliteiten het geboortecijfer omhoog krikken: tegemoetkomingen van fiscale aard en meer kinderopvang. Ouders hebben nood aan een tijdelijke onderbreking van de loopbaan gedurende twee of drie jaar, met in tussentijd mogelijkheden tot bijscholing.
Vandenbroeke lanceert het idee van het 'kredietmodel': wie investeert in kinderen kan vervroegd met pensioen. "Zonder ingrepen zullen we met ons allen langer moeten werken dan ons zestigste.'
Dat de overgang van de theorie naar de praktijk niet van een leien dakje loopt, ondervindt Vandenbroeke aan den lijve. Hij heeft als verkozene voor de Volksunie sinds 1995 zitting in het Vlaams parlement. Maar binnen de Vlaamse regering, waarvan de VU deel uitmaakt, slaagde hij er niet in zijn ideeën door te drukken. Binnen het parlement tekenen zich drie strekkingen af. De CVP en de VU zijn voorstander van een evenwichtig gezinsbeleid, terwijl het Vlaams Blok teruggrijpt naar het verouderde model van 'moeder aan de haard'. Daartegenover liggen de SP en Agalev van dat alles niet wakker."
Toch groeit mondjesmaat de belangstelling, zoals bij het recente Vlaamse akkoord voor de witte sector. "De toenemende spanning op de arbeidsmarkt brengt de noodzaak van een globale visie almaar hoger op de politieke agenda," besluit hij.
(artikel van Koenraad de Wolf in het christelijk opinieblad Tertio III - 3 mei 2000)