De kortgesteelde bladeren zijn vrij dik maar wel zacht
en hebben een scherp gezaagde rand.
Ze hebben een rimpelig uiterlijk en voelen zeer zacht aan.
De bovenzijde is dofgroen, van onderen
zijn de bladeren grijsviltig.
De witte bloemen verschijnen vanaf april
in gewelfde, schermvormige pluimen.
De in eerste instantie felrode steenvruchten
verschijnen vanaf september.
Bij rijpheid kleuren ze glanzend zwart.
De Wollige sneeuwbal is vanuit de zuidelijke helft van Europa
ingevoerd als sierplant, maar op verschillende plaatsten
is hij verwildert en in staat zich te handhaven.
Hij is te vinden langs bosranden
en in lichte loofbossen en struwelen.
Home
Terug naar:
Groene Planten
Bomen en struiken
Struiken