Index
[ Thuis ] [ Omhoog ]
[ Pas op ] [
Veelgemaakte fouten ] [ Alternatief ] [
Lesplanning ][
Docentenplanning ] [
Informatie van de uitgever ]
[ Terug ] [ Volgende ]
Algemeen
- Alle opgaven worden gemaakt.
- In de docentenplanning staat aangegeven "sommendictee". Dit staat
voor het elke les een stel sommen op het bord schrijven over de tot dan
toe besproken stof. Per les staat aangegeven welke onderwerpen daarin
naar voren kunnen komen. Bepaal voor jezelf wat in jou klas het beste
moment is, het begin, midden of einde van de les?
- Als de leerling denkt dat hij of zij er klaar voor is kun je de
leerling het rekensommentoetsje laten maken. We maken heel veel
verschillende versies, weer zonder rekenmachine maken. De leerling moet
net zo lang doorgaan tot hij of zij het toetsje voldoende heeft op zijn
of haar niveau. Geef dan eindbeoordeling.
- Lastig onderwerp dat niet zo uit de verf komt in het boek (weinig
opgaven) is de grote getallen op de rekenmachine. Extra aandacht?
- PP gaat verder met grote getallen en de standaardvorm. Maar ook het
vermenigvuldigen van machten met gelijk grondtal (en dus exponenten
optellen).
- Besteed eens aandacht aan pyramidespelen / Kettingbrieven. Bv aan de
hand van VMBO instap 6.
- Gebruik van de rekenmachine is in dit hoofdstuk regelmatig niet
toegestaan.
- Op pgn vmbo 67 en
thv 66 staat een foutieve instructie
over het gebruik van de rekenmachine.
- Op pgn thv 69 staat een
fout in het
voorbeeld van in het blauwe blokje. 3 x 4^2 is natuurlijk niet 9 x 16,
maar gewoon 3 x 16.
- Kinderen met dyslextie kunnen vaak ook de tafels van
vermenigvuldiging niet goed genoeg. Ga er van uit dat kinderen de tafels
tot ongeveer 13 goed uit hun hoofd moeten kunnen.
- 42 wordt vaak uitgewerkt als 4 + 4. Controleer in je
sommendictee of het kwadraat-begrip er goed in zit!
- Wie verzint er een alternatief voor MVDWOA? Wat dacht je van Hete
Meisjes Vrijen Dagelijks Wekelijks Of Altijd (dank Viet).
- Opdracht voor samenwerkend leren. Dit is de
docenttekst.
Toetsing
Sommendictee
Er zijn meerdere sommendictee's in omloop. Echt dicteren is een goede
concentratieoefening. Daarna in het tafelgroepje laten nakijken. Geen
enkel dictee mag met de rekenmachine gedaan worden.
Paul's sommendictee's
Zes lessen, vijf sommendictee's. Het eerste vind je in het boek van
klas 1: de herhaling van het hoofdstuk over negatieve getallen. De
daaropvolgende dictee's vind je hier.
Zipfile met standaardwachtwoord.
Daltontoetsen
De daltontoetsen vind je hier. De
uitwerkingen ontbreken nog. Zipfile met standaardwachtwoord.
Afsluiting
Leerlingen maken tien opgaven op eigen niveau. Per niveau is er een
aparte normering voor OVG. De opgaven worden gemaakt zonder rekenmachine.
Als het onvoldoende is, geef ze dan een gerichte opdracht hoe hun kennis
bij te spijkeren. Een volgende les kunnen ze de toets nog een keer
proberen. Net zolang tot ze een voldoende hebben.
Door de manier van toetsen ontstaan verschillen in tempo. Wees strak in
je termijnen, anders wordt het een gebed zonder einde. Kies zelf of het
laten starten met h4 al mag, daar zit een werkstuk (oid, kies zelf!) in
waarmee de tempoverschillen weer weggewerkt kunnen worden.
Is er nog niet.
Vetgedrukt: docent
Overige opgaven: ll maken die zelf.
Hoofdstuk 3 Getallen |
VMBO
VM boek tenzij anders aangegeven |
THV
M(H) boek tenzij anders aangegeven |
Les 1 = Les 6 vorige planner
VM I-2 is MH I-1
VM I-4 is MH I-5
VM I-6 kan goede aanleiding tot discussie zijn! |
In groepjes I-2 en I-4 en I-6
Instap/intro hoofstuk 3
Start hoofdstuk: planning maken |
In groepjes I-1 en I-5
Instap/intro hoofstuk 3
Start hoofdstuk: planning maken.
|
Les 2
VM3t/m7 » M(h)3t/m7 |
Voorrang; gebruik haakjes; gebruik rekenmachine.
(K: 8)
11 14
18 t/m 28 (K: 20, 27)
28 Sommendictee op bord |
Sommendictee op bord (voorrang) |
Les 3
VM20t/m22 » M(h)14t/m16
VM26=M(h)18 |
Kwadraten; ; x2
toets.
