De soort is goed te herkennen aan de lange,
met schubvormige bladeren bezette stengel
die 2 – 3 sporenaren draagt.
In juli en augustus komen te sporen tot rijping.
Alle wolfsklauwachtigen zijn gekenmerkt
door een zeer langdurige ontwikkeling.
De voorkiem leeft in de grond en wordt pas
na 12 – 15 jaar geslachtsrijp.
Het is dus begrijpelijk dat zulke planten het moeilijk hebben
op standplaatsen waar niet alleen concurerende planten groeien
maar waar ook de mens nog vaak ingrijpt.
Grote wolfsklauw kwam vroeger in nederland algemeen voor
maar nu kun je haar alleen nog hier en daar tegenkomen
in het noordoosten van het land.
Ze groeit er in dennenbossen en op heidevelden.
Haar voorkeur gaat uit naar een droge, voedselarme bodem.
Terug naar: