De rechtopstaande, opstijgende of bovengrondsliggende stengels
hebben een gegroefd oppervlak.
De handvormig samengestelde bladeren, die verspreid
langs de stengels zitten, bestaan uit 3 deelblaadjes.
Deze hebben een getande rand en in het midden van het bladoppervlak
meestal een driehoekige tot ronde zwartpaarse vlek.
De geel gekleurde vlinderbloemen vormen meestal een aarvormige tros.
Binnen de vergroeide kroon bevinden zich 10 meeldraden en een stamper.
De bloeitijd duurt van april tot oktober.
Na de bloei worden de peulen gevormd.
Gevlekte rupsklaver komt algemeen voor in het deltagebied.
In de rest van Nederland is ze zeldzaam te noemen en vindt je haar
nog het meest langs de grote rivieren en in Noord-Holland.
De plant groeit vooral in een gesloten grasmat op dijken en in bermen.
Terug naar: