Kleine majer heeft opstijgende of
bovengronds liggende stengels die rond van vorm zijn.
Verspreid of tegenoverstaand hierlangs
staan de spatelvormige bladeren.
Deze hebben een stompe top en een gave rand.
Vanaf juli bloeit de plant met kleine bloempjes
die samen een aar of een krans vormen.
Het bloemdek, dat bestaat uit 3 bloemdekbladen,
is groen van kleur.
De éénslachtige bloemen hebben
3 meeldraden of 2 stampers.
Tot aan de eerste vorst zijn de bloemen te zien.
In Nederland is Kleine majer vrij zeldzaam.
Ze is te vinden langs zandige rivieroevers
en in tuinen, kwekerijen, perken en op bouwland.
Ook tussen stoeptegels is ze wel te vinden
daar haar taaie stengels goed tegen betreding kunnen.
Het liefst heeft ze een droge, niet te voedselrijke bodem.
Terug naar:
