Videoclips tasten seksmoraal aan

       
BRUSSEL 28/11 (BELGA) = Er is verband tussen de media en de seksualisering van jongeren. Dat concludeert de psycholoog dr. Peter Nikken in een onderzoek onder zeshonderd Nederlandse leerlingen, meldde het Nederlands Dagblad vandaag/woensdag.

 

Meisjes die vaker naar videoclips kijken, vinden uitzonderlijk seksueel gedrag - zoals direct naar bed gaan met een jongen die ze niet kennen - normaler dan meisjes die minder vaak op MTV of TMF afstemmen. Jongens die de vrouw graag als lustobject zien, fantaseren vaker over seks met de media als voorbeeld, en nemen de grenzen voor seksueel gedrag ook
minder nauw.

 

Nikken deed zijn onderzoek onder meer naar aanleiding van de groepsverkrachtingen die in 2005 in Rotterdam in het nieuws kwamen. De advocaat van de jeugdige daders liet weten dat ze niet beter wisten; hun kennis over seks hadden ze opgedaan uit pornofilms en clips. Politici haakten daarop in door te pleiten voor scherpere controle op media-uitingen.

 

Directe invloed van media op jongeren ziet Nikken echter niet, maar hij signaleert wel verbanden. Tegelijk stelt hij "dat we de mogelijke risico's van de media niet moeten overdrijven", stelt dr. Nikken. "Veruit de meeste jongens en meisjes tussen de twaalf en zeventien jaar hebben niet meer seksuele ervaring dan verkering en wat zoenen". In het algemeen denken jongeren behoudend over wat op hun leeftijd 'normaal' seksueel gedrag is, zegt Nikken. Dat geldt vooral voor meisjes; die hebben ook nog weinig seksuele ervaringen.

 

Het onderzoek Jongeren, media en seksualiteit is  gepresenteerd door het Nederlands Jeugdinstituut (NJi), een kenniscentrum over jeugd en opvoeding. Het onderzoek vond plaats in juni 2006 onder scholieren in de Randstad, dus in een vrij seculiere omgeving. Nikken: "Vooral meisjes die meer waarde hechten aan geloof, en meisjes van Turkse of Marokkaanse komaf hebben beduidend conservatievere ideeën. Ook bij de jongens zien we dat geloof ertoe bijdraagt dat ze niet alle gedragingen zomaar gewoon vinden".

 

Jongens worden vooral door leeftijdgenoten beïnvloed, waarbij ze het risico lopen een vertekend mediabeeld te krijgen van erotiek en relaties. Te denken valt aan jongens die door hun vrienden worden overgehaald om discutabele mediaproducten, zoals 16+-films, te bekijken. "Binnen de groep kunnen de negatieve voorbeelden in die media een belangrijke rol spelen",
stelt Nikken.

 

Verder constateert hij dat ouders van vrijdenkende jongens weinig aan mediaopvoeding doen. "Meer geseksualiseerde jongens bepalen vooral zelf of met hun vrienden wat ze willen zien op televisie of op internet en krijgen daar weinig uitleg van hun ouders over".

 

Bij meisjes speelt het ontbreken van mediaopvoeding thuis eveneens een rol bij hun vrijere ideeën over seks. Meisjes die meer ervaring hebben met vrijen of seks, hebben ook vaker een eigen tv-toestel en komen eveneens uit gezinnen waar de ouders minder aan mediaopvoeding doen.

 

Nikken noemt zijn onderzoek "representatief" voor jongeren tussen de 12 en 17 jaar in Nederland . Toch acht hij voortgaand onderzoek nodig. Zo zouden jongeren "over een langere periode" gevolgd moeten worden. "Alleen zo is vast te stellen of de geseksualiseerde houding daadwerkelijk gestimuleerd wordt door wat de jongens en meisjes in de media zien".