BRITSE SOUNDTRACK BIJ BELGISCHE FILM
by Hans Maarten Post
(from Het Nieuwsblad, November 1998)
"Ik weet niet wat ik zonder hem zou doen." PJ Harvey over
John Parish, nu al een decennium lang haar vaste gitarist. Meer
dan iemand wiens naam alleen goed is voor tussen de kleine lettertjes
op haar platen, want Parish was tevens de man met wie de Britse in ’96
in duovorm de cd Dance Hall At Louse Point maakte. Ook op
Harvey’s recente Is This Desire? is Parish weer van de partij.
Dezelfde Parish werd nu door de jonge Belgische filmregisseuse
Patrice Toye bereid gevonden om de soundtrack te schrijven bij
haar alom geprezen debuutfilm Rosie. Hoe dat gekomen is? We
zijn het hem zelf gaan vragen.
U bent een behoorlijk bekend muzikant, spelend bij een
behoorlijk bekend artiest. Wat was uw eerste reactie toen u notabene
uit een land als Belgie een vraag kreeg van een onbekend regisseur,
om een soundtrack voor haar debuutfilm te schrijven?
John Parish: "Het zal je verbazen, maar ik was meteen geinteresseerd.
Ook omdat de timing perfect was. Ik was namelijk net aan een reeks
instrumentale stukken bezig. Ze leken me ideaal voor een soundtrack,
maar er was geen film om ze aan te geven. Ik had vaag het plan opgevat
om ze op plaat te zetten, hopend dat filmmakers de cd zouden opmerken,
en het me zo opdrachten zou opleveren."
"Ik had net even een pauze ingelast en zat in Amerika een plaat te
producen van de groep Giant Sand, toen een fax van PJ Harvey’s
management me bereikte: er was een Belgisch regisseur, genaamd
Patrice Toye, die wat muziek van me wilde. Ja, zo vaag was het. Toen
ik haar belde, liet ze de telefoon haast vallen van het schrikken. Ze
had al drie maand vruchteloos geprobeerd me te pakken te krijgen."
"We praatten wat, en de manier waarop ze sprak over mijn muziek, over
Dance Hall At Louse Point, en de gedrevenheid waarmee ze over
haar eigen film praatte, maakten dat ik op z’n minst wilde zien waar
ze mee bezig was. Dus toen ik thuis kwam, lag er een videotape met een
half uur aan rushes."
"Na één à twee minuten daarvan zag ik onmiddelijk dat ik er muziek voor
zou kunnen schrijven. Het boeide me meteen. Patrice is vervolgens naar
Bristol gekomen om verder te praten. Ik heb haar wat van de
instrumentale muziek laten horen die ik geschreven had, om te kijken wat
voor muziek ze precies wilde."
"En bij één van de nummers, zodra ze dat gehoord had, zei ze: da’s het
hoofdthema voor de film. Ik zei: zo vlug hoeft het nu ook weer niet te
gaan, neem gerust een tape mee naar huis, je hoeft niet meteen nu te
beslissen. Maar nee, een paar dagen later belde ze om te bevestigen:
dat ene stukje muziek zou en moest haar hoofdthema worden."
"Onvoorstelbaar. Ik had het geschreven zonder de film te zien, en het
was het perfecte stukje muziek voor bij haar beelden. Ik wilde het
echter niet bij dat ene arrangement laten. Vervolgens heb ik er dus
andere stukjes muziek bijgeschreven."
De soundtrack telt ook één "song". Een nummer gezongen door Alison
Goldfrapp, die nog met Tricky zong, op een tekst van Mauro Pawlowski
van de Evil Superstars.
"Ik kende Mauro niet, maar zijn muziek wel, omdat een goede vriend van
mij, de producer Head, hen al live gehoord had. Hij bleef me maar
vertellen dat ik die band ooit eens moest zien. Toevallig had Patrice,
toen ze naar Bristol kwam, ook een cd van hen meegenomen."
"Maar dus: Patrice wilde graag dat de soundtrack ook een song telde.
Waarschijnlijk deels om commerciele redenen, omdat er dan iets zou
zijn wat draaibaar was op de radio. Ik stond er aanvankelijk nogal
weigerachtig tegenover, want ik heb een verschrikkelijk
anti-commercieel trekje. Voorts dacht ik ook: als ik ja zeg, dan is de
volgende vraag of ik er PJ Harvey bij kan halen. En dat wilde ik niet.
