De rechtopstaande, behaarde stengels hebben een ronde vorm.
Hierlangs staan de bladeren verspreid.
Deze zijn eivormig met een spitse top en een getande of gelobde rand.
Vanaf juli tot aan de eerste vorst
verschijnen de bloemen die samen hoofdjes vormen.
De buisvormige bloemen hebben 5 vergroeide kroonbladen
die groen van kleur zijn.
De bloemen zijn eenslachtig en hebben of 5 meeldraden of 1 stamper.
De naam 'stekelnoot' is afgeleid van de vorm van de vruchten.
Deze hebben talrijke haakvormige stekels,
die gemakkelijk in de pels van dieren blijven hangen.
Late stekelnoot is tegenwoordig een zeldzame verschijning in Nederland.
Soms tref je haar aan op stort- en overslagplaatsen,
rivierdijken en rivierstrandjes.
Hier houdt ze echter nooit meerdere jaren achter elkaar stand.
Na een paar jaar verdwijnt ze meestal weer.
Dit heeft onder andere te maken met het feit dat haar zaden
vanwege de koele herfst niet altijd kunnen rijpen.
Voor haar bestaan in Nederland is de plant waarschijnlijk afhankelijk
van continue aanvoer van zaad via rivierwater
of geïmporteerde wol en vezels.
Terug naar: