Harige ratelaar

De verschillende ratelaarsoorten zijn niet gemakkelijk
van elkaar te onderscheiden, terwijl het geslacht
toch heel herkenbaar is.
Bij de Harige ratelaar zijn alle delen behaard, vooral de kelk.

De plant wordt tot 80 cm hoog en heeft rechtopstaande stengels
die scherp vierkantig zijn.
De kruisgewijs tegenoverstaande bladeren zijn lancetvormig
en hebben een spitse top en een gezaagde rand.

Van mei tot augustus worden de aarvormige trossen
met gele en/of paarse lipbloemen gevormd.

Harige ratelaar is een zeer zeldzaam voorkomende bewoner
van warme, vette weiden, halfdroog grasland en korenvelden
met meestal kalkhoudende grond.
In het zuiden van Limburg is hij nog te vinden.
Het is een éénjarige halfparasiet die parasiteert
op grassen en soms ook op vlinderbloemigen zoals klaver.

Als je Harige ratelaar heen en weer schud wanneer de zaden rijp zijn
hoor je een ratelend en rammelend geluid, vandaar de naam.
De zaden worden over grotere afstanden verspreid
door het water en door de mens.
Ook met hooi wordt het zaad makkelijk verspreid.
 
 
 

Vergelijkbaar met:
Kleine ratelaar