"Toen ben ik op zoek gegaan naar een zangeres wier stem ik goed vond,
maar die niet bekend was. En zo ben ik bij Alison Goldfrapp terecht
gekomen, die ik nog kende van toen we met Tricky tourden."
"Een zangeres had ik dus, maar nog geen tekst. En ik ben
verschrikkelijk langzaam in het schrijven van teksten. Dit moest
allemaal snel gaan. Toen suggereerde Patrice Mauro. Het leek me wel
interessant. Dus heeft ze Mauro de film laten zien, die me meteen een
eerste versie van de tekst opstuurde. Die zat echter niet juist, en ik
stuurde het terug. Een dag later lag er een nieuwe versie, die wel
goed was. Ik heb Mauro uiteindelijk pas veel later ontmoet, toen men
in Brussel met de geluidsband van de film bezig was. Ik heb de Evil
Superstars toen ook voor het eerst zien spelen."
Ander hoofdstuk dan, Is This Desir?, de nieuwe PJ Harvey
plaat. Vermits Polly zo goed als geen interviews doet, mag u het
vertellen. Het klinkt alsof elk detail op de cd juist zit. Maar het
is ook een sobere, kale plaat. Was dat van in het begin de bedoeling,
of is er onderweg veel weg geschraapt ?
"Het is een plaat die verbazingwekkend samenhangend klinkt,
rekening houdend met het feit dat ie, grof geschetst, tijdens drie
verschillende sessies is gemaakt, en dat er drie jaar over gedaan is.
De cd is eigenlijk drie keer opnieuw gemaakt."
"Zoals Polly altijd doet, had ze eerst demoversies, proefopnames
gemaakt. Ze had die zo op de cd kunnen uitbrengen. We waren er allen
over te spreken. Toch wilde ze er in de eerste helft van ’97 aan
verder werken. Een paar tracks uit die tweede sessies zijn op de plaat
beland. Zoals het titelnummer, één van mijn favoriete nummers van de
cd."
"Maar om wat voor reden dan ook, had Polly dat jaar geen zin om te
touren. En dus weigerde de platenfirma om de cd uit te brengen. Zonder
tour, geen plaat. Dus werd de cd naar ’98 opgeschoven. Maar natuurlijk:
het is moeilijk om zoiets een jaar te laten liggen. Dus jawel, na zes
maanden besloot Polly om toch een paar dingen opnieuw te gaan doen.
Die paar dingen werden uiteindelijk: alles. De plaat van ’97 klonk
veel kaler, veel killer. Dat was geen makkelijke plaat om naar te
luisteren, maar wel eentje die net iets pakkender was."
In die paar recente interviews heeft Polly het er over dat ze niet
begrijpt hoe ze ooit in de huid van het personage is kunnen gaan zitten
dat ze ten tonele voerde ten tijde van To Bring You My Love, de
vrouw in de roze catsuit, met de valse oogwimpers, die we ook op T/W
zagen.
"Logisch: als je naar een foto van jezelf op je zeventiende kijkt, dan
denk je ook: wat droeg ik toen in godsnaam? Polly en ik zijn al jaren
vrienden, ik merk de veranderingen niet zo. Dit gezegd zijnde, ik
herinner me wel nog de eerste show die we deden na de opnames van
TBYML. Ik herinner me nog goed dat ik haar voor die eerste show uit
haar kleedkamer zag stappen: in een rode jurk, en met een lange zwarte
pruik. Ik liet bijna m’n gitaar vallen van verbazing. Ik dacht: dit is
Polly niet. Maar je beseft: zo gaat ze eruit zien op het podium. Het
was haar meest theatrale periode."
"Het is voor ons allemaal toen een leerrijke periode geweest. We
hebben toen elf maand getourd, en hebben voor het eerst ook in grote
zalen in Amerika gespeeld. En voor je het weet verlies je in zo’n
omgeving het juiste perspectief. Na zes weken Amerika gleden we in een
soort "rock’n’roll-show-routine" die we haatten."
"Er is toen één show geweest waarbij we beseften: nu zijn we te ver
gegaan. Een flitsende lichtshow om ons heen, Polly in een soort
zeemeerminkostuum. Dat ene moment waren we er zeker van dat we een
karikatuur van onszelf geworden waren."
"Na de show was het: okee, de lichten weg, het kostuum het raam uit,
de make-up ook. Terug naar wat we eigenlijk willen. Was die tour in
Amerika toen nog lang doorgegaan dan was het fout afgelopen."
|