Muizenstaart is in Nederland vrij algemeen
in het laagveengebied en het noordelijk kleigebied.
Ze is vooral te vinden in Friesland en langs het IJsselmeer.
In het rivierengebied, Zeeland en Drenthe is ze zeldzaam.
Ze groeit met name bij de ingang van weilanden
op een open, vochtige en gemengde grond.
Dit betekent dat de grond uit twee typen bodems
(klei, veen en zand) bestaat.
De ronde, rechtopstaande stengels zijn onbehaard.
Ze groeien vanuit een bladrozet dat bestaat uit
lijn- tot lancetvormige bladeren.
Ook langs de stengel staan verspreid de lijnvormige bladeren.
De gesteelde en alleenstaande bloemen
zijn te zien van april tot juni.
Ze hebben een bloemdek dat groen van kleur is
en bestaat uit 10 bloemdekbladen.
Het aantal meeldraden varieert van 5 tot 10,
het aantal stampers telt over de 20.
Het zijn de vruchthoofdjes die de plant haar naam gegeven hebben.
Deze zijn langwerpig en lijken daardoor
op het uiteinde van een muizenstaart.
Waarschijnlijk wordt Muizenstaart vooral door vee
en landbouwvoertuigen verspreid.
Terug naar: