De Hulst is een wintergroene heester of kleine
tot 10 meter hoge boom die in de winter groen blijft.
Hij heeft een gladde, dunne bast die zilver-
tot donkergrijs van kleur is.
De bladeren staan verspreid aan de twijgen
en hebben een steel die 5 – 15 mm lang is.
De eironde tot ellips toegespitste bladschijf is hard en leerachtig.
Hij is 3 – 9 cm lang met een zer variabele rand.
Deze rand is meestal gegolfd en grof gestekeld of getand,
maar kan ook (en vaak aan dezelfde plant) glad en gaafrandig zijn,
met alle mogelijke overgagnsvormen.
Zowel de onder- als de bovenzijde zijn kaal waarbij de bovenzijde
een glanzend donkergroen uiterlijk heeft.
De onderzijde is lichter van kleur.
Vanaf mei staat de Hulst in bloei.
De plant is tweehuizig, dus mannelijke en vrouwelijke bloemen
bevinden zich aan verschillende planten.
De kleine, wit-zwak roodachtige bloempjes staan meestal
4-tallig in okselstandige bundels.
De eerst groene, later rode bessen verschijnen vanaf september
en blijven vaak de gehele winter aan de boom hangen,
tenminste als ze niet door vogels opgemerkt worden,
want met name Merels vinden in de Hulst een rijk gevulde dis.
Voor menselijke consumptie zijn de bessen niet geschikt
daar deze voor hen giftig zijn.
De Hulst is een schaduwminnende struik Home
die met name als ondergroei in bossen voorkomt.
Vooral beukenbossen met vochthoudende en voedselrijke grond
hebben de voorkeur.
Terug naar:
Groene Planten
Bomen en struiken
Struiken
