Breed wollegras heeft rechtopstaande, driekantige stengels
waarlangs de bladeren in drie rijen groeien.
Deze bladeren zijn breder dan die van de overige familieleden.
Ze zijn lintvormig en hebben een bave rand.
Van mei tot juli zijn de aren te zien die gevormd worden
door de kleine, bruine bloempjes.
De talrijke bloemdekbladen (meer dan 20)
zijn gereduceerd tot borstels.
Na de bloei groeien deze borstels uit tot lange,
witte, pluizerige haren waaraan de plant haar naam te danken heeft.
In Nederland is Breed wollegras zeer zeldzaam.
Er is nog slechts één vindtplaats van deze soort bekend.
Hier groeit ze op een zonnige plaats die het hele jaar door drassig is.
Terug naar: