HUIS TER NOORD - OUDWOUDE
325 jaar beurtdiensten op Dokkum en Leeuwarden, R.H. Postma, 135 bl. vele illustraties en
fotos, A-4 formaat met hard kaft, prijs f 40,- bij auteur en uitgeverij Banda te Kollum.
Inhoud:
In dit boek beschrijft de auteur de geschiedenis van de beurtvaart van Oudwoude op
Leeuwarden. Hoewel er geen octrooi werd gevonden, in 1806 heet het dat het schip of
snik vaarende eens in de week van het Huis Ter Noord op Dockum en eens per week op
Leeuwarden, van welk schip de vragt voor passanten is bepaald op 1 stuiver na Dockum en 4
stuivers na Leeuwarden zonder octrooi vaart maar als vanouds in de vaart
is, zijn er toch veel bijzonderheden aan het licht gekomen. Zo heeft de auteur
aannemelijk gemaakt hoe de beurtvaart tot stand is gekomen, ja dat er zelfs al voor de
aanleg van de trekvaart naar Stroobos al sprake was van activiteiten rond een mogelijke
beurtvaart.
De aanleg van de trekvaart en het gebruik der tollen wordt uitvoerig behandeld evenals de
bemoeienissen van de eigenaren van Fogelsangh-state te Veenklooster met de beurtvaart: zij
waren namelijk heel lang eigenaren. Het levert genealogische bijzonderheden van deze
families op benevens enkele prachtig weergegeven fotos van geschilderde portretten
en familiewapens, de heraldiek is dus niet vergeten.
Van de achterhaalde beurtschippers zijn veel genealogische gegevens vermeld terwijl uit
rechtbankverslagen van het Hof van Friesland vele gebeurtenissen zijn gereconstrueerd
waar-bij beurtschippers een rol speelden.
Van bijzonder belang zijn de hoofdstukken waarin de laatste beurtschipper, Jacob Veenstra,
aan het woord komt. Hoewel hij ook in andere hoofdstukken geciteerd wordt, geven deze drie
hoofdstukken bijzonderheden die niet uit archiefstuken zijn op te duikelen, zoals een
clandestiene slacht in WO-II, de winters met sterk ijs of de prachtige beschrijving van
een terugreis vanaf Leeuwarden tijdens een storm. De schipper beleefde hier plezier aan en
was al na 4 ¼ uur thuis maar bij deze reis was wel veel serviesgoed gesneuveld dat tot de
vracht behoorde! Nadat in 1925 al de eerste auto werd aangeschaft ging het bedrijf steeds
meer over op vrachtwagens en na de oorlog, rond 1957 werd het schip verkocht.
In 1984 kwam er een einde aan de beurtdienst toen het bedrijf zich helemaal richtte op
bulkvervoer.
Bijlage A - de ‘schippers’ schematisch weergegeven
Aan de hand van al de hiervoor beschreven namen en feiten is het mogelijk een reconstructie te maken van de schippers die in Oudwoude actief waren. Zo’n overzicht komt er als volgt uit te zien:
Datum
Naam Vermelding / relatie
Voor 1749,
Jan Geerts, Snikschipper, gemeen in staat
1746 / 1749,
Albert Jans, Sententie / Snikschipper, redelijk
Ca. 1765,
Gerrijt Waatsens,
Sententie 1783 / vader van Pieter
Ca. 1806
Tot na 1819,
Pieter Gerrits de Vries Mulier – inventaris / zoon
1844 – tot 1847, Johannes Tjeerds Algra, Huwelijksakten Kollumerland c.a.
1857, Harmen Hendriks van der Burg, Inventaris Prov. bestuur
Ca. 1865 / 1880,
Willem Johannes Algra,
zoon van Johannes Tjeerds
Ca. 1905, Eeltje Hoekstra
1914, Eeltje Hoekstra en
Pieter Veenstra,
Ieder voor de helft
1915, Pieter Veenstra en
Hein Bosma,
Ieder voor de helft
1934, Pieter Veenstra en
Pier Bosma,
Ieder voor de helft,
Pier een zoon van Hein
1957, Jacob Veenstra en
Pier Bosma,
Ieder voor de helft
Jacob een zoon van Pieter
1966, Jacob Veenstra
1984, Berend Krol
Jille Kuipers
Schoonzoons / geen schippers maar transportondernemers
Deze site hoort frames te bevatten. Ziet u geen frames, klik dan hier.