De Ruwe berk is een snelgroeiende loofboom
die tot 30 meter hoog wordt.
De takken gaan meestal met een scherpe hoek omhoog
terwijl de uiteinden van de twijgen vaak min of meer hangen.
De hangende twijguiteinden zijn vooral goed te zien
bij oudere bomen, maar er is veel individuele variatie.
Die twijgen zijn kaal, glanzend roodbruin
en bezet met talrijke wrattige klieren.
De glanzend witte bast heeft donkere lenticellen
die dwars op de stam geplaatst zijn.
Bij de jonge boom schilfert de bast af in de vorm
van papierachtige dwarsbanen.
De harde schors die later ontstaat
is zwartachtig met diepe overlangse spleten.
De bladeren zijn driehoekig tot ruitvormig,
4 – 7 cm lang en lang toegespitst.
Ze hebben een dubbelgezaagde rand.
De bovenzijde van het blad is kaal en in de jeugd vaak kleverig.
De herfstkleur is geel.
De vrouwelijke bloemen verschijnen in april en mei,
tegelijk met de bladeren, maar de hangende mannelijke katjes
zijn al in de herfst van het voorgaande jaar zichtbaar.
In de bloeitijd zijn zij tot 10 cm lang
terwijl de vrouwelijke katjes maar 2 – 4 cm worden.
Zij staan rechtop en zijn groen gekleurd.
Zowel de mannelijke als de vrouwelijke bloemen bevinden zich in één boom.
De kleine zaden zijn voorzien van een vruchtvleugeltje
dat 2 – 3 keer zo groot is.
De zaden vormen samen dikke, cilindrische kegeltjes
die eerst groen en later bruin gekleurd zijn.
Bij rijping vallen deze geheel of gedeeltelijk af.
De Ruwe berk is te vinden in lichte loof- en naaldbossen,
langs bosranden, heiden en houtwallen.
Hij is niet veeleisend en kan op voedselarme, zure grond
en zandgrond goed overleven.
Wel is hij lichtminnend.
Dank zij haar enorme weerstandsvermogen
en het feit dat zij zich sterk uitzaait,
kan zij zich zonder moeite handhaven en vermeerderen.
Bovendien hoeven de zaden niet ondergronds
te liggen om te kiemen.
Ook onder bladeren of takken kunnen zij tot wasdom komen.
De Ruwe berk is verwant aan de Zachte berk.
In berken zijn vaak heksenbezems te vinden. Home
Deze ontstaan niet doordat een heks een noodlanding
heeft moeten maken en daardoor per ongeluk
in de boom terecht kwam, zoals men vroeger dacht.
Zo'n uitwas is het gevolg van een schimmel die de knoppen aantast.
In plaats van een tak met blaadjes,
brengt de knop dan een kluwen van takjes voort.
Terug naar:
Groene Planten
Bomen en struiken
Loofbomen