(K: 29, 35, 36a)
Sommendictee op bord (voorrang en plussen/minnen) |
Uitleg kwadraten en wortels
Sommendictee op bord (voorrang en plussen/minnen) |
Les 4
VM29=M(h)20
VM33t/m37» M(h)24t/m28
|
Wortels (rekenmachine!)
(K: 39)
Sommendictee op bord (voorrang, plussen/minnen en
kwadraten)
Testbeeld thuis. |
Uitleg machten en grote getallen op de rekenmachine
Sommendictee op bord (voorrang, pussen/minnen en kwadraten)
Testbeeld thuis. |
Les 5 |
E/G/P pagina:
E2 E3
G4
G3 t/m G5: tovervierkanten.
G6: palindroomgetallen.
P: machten, exponent en grondtal;
xy toets.
Wetenschappelijke notatie
|
E/G/P pagina:
G: Ingewikkeldere contexten en wat getaltheorie
(G-4, G-6)
P: Haakjes met negatieve getallen en kwadraten.
PP 2HV boek:
Hoofdstuk 3: blz. 69: 30 t/m 33, E-10, blz. 70,71: 34
t/m 43. |
Les 6 |
Afronding hoofdstuk 3, start hoofdstuk 4 |
Afronding hoofdstuk 3, start hoofdstuk 4 |
Informatie van de uitgever
3 Getallen
Trefwoorden
volgorde van bewerkingen, vermenigvuldigen en delen van positieve en
negatieve getallen, kwadraten, wortels, afronden, macht, grondtal,
exponent, grote getallen, negatieve getallen en haakjes
Inhoud van het hoofdstuk
Dit hoofdstuk is een vervolg op hoofdstuk S Negatieve getallen uit deel
1. Eerst is er echter aandacht voor de rekenvolgorde waarbij ook het
gebruik van haakjes aan bod komt. Vervolgens komt het optellen en
aftrekken met negatieve getallen aan de orde. Hierbij wordt de context van
de heks met
de warme en koude blokjes uit deel 1 gebruikt. Nieuw is de aandacht
voor het gebruik van de rekenmachine bij negatieve getallen. Ook bij het
vermenigvuldigen en delen met negatieve getallen wordt de overstap naar de
rekenmachine snel gemaakt.
Aan de hand van de oppervlakte van een vierkant worden kwadraten
geïntroduceerd. Vervolgens wordt ingegaan op wortels.
In de laatste paragraaf komen machten aan de orde. Hier is ook aandacht
voor grote getallen.
In de plusparagraaf wordt de vermenigvuldigtabel opnieuw gebruikt om
haakjes weg te werken. Daarbij komen nu ook negatieve getallen voor.
Werken met dit hoofdstuk
Instap Werken met getallen
Negatieve getallen komen voor in weerberichten. Het eendenkroos is een
aanzet om te komen tot machten. Grpte getallen en kwadraten komen kort aan
bod.
3.1 Voorrang
Vermenigvuldigen en delen bereken je van links naar rechts. Optellen en
aftrekken ook.
Sommige oudere typen rekenmachines geven een onjuiste uitkomst als je
kijkt naar de volgorde van bewerkingen. Wanneer leerlingen met
verschillende rekenmachines werken, is het raadzaam hier aandacht aan te
besteden.
3.2 Plussen en minnen
Om inzicht in de bewerkingen te bevorderen is in deel 1 het gebruik van
de rekenmachine bij negatieve getallen nog vermeden. Nu het werken met
negatieve getallen niet nieuw meer is, wordt ook aandacht besteed aan het
gebruik van de rekenmachine.
Het vermenigvuldigen met en het delen door positieve of negatieve
getallen wordt in voorbeelden samengevat.
3.3 Kwadraten
Kwadrateren vinden leerlingen meestal niet moeilijk. Lastiger wordt het
wanneer leerlingen negatieve getallen moeten kwadrateren. Het is daarom
raadzaam goed aandacht te besteden aan het gebruik van haakjes bij
negatieve getallen. Ook het rekenen met kwadraten krijgt de nodige
aandacht.
3.4 Wortels
Sommige wortels komen mooi uit. Voor wortels die niet mooi uitkomen,
wordt de rekenmachine gebruikt en is het nodig om de wortel af te ronden
op een decimaal getal.
3.5 Machten
Machten worden eerst als een vermenigvuldiging uitgeschreven. Daarnaast
is er aandacht voor de uitspraak van een macht. Ook de machttoets op de
rekenmachine komt aan bod. Ten slotte wordt er gekeken naar grote getallen
op de rekenmachine.
Bezuinigen of inhalen
paragraaf |
bezuinigen |
inhalen |
3.1 |
1,5,8 |
2,3,4,7 |
3.2 |
9,12,19 |
10, |
3.3 |
24,26 |
21, 22, 23, 25, 27 |
3.4 |
30,33 |
31, 32, 34 |
3.5 |
39 |
36, 37, 38, 40, 41 |
Plus |
P-3, P-6 |
P-2, P-5, P-7, P-8 |
|