De ronde, rechtopstaande stengels van Smal tandzaad
zijn onbehaard, en hebben een opvallende rode kleur.
Hierlangs zitten de ongestaalde bladeren (kruisgewijs) tegenover elkaar.
Deze zijn lancetvormig met een spitse top en een gezaagde rand.
Van augustus tot okober worden die bloemhoofdjes gevormd
die bestaan uit alleen buisvormge bloemen.
De geel gekleurde bloemen hebben elk 5 meeldraden en 1 stamper.
Deze éénjarige plant komt sinds het begin
van de vorige eeuw voor in Nederland.
In het laagveendistrict is ze vrij algemeen,
maar op andere plaatsen is ze vrij zeldzaam.
Ze groeit op een natte, zeer voedselrijke bodem,
met name langs sloten en kanalen.
Terug naar